Nicolas Cage leent in de animatiefilm The Croods zijn stem aan een holbewoner die verplicht wordt om te evolueren, maar zelf wil hij dolgraag terug naar zijn experimentele verleden. ‘Ik wil mezelf opnieuw uitvinden.’
‘Ik ben er 49.’ Nicolas Cage zal zijn leeftijd in de loop van ons gesprek twee keer laten vallen. Niet dat de laatste halte voor tram 5 per se zo belangrijk is, maar de acteur geeft wel de indruk dat hij voor een kruispunt staat. Het minste wat je kunt zeggen, is dat hij zich met hart en ziel op elk van zijn personages stort en probeert om buiten de lijntjes te kleuren. Er zijn tenslotte maar weinig acteurs die zo’n herkenbare eigen stijl ontwikkeld hebben, of die zulke tegenstrijdige reacties losweken.
Cage heeft bijvoorbeeld nooit schrik gehad om belachelijk te lijken. Anders zou hij zijn personage in Peggy Sue Got Married (van oom Francis Ford Coppola) niet de neusstem van poppenfilmfiguurtje Pokey de pony geven. Of aan het einde van Wild at Heart rondlopen met een grotesk gezwollen neus. Of na zijn Oscar voor Leaving Las Vegas (1995) besluiten om godbetert de actieheld te gaan uithangen in films als The Rock (1996) en Con Air (1997).
Cage doet waar hij zin in heeft, niet wat van hem verwacht wordt. Als David Lynch hem ooit ‘een jazzmuzikant’ noemde, is dat de reden. Cages strapatsen op de set (een kakkerlak eten voor Vampire’s Kiss, zonder verdoving een tand laten trekken voor Birdy (1984)) en daarbuiten (zijn drie huwelijken, zijn publieke aanvaring met de belastingdienst) hebben hem een lijpe reputatie opgeleverd, maar die is eigenlijk al een tijdje niet meer terecht. Cage rijgt de films tegenwoordig aan elkaar, ongetwijfeld om een put te vullen (hoe verklaar je anders Seeking Justice, Trespass en Stolen), maar ook omdat hij genoeg goed werk wil leveren. Als we hem mogen geloven, toonde Werner Herzogs geflipte The Bad Lieutenant – Port of Call: New Orleans (2009) de richting en sluiten zowel de aankomende thriller The Frozen Ground als het donkere drama Joe daarbij aan.
Animatiefilm The Croods, waarin hij zijn stem leent aan de conservatieve vader van een gezin neanderthalers, moet dan weer bewijzen dat hij zich nog steeds niet wil laten vastpinnen. ‘De term ‘acteur’ betekent letterlijk dat je dingen doet, actief bent’, zei hij onlangs. ‘Daarom werk ik zo veel. Een mens heeft maar een beperkte tijd in deze fysieke vorm, en die wil ik zo goed mogelijk besteden.’
Naar eigen zeggen doe je films zoals The Croods omdat je in deze economisch moeilijke tijden ontspannende verhalen wilt vertellen voor het hele gezin. Vind je die verhalen wel complex en uitdagend genoeg?
NICOLAS CAGE: Ik heb meer dan kansen genoeg om me uit te leven in donkere en uitdagende films. Toen we The Croods presenteerden in Berlijn stond ik met Jeffrey Katzenberg (ceo van DreamWorks Animation, nvdr.) te praten en kwam David Gordon Green me goeiedag zeggen, met wie ik onlangs Joe heb gemaakt. Dat moment vatte het mooi samen: aan mijn ene kant iemand die de wereld entertaint met heel positieve en kleurrijke films en aan mijn andere kant een regisseur die samen met mij een van de donkerste films van 2013 heeft gemaakt. (lachje) Ik hou van die diversiteit, dat ik beide kanten van de medaille kan bekijken. Dat heb ik ook altijd geprobeerd. In mijn carrière staat Bad Lieutenant naast Knowing (2009), Lord of War (2005) naast National Treasure (2004), World Trade Center (2006) naast The Weather Man (2005). Ik hou de dingen graag eclectisch.
Ben je onverdeeld gelukkig met je keuzes van de laatste jaren?
CAGE: Ik sta achter mijn werk. Ik hou van al mijn experimenten. Ik ben blij met Season of the Witch (2011) en Drive Angry (2011). Dat waren kansen om eens een andere stijl te proberen. Ik sta voor alles open, ook als kijker. Ik ben bijvoorbeeld een fan van oude horrorfilms zoals de Hammer-serie: Curse of the Werewolf met Oliver Reed, Rasputin met Christopher Lee, Theatre of Blood met Vincent Price. Kan me niet schelen dat die mensen nooit een Oscar gewonnen hebben of bejubeld werden door de critici. Ze zijn belangrijk voor mij. Ze zijn stijliconen. Daar wil ik ook mee experimenteren en daarom heb ik Season of the Witch en Drive Angry gedaan. En ik ben tevreden met het resultaat. Je moet ervoor blijven oppassen dat je het jezelf niet te gemakkelijk maakt.
Er was een moment in je carrière dat je die erkenning als dramatische acteur wel had. Je hebt tenslotte ooit een Oscar gekregen.
CAGE: Ik heb opnieuw zin in dat soort dramatische rollen. Misschien besteed ik er weer meer aandacht aan. Een paar jaar geleden had ik vooral honger naar horror. Die is wat gestild. Nu wil ik opnieuw iets doen met Paul Schrader of nog een film maken met Werner Herzog. Ik wil terugkeren naar mijn roots, naar de onafhankelijke drama’s van toen, en mezelf op mijn 49e opnieuw uitvinden.
Vind je dat je moet afrekenen met een bepaald imago?
CAGE: Een van de redenen waarom ik veel critici frustreer, is net dat ze niet weten wat ze met mij moeten aanvangen. Ik kies constant voor vernieuwing. Toen ik die Oscar kreeg voor Leaving Las Vegas maakte ik de bewuste keuze totaal de tegenovergestelde richting uit te gaan met actiefilms zoals Con Air en Gone in Sixty Seconds (2000). Dat werd niet verwacht van een Oscarwinnaar en dat was precies wat ik in gedachten had. Ik ga altijd op zoek naar de uitdaging.
Het risico is dan wel dat je niet begrepen wordt. Wat vind je zelf je beste onbegrepen film?
CAGE: Neil LaButes remake van The Wicker Man. Om een of andere reden dacht iedereen dat Neil en ik niet wisten dat het om te lachen was. Ook al loop ik rond in een berenpak en doe ik al die belachelijke dingen. ‘Step away from that bicycle!’ zeg ik op een bepaald moment zelfs. Als je niet snapt dat het om absurde humor gaat en dat Neil en ik ook absoluut de bedoeling hadden ons te amuseren, weet ik het ook niet meer. (lacht) Ach, de mensen doen maar.
Je vermeldde daarnet je liefde voor Hammer. Had je geen plannen om iets te doen met Roger Corman, de Amerikaanse tegenhanger van die Britse horrorstudio?
CAGE: (knikt) Ik wilde samen met Roger een klassieke Cormanfilm maken, zoals in de jaren zestig, met dezelfde kostuums, dezelfde mistmachine, hetzelfde bloed. Het leek me een fantastisch experiment. Ik vrat mezelf elke nacht vol met zijn werk. Masque of the Red Death, Premature Burial, allemaal enorm artistieke films. Zo psychedelisch en fantastisch. Ik wilde heel graag in zo’n film rondstappen. En Roger is 86, dus zoveel kansen resten er niet meer om met een legende als hem samen te werken. Maar het lukte me niet om het budget rond te krijgen. Niemand was geïnteresseerd.
Heb je Hammer gecontacteerd? Die maken sinds een paar jaar weer films.
CAGE: (denkt na) Dat klopt. Ze hebben een nieuw bedrijf opgestart. Goed idee. Ik zal het doen.
Ben je de voorbije dertig jaar veel veranderd als acteur, denk je?
CAGE: Ik ben 49, heb drie huwelijken meegemaakt, ben twee keer vader geworden, heb veel verkeerde maar ook goeie keuzes gemaakt. Dat levert een emotionele wijsheid op die ik op mijn 19e of 29e niet had. En dat weerspiegelt zich onvermijdelijk in mijn werk. Niet dat ik nu de wijsheid in pacht heb, maar ik denk dat ik een beetje meer diepte heb dan toen.
Volgens Herzog ben je beter dan Klaus Kinski, zijn legendarische vaste acteur.
CAGE: Ik hecht in elk geval meer waarde aan zijn mening dan aan die van Owen Gleiberman (criticus van Entertainment Weekly en geen Cage-fan, nvdr.). Voor mij is Kinski een ster. Ik heb Werner al gezegd dat hij moet ophouden met kwaad te spreken over Kinski, ook al waren ze niet altijd de beste vrienden. Hij is het ook met me eens. Ik had trouwens het gevoel dat er iets bijzonders zou gebeuren als ik op de set van Bad Lieutenant mijn Kinski-kant verkende.
Wat moet ik me daarbij voorstellen?
CAGE: Ik zei gewoon vlakaf wat ik dacht: ‘Dit is mijn stad!’ en dat soort dingen over New Orleans. Ik heb enorm veel respect voor Werner Herzog. Met zijn accent klinkt hij net zoals mijn overgrootmoeder. Er spoelden constant herinneringen over me heen als hij iets zei. Ik herinnerde me vooral hoe ze me kon frustreren. (lacht) Maar het heeft ook een band gevormd met Werner.
Je hebt een acteertheorie ontwikkeld die je ‘nouveau shamanic acting’ noemt.
CAGE: Het idee is dat het niet nodig is de hele method-aanpak toe te passen. Om geloofwaardig een rol te spelen, hoef je geen 50 kilo bij te komen, in de huid van je personage te blijven of enkel aangesproken te worden met de naam van dat personage. Je kunt terugvallen op je verbeelding. Het komt eropaan je verbeelding te stimuleren, en dat doe je op de manier die jou past. Je neemt een week vakantie, je drinkt iets, je zoekt een object dat je helpt, maakt niets uit. En eenmaal je verbeelding werkt, ben je in wezen niet meer aan het acteren. Het is geen leugen meer, het is een waarheid. Daar probeer ik nu naar te streven. Alle acteurs waren oorspronkelijk zo. Ze waren de sjamanen van het dorp. Volgens mij weten acteurs als Joaquin Phoenix en Ryan Gosling precies wat ik bedoel. Je gelooft in je verbeelding en je verliest jezelf in de rol.
Hoe zorg je dat je niet te ver gaat?
CAGE: Ik ken de waarde van een gezond gevoel voor humor. Als je een film maakt, ontwikkel je bovendien een soort familierelatie met de andere mensen op de set. Het is dan ook goed sociaal te blijven en aan het eind van de dag stoom af te blazen. Maar je moet je job wel ernstig nemen, zelfs bij een ‘popcornfilm’ als Ghost Rider (2007). En ik neem al mijn rollen ernstig.
THE CROODS
Vanaf 27/3 in de bioscoop.
DOOR RUBEN NOLLET
NICOLAS CAGE’CRITICI WETEN NIET WAT ZE MET MIJ MOETEN AANVANGEN. NA MIJN OSCAR GING IK BEWUST MEESPELEN IN ACTIEFILMS ALS CON AIR. IK GA ALTIJD OP ZOEK NAAR DE UITDAGING.’
NICOLAS CAGE ‘DIE HELE METHOD ACTING: NIET NODIG. JE NEEMT EEN WEEK VAKANTIE, JE DRINKT IETS, JE ZOEKT EEN OBJECT DAT JE HELPT, HET MAAKT NIETS UIT. EN EENMAAL JE VERBEELDING WERKT, BEN JE EIGENLIJK NIET MEER AAN HET ACTEREN.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier