Na twintig jaar Hollywood keert Antonio Banderas terug naar de wondere wereld van zijn ontdekker Pedro Almodóvar. De Latijnse hunk over toen en nu. ‘Ik heb alles aan Pedro te danken, zelfs mijn villa met zwembad.’

Toen Antonio Banderas (51) begin jaren 90 de oversteek maakte van Mondo Almodovar naar Hollywood leek hij goed op weg om de grootste latinoster van zijn generatie te worden. Met bijrollen in Philadelphia en Interview with the Vampire startte zijn Amerikaanse carrière veelbelovend en toen Desperado en The Mask of Zorro van hem een actieheld maakten, leek het blockbusterpubliek snel weer op de Andalusiër uitgekeken: na enkele flops moest hij zich de voorbije jaren vooral tevreden stellen met kinderfilms ( Spy Kids), stemmenwerk ( Shrek) en B-producties ( Take the Lead, My mom’s New Boyfriend). Het lijkt alsof hij zich wat makkelijk liet typecasten als de latin lover met sexy accent. Eindelijk bewijst hij nog eens dat hij niet om een risico verlegen zit, met La Piel que Habito, zijn eerste Almodóvarfilm in twintig jaar.

Wanneer heb je Almodóvar voor het eerst ontmoet?

Antonio Banderas: Dat was nog vóór Laberinto de Pasiones, de eerste film die we samen hebben gemaakt in 1982, al betwijfel ik of Pedro zich dat nog herinnert. Ik werkte toen voor het Spaans Nationaal Theater en tussen de repetities door ging ik een koffie drinken in het café om de hoek. Ik speelde in een klassiek stuk van Calderón de la Barca en had mijn kostuum en namaaksnor nog aan. Pedro was daar ook en plots stapte hij op me af. Hij zei: ‘Je hebt een romantisch gezicht. Je moet filmacteur worden.’ Toen ik mijn collega achteraf vroeg wie hij was, antwoordde die: ‘Dat is Almodóvar. Hij heeft al een film gemaakt, maar de kans is klein dat we ooit nog van hem horen.’ (Lacht)

Was het raar om na twintig jaar naar Almodóvars terug te keren universum?

Banderas: Helemaal niet. Pedro is als regisseur nog beter geworden. Hij gaat beheerster en strenger te werk dan vroeger, maar is nog altijd even avontuurlijk en compromisloos. Bovendien wist ik wat ik kon verwachten: een film waarvan je geen idee hebt wat je kunt verwachten. Ten tijde van Matador en Atame! voelde die gekke mix van genres en invloeden soms onwennig aan, nu voelde ik me perfect op mijn gemak. Ik moet een psychopathische plastisch chirurg spelen die geslachtsoperaties uitvoert omdat zijn dochter is verkracht? Geen probleem. Het is logisch. Het is Pedro. (Lacht)

Hoe groot is het verschil met Hollywood?

Banderas: In Hollywood is alles kant-en-klaar. Je moet het enkel binnenlepelen. Pedro staat voor gesofisticeerde keuken. De ene keer smaakt het zoet, de andere keer zuur. Het is telkens een verrassing. Het was in elk geval precies datgene wat ik op dit moment in mijn leven en carrière nodig had.

Het smaakt dus naar meer?

Banderas: Absoluut. Ik doe voortaan enkel nog waarin ik zin heb. Ik weet dat Pedro vindt dat ik te veel slechte films heb gemaakt en voor een stuk heeft hij gelijk. Pedro mag dat ook zeggen, want ik heb alles aan hem te danken. Zelfs mijn villa met zwembad. Dat besef ik maar al te goed. Drie jaar geleden is mijn manager overleden en een van de laatste dingen die hij tegen me zei, was: ‘Jongen. Je moet dringend het belangrijkste woord uit Hollywood leren: ‘Neen’.’ Waarop ik zei: ‘Ja. Doe ik.’ (Lacht) Sindsdien heb ik gewerkt met Woody Allen (‘ You Will Meet a Tall Dark Stranger’; nvdr.), Pedro en Jean-Jacques Annaud, én heb ik een eigen productiefirma opgericht. Zijn advies was goud waard.

Blijkbaar ga je straks ook opnieuw regisseren?

Banderas: (Knikt) Met mijn eerste twee films (‘Crazy in Alabama’ en ‘El camino de los Ingleses’; nvdr.) was ik niet honderd procent tevreden, maar ik ben er zeker van dat ik nu wel de nodige maturiteit heb. Mijn derde film zal Solo heten en is een sciencefiction-thriller over een getraumatiseerde Spaanse kolonel. Ik speel zelf de hoofdrol en normaal beginnen we in februari te draaien.

Ben je nog niet gevraagd voor de Engelstalige film die Almodóvar binnenkort zal draaien?

Banderas: Gaat Pedro een film in het Engels draaien? Daar wist ik niets van. Ik ben benieuwd hoe Amerikaanse of Britse acteurs zich aan hem zullen aanpassen. Bij Pedro draait alles namelijk om de compositie, op het maniëristische af. Je moet je wenkbrauw zo houden en je stem moet precies die toonhoogte hebben. In motivatie en inleving – toch sleutelwoorden voor Angelsaksische acteurs –

is hij veel minder geïnteresseerd. Pedro en Russell Crowe? Daar wil ik absoluut bijzijn! (Schatert)

‘In Hollywood is alles kant-en-klaar, Pedro is haute cuisine.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content