‘IK WILDE DE ‘MEEST DISNEY’ DISNEYPRENT MAKEN’
Zes jaar na de crash and burn van zijn derde Spider-Manfilm waagt Sam Raimi zich opnieuw aan cgi-extravaganza. Tegen alle hypes en verwachtingen in tekent de Evil Dead-legende met de Wizard of Oz-prequel Oz the Great and Powerful voor een oerklassieke en oerdegelijke kinderfilm. ‘Trends zijn altijd aan mij voorbijgegaan.’
Door de gangen van het statige Claridge’s Hotel in hartje Londen ijsbeert een vreemde vogel. Zijn pak lijkt een maatje te groot. Zijn kikkerogen doen hem op een vleesgeworden tekenfilmfiguurtje lijken. En het knullige aktetasje dat hij bij zich draagt, geeft hem iets van een fiftieshandelsreiziger. Tijdens ons gesprek zal blijken dat zelfs zijn timbre iets irreëels heeft – beeld je een volwassen man in die een kinderstem nadoet.
Ook het filmparcours van Sam Raimi (53) heeft iets onwerkelijks. Met zijn gruwelijk-grappige lowbudgetdebuut The Evil Dead (1981) zette hij een van de lucratiefste horrorfranchises aller tijden in gang. Na twee sequels ontpopte hij zich tot een ware genrekameleon, die achtereenvolgens western The Quick and the Dead (1993), neonoir A Simple Plan (1998) en baseballdrama For the Love of the Game (1999) inblikte, drie films die één ding gemeen hebben: ze flopten allemaal.
Met de door pers en publiek gesmaakte comicbewerking Spider-Man (2002) schopte Raimi het onverwacht tot blockbusterkoning. De sequel (2004) werd zo mogelijk nog warmer onthaald. Maar aflevering drie (2007) ging ten onder aan een overload van suffe slechteriken en duffe digitale effecten. Niet moeilijk dat de regisseur zich nadien herbronde, met de kleinschalige huiverrollercoaster Drag Me to Hell (2009).
Oz the Great and Powerful is Raimi’s comeback in de grotejongensarena. In deze prequel op het immer populaire The Wizard of Oz (1939) vertelt hij het verhaal van Oscar, een zelfzuchtige goochelaar (een flamboyante James Franco) die in het sprookjesland uit de titel terechtkomt en door maar liefst drie heksen (betoverende verschijningen Michelle Williams, Rachel Weisz en Mila Kunis) om hulp wordt gevraagd.
In de handen van een mindere god was deze Disneyproductie ongetwijfeld op een zoveelste zielloze 3D-demonstratie uitgedraaid. Raimi is erin geslaagd om de state-of-the-arteffecten te rijmen met good old fashioned Hollywood storytelling. De spektakelwaarde van het gebeuren wordt gemaximaliseerd aan de hand van overzichtelijke longshots en een beheerst montageritme.
Toch mag het een wonder heten dat Raimi na de heftige kritiek op de digitale effecten van Spider-Man 3 opnieuw voor een grotendeels computergeanimeerd project is gegaan. Of niet, Sam?
SAM RAIMI: Dat ik heb durven te raken aan het Heilige Materiaal dat The Wizard of Oz heet, da’s pas een wonder! Het idee dat ik iets zou maken dat de miljoenen fans van de filmklassieker tegen de borst zou stuiten, werkte verlammend. Vandaar dat ik Disney aanvankelijk vriendelijk heb bedankt voor het aanbod. Toen ik het scenario na lang aandringen van hunnentwege dan toch las, kon ik niet langer weigeren. Het verhaal van de egoïstische goochelaar die langzaam maar zeker in een altruïstische tovenaar verandert, straalde zoveel positieve vibes uit dat mijn vrees voor negatieve reacties als sneeuw voor de zon smolt. Het digitale aspect van de productie baarde me eigenlijk amper zorgen. Ik besefte vanaf dag één dat cgi en 3D essentiële tools zouden zijn in het scheppen van de wondere wereld van Oz.
Het valt op dat je, in tegenstelling tot het gros van de hedendaagse Hollywoodregisseurs, computereffecten combineert met een klassieke beeldvoering.
RAIMI: Ik ben blij dat je dat hebt opgemerkt. De zoektocht naar de juiste visuele aanpak heeft me letterlijk en figuurlijk hoofdpijn bezorgd. Met de tovertrucs van de hedendaagse effectenindustrie is het eindelijk mogelijk om het fantastische Oz-universum met zijn onvergetelijke locaties en wezens cinematografisch eer aan te doen. Ik botste echter op een gigantisch obstakel: mijn haat voor 3D. De enkele films die ik in dat formaat heb gezien, bezorgden me stuk voor stuk schele hoofdpijn. Vandaar dat ik mezelf terug naar de filmschool stuurde. Ik zat samen met directors of photography die me de modernste camera’s lieten zien en ging op bezoek bij digitale-effectenhuizen die mijn stereoscopiekennis up-to-date brachten. Zo kwam ik tot het inzicht dat de nare neveneffecten van 3D voornamelijk te wijten zijn aan een snelle montage. Je ogen moet zich bij elke cut aanpassen. Als je daar als filmmaker geen rekening mee houdt, duw je de kijker resoluut uit het verhaal. De klassieke Hollywoodbeeldtaal leek me dan ook de beste manier om het publiek mee te nemen op deze spectaculaire reis.
De chaotische in beeld gezette confrontatie tussen de helden en een leger vliegende apen voelt op dat vlak aan als een valse noot.
RAIMI: Ik benader een film als een symfonie en de kwajongen in me kan het niet laten af en toen een valse noot in de compositie te verwerken. In de Evil Dead-films deed ik dat door bizarre lenzen te kiezen, hier door alle 3D-registers open te trekken. De kijker wakker schudden: het is een van mijn favoriete onderdelen van deze job.
Het was jouw idee om James Franco te casten als het egocentrische hoofdpersonage. Wat zag je in die atypische Tinseltownacteur?
RAIMI: Casting gaat in mijn ogen niet over het strikken van de bekendste acteur, maar om het vinden van de acteur die het best bij een rol past. Ik wist dat James de essentie van Oscar in zich had. Mijn band met hem was tijdens de Spider-Manfilms (waarin Franco Spideys beste vriend speelt, nvdr.) steeds sterker geworden. De transformatie die ik hem daar heb zien ondergaan, lijkt sterk op die van Oscar. Tijdens de opnames van de eerste Spider-Man was James ongelooflijk in zichzelf gekeerd. Naar de raad van anderen luisteren was absoluut uit den boze. Hij gedroeg zich alsof hij echt geloofde dat hij de nieuwe James Dean was. Voor de slechte verstaanders: ik had een rothekel aan hem. Op de set van de sequel merkte ik enkele kleine veranderingen. Hij had wat meer levenservaring en zijn universiteitsstudies deden hem duidelijk deugd. Hij was niet langer afkerig van gesprekken over zijn personage. Het nut van samenwerking begon hem te dagen. Tegen het einde van de trilogie was de transformatie compleet. Hij had een mooie ziel en stond uiterst genereus in het leven.
Voor de rollen van de heksen ging je evenmin voor vanzelfsprekende mainstreamnamen.
RAIMI:Same story: ik verkoos dames die het best bij de rollen pasten boven schone snoetjes die gegarandeerd geld opbrengen. Michelle was de enige actrice die me kon overtuigen als Glinda de goede heks. Haar good vibrations kunnen het hart van de koelste kikker doen smelten. Van Rachel Weisz gaat een ijzige vorstelijkheid uit die perfect bij de slechte Evanora paste. Voor de tussen goed en kwaad verscheurde Theodora kwam ik uit bij Mila Kunis, vanwege haar duizelingwekkende diversiteit. Er zijn maar weinig actrices die én de onschuld van haar barmeid uit Forgetting Sarah Marshall, én de duisternis van haar ballerina in Black Swan in zich hebben.
Nog een laatste averechts element: in een tijdperk waarin alle blockbusters donker en realistisch moeten zijn – kijk maar naar de recente Spider-Manreboot – kom jij met een fleurig, naïef sprookje op de proppen.
RAIMI: Trends zijn altijd aan mij voorbijgegaan. Ik ga voor de aanpak die juist aanvoelt, niet voor degene die op dat moment hip is. Als je een prequel maakt op The Wizard of Oz – toch een ontzettend kleurrijke en lieflijke film – heeft het geen zin om met iets grauws en levensechts op de proppen te komen.
Ging de grote geldmachine genaamd Disney onmiddellijk akkoord met al die eerder aparte keuzes?
RAIMI: Ik ben al van jongs af aan een rabiate Huis van de Muisfan. Met hen in zee gaan heeft me dan ook lange tijd angst ingeboezemd. Dat dit project als een ouderwetse – of beter: klassieke – Disneyprent aanvoelt, deed die vrees verdwijnen. Ik zag mijn kans schoon om de ‘meest Disney’ Disneyfilm aller tijden te maken. Een vooruitzicht waarin de studiobonzen natuurlijk geen graten zagen. Af en toe kwamen ze met ideeën op de proppen, het ene al beter dan het andere. Gelukkig hadden ze genoeg vertrouwen in me om me final cut te geven. Als het om een minder voor de hand liggend project was gegaan – een horrorprent bijvoorbeeld – waren de zaken nooit zo vlot verlopen.
Niet alles liep van een leien dakje. Zo mocht je niets in de film verwerken dat te hard op The Wizard of Oz leek.
RAIMI: Typische Tinseltownwaanzin. De rechten van ons grote voorbeeld zaten bij concurrerende studio MGM. Als we iets filmden dat op een kopie van hun materiaal leek, ging dat Disney een fikse duit kosten. Vandaar dat ik zaken als het geel van de ‘yellow brick road’ of het groen van Emerald City moest aanpassen. Zelfs de iconische moedervlek van de Wicked Witch of the West konden we niet gebruiken. Dat leverde vaak hilarische gesprekken op met het legertje advocaten dat Disney in dienst heeft. ‘Nee, Sam. Dat groen moet nog paarser.’
Vrees je op de set van zo’n miljardenproductie nooit om net zoals Oscar in Oz compleet door de mand te vallen?
RAIMI: Ik herken zeker en vast facetten van mezelf in Oscar. Maar meer op persoonlijk dan op professioneel vlak. Ik betrap mezelf regelmatig op egoïstische beslissingen. Ik besef dat ik mijn vrienden en familie niet altijd de aandacht geef die ze verdienen. En soms vervloek ik mezelf omdat ik niet simpelweg tevreden kan zijn met wat ik al heb bereikt. Op vele gebieden lijk ik vast te zitten in de eerst act van Oscars verhaal. Met één groot verschil: twintig jaar geleden trouwde ik met de liefde van mijn leven.
Tot slot: wat vond u eigenlijk van de Spider-Manreboot, die vorig jaar maar matig onthaald werd?
RAIMI: Eerlijk? Ik heb de ballen nog niet gehad om hem te bekijken. Wie wil er nu naar het huwelijk van zijn ex-vriendin gaan? Mijn vrouw, die ik vertrouw als geen ander, is wel gaan kijken en vond dat de cast en crew fantastisch werk hebben geleverd. Meer hoef ik eigenlijk niet te weten.
OZ THE GREAT AND POWERFUL
Vanaf 13/3 in de bioscoop.
DOOR STEVEN TUFFIN
Sam Raimi ‘IK MOCHT NIETS FILMEN DAT TE HARD OP THE WIZARD OF OZ LEEK. DAT ZORGDE VOOR HILARISCHE GESPREKKEN: ‘NEE, SAM. DAT GROEN MOET NOG PAARSER.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier