Museum Kunst Palast,Ehrenhof 4-5 in Düsseldorf, tot 19/10. www.museum-kunst-palast.de

Laurie Anderson houdt niet van vakjes. Een dooddoener? Niet bij Anderson. Als een van de weinigen pendelt Anderson vlotjes heen en weer tussen pop en kunst. In 1981 bijvoorbeeld had ze een regelrechte pophit: O Superman steeg tot nummer twee in de Londense hitlijsten. In Düsseldorf loopt er nu een retrospectieve van haar werk, maar het gependel tussen pop en kunst komt er helaas niet zo goed uit de verf.

De tentoonstelling begint nochtans goed. Bij het binnenkomen krijg je een stel foto’s te zien met een slapende Laurie Anderson, telkens op een andere plek. De teksten bij de foto’s vertellen wat ze op elke plek heeft gedroomd. Illusie is voor Anderson geen vies woord. Kunst moet verhalen durven te vertellen. Kunst moet durven dromen, en dat neemt Laurie Anderson letterlijk. Leg je hoofd op een kussen en je krijgt te horen dat je in andermans dromen zit. Zet je ellebogen op een houten tafel, hou je handen tegen je oren en je hoort muziek – het geluid gaat dwars door je armen heen en je handpalmen fungeren als kleine speakers. Haal een waterpas uit balans en er zingt een man of een vrouw voor je. Zolang hij in balans is, zingen ze in duet. Het lichaam is voor Anderson iets dat je kan uitbreiden. Techniek als verlengstuk grijpt almaar drastischer in in wat ons lichaam allemaal kan. Als performer is Anderson enorm gefascineerd door technieken die dicht bij de mens en de menselijke stem aansluiten. In 1985 bijvoorbeeld liet ze de sensoren van een elektronische drum op haar lichaam monteren. Drummen werd dansen.

Laurie Anderson grijpt naar techniek die dicht bij de mensen staat. Haar kunst werkt als een prothese waarmee zijzelf of haar alter ego’s hun dromen kunnen vertellen. Maar het Anderson-universum is ook altijd een beetje donker. Luister bijvoorbeeld naar New Science uit 1982 of Life on a String uit 2001, en je hoort songs over paranormale stemmen, of over een donkere engel die in een verlaten stad landt, op zoek naar een witte clown. Die donkerte is in Düsseldorf lang niet scherp genoeg, zelfs al zijn de wanden van de tentoonstelling allemaal zwart, op gereproduceerde teksten in wit krijt na. De opzet van de tentoonstelling is vooral heel erg speels: een beetje naar Andersons performances kijken, een beetje zelf dingen doen, een beetje terugblikken op de popcarrière van Anderson. Het spektakel dat de retrospectieve biedt, verontrust net niet genoeg – de onbestemdheid die bijna altijd achter Andersons muziek schuilgaat, verdient beter. Tegelijk blijft er in Düsseldorf weinig over van het popgevoel in Ander- sons oeuvre. Misschien is het werk van Laurie Anderson als performer gewoon niet gemaakt voor retrospectieves.

Door lars kwakkenbos

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content