‘IK TREK DE GRENS BIJ SMOOTH JAZZ’
U hebt hem misschien ooit gespot als sessiemuzikant in de achtergrond bij Yeasayer of Caribou: Ahmed Abdullahi Gallab, beter bekend als Sinkane. Met zijn derde album Mean Love treedt de New Yorker met Soedanese roots definitief op de voorgrond.
Als sessiemuzikant doorzwom Gallab, die op zijn vijfde met ma en pa van Soedan naar Amerika verhuisde, al vele watertjes, terwijl hij in de luwte een solocarrière uitbouwde. Die raakte twee jaar geleden in een stroomversnelling toen James Murphy’s DFA Mars uitbracht, een kosmopolitische zomerplaat waarop Gallab zijn Afrikaanse wortels hydrateerde met funk, jazz en indiepop.
Wie op de eerste dag van Pukkelpop omstreeks half negen de Marquee binnenwandelde, kon Gallab trouwens aan het werk zien met Atomic Bomb!, de door David Byrne van Talking Heads in het leven geroepen all-star band die hulde brengt aan de muziek van het Nigeriaanse enigma William Onyeabor. Dat uitgebreide afrofunkorkest is opgebouwd rond Sinkane, en telt afwisselend leden als Money Mark, Alexis Taylor (Hot Chip), Blood Orange, Pat Mahoney (LCD Soundsystem), Luke Jenner (The Rapture), en soms Damon Albarn of David Byrne in hoogsteigen persoon. ‘Het is een gigantische eer om deel uit te maken van dit project’, zegt Gallab wanneer we hem in de Pukkelpopbackstage bij de lurven vatten.
AHMED ABDULLAHI GALLAB: William Onyeabor is bepalend geweest voor het ontstaan en de evolutie van Sinkane, toen ik net van Boston naar New York verhuisd was. Ik leerde zijn muziek kennen via World Psychedelic Classics Vol. 3: Love Is a Real Thing, een compilatie van West-Afrikaanse muziek uit de seventies, verschenen op Luaka Bop, het label van David Byrne. Dat moet rond 2005, 2006 geweest zijn. Een Afrikaanse man die heel distinctieve Afrikaanse muziek maakte die tegelijk het idee van Afrikaanse muziek overstijgt: precies wat ik wilde horen. (lacht) Universele muziek die ik altijd in mijn achterhoofd houd terwijl ik aan die van mij werk.
In het Westen is de interesse voor en de invloed van Afrikaanse muziek de voorbije jaren gigantisch gestegen. Hoe komt dat, denk je?
GALLAB: Die komen in golven. In de late jaren zeventig, vroege jaren tachtig bijvoorbeeld was er ook een opstoot. Van Michael Jackson, die in Don’t Stop ’til You Get Enough fragmenten uit de muziek van Hugh Masekela gebruikte (meer bepaald het nummer Don’t Go Lose It Baby, nvdr.), tot de invloed van Bob Marley en natuurlijk Talking Heads. Tegenwoordig zijn de interesse en de invloed groter dan ooit, omdat de mogelijkheid om Afrikaanse muziek – maar ook muziek uit het Midden-Oosten en Azië – te leren kennen en begrijpen groter is dan ooit. Vroeger moest je gespecialiseerde platenwinkels weten te vinden, nu volstaan enkele klikken op het internet. Ik vind het geweldig, het maakt de mensen meer open-minded. Wie weet komen we zo stapje per stapje dichter bij wereldmuziek in de ware betekenis van het woord.
Voor alle duidelijkheid: Sinkane, dat ben jij, of is het een groep?
GALLAB: In de studio ben ik het. De ideeën zijn de mijne, ik schrijf de songs, ik neem de beslissingen. Wat niet wegneemt dat ik graag samenwerk met andere muzikanten. Op het podium is Sinkane wel degelijk een groep waarin ik de leiding neem. Net zoals bij Caribou, waar Dan Snaith alle muziek maakt en dan vervolgens een band rond zich verzamelt om die live te brengen.
Je maakte ooit zelf deel uit van die band, net als van de livebezetting van Yeasayer. Een goede leerschool?
GALLAB: Het zal wel zijn! Net zoals William Onyeabor Afrikaanse muziek overstijgt, is Yeasayer een New Yorkse band die New York overstijgt, en is Dan Snaith een electronicaproducer die de doorsnee-electronica of -dance overstijgt. De manier waarop ze muziek maken die hun tijd vooruit is, en de moedige beslissingen die ze daarbij nemen, hebben me tot de muzikant gemaakt die ik vandaag ben.
Ik hoor soul en Afrikaanse invloeden op Mean Love, maar mag ik het ook popmuziek noemen?
GALLAB: Natuurlijk, zolang je het geen wereldmuziek noemt, daar heb ik een hekel aan. Ik noem het graag universele muziek, want ik wil oprecht muziek maken waar iedereen van kan genieten.
Uitgezonderd degenen die zich bewust verstoppen in een niche als black metal of industrial, geldt dat niet voor alle muzikanten?
GALLAB: Je zou ervan schrikken hoeveel muzikanten vooral mensen willen behagen die zijn zoals zijzelf. Ik was ook zo, vroeger. Mensen die, net als ik, nergens thuishoren, Afrikanen zonder thuisland, die verloren lopen, die nergens passen: dat was mijn doelgroep. Pas toen ik veel begon te toeren en overal ter wereld vrienden maakte, drong het tot me door dat verschillende mensen zich kunnen inleven in dezelfde dingen. Een zwarte dakloze in New York verschilt eigenlijk niks van een blanke dakloze in België. Ik wil gestalte aan die idee geven.
Muziek maken waar iedereen van kan genieten, zeg je. Kom je dan niet gevaarlijk dicht in de buurt van easy listening?
GALLAB:(lacht) Ik pas wel op, hoor, wees gerust. Het is niet de bedoeling smooth jazz te maken, daar trek ik de grens. En ik zal nooit de volgende Kenny G worden, daar mag je op rekenen!
Nog één ding: mag ik je complimenteren met je zang op Mean Love? Die klinkt veel zelfverzekerder en beter dan op je vorige plaat.
GALLAB: Dank je, ik heb er dan ook hard voor gewerkt. Toen ik op tournee vertrok om Mars te promoten, merkte ik dat mijn stem eigenlijk erg zwak was. Live zingen is werken, besefte ik. Dus heb ik een vocal coach aangetrokken, en nu is mijn stem veel krachtiger. Ik kan bijvoorbeeld mijn falset beter gebruiken.
En dan krijg je van iedereen te horen dat je zang in de single Hold Tight klinkt als die van Sade.
GALLAB: Dat had ik dus niet door, echt waar! Eerlijk, het is nooit in me opgekomen, ik had eerder Maxwell in gedachten. Lekker sexy, maar niet meteen…
Vrouwelijk?
GALLAB: Inderdaad. Maar Sade is een geweldige zangeres, dus laat maar komen die vergelijkingen. Ik kan het aan.
MEAN LOVE
Verschijnt op 1/9 via City Slang/Konkurrent. Sinkane concerteert tijdens Deep in the Woods (5-7/9, uitverkocht) en tijdens het Big Next-festival, 13/9 op Dok, Gent. Alle info: democrazy.be.
DOOR JONAS BOEL
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier