Tien jaar lang hebben ze elkaar uitgebreid besnuffeld in allerlei zijprojecten, maar met ‘Saturnalia’ tekenen Greg Dulli en Mark Lanegan alias The Gutter Twins voor hun allereerste coproductie. ‘We hadden evengoed The Sewer Boys kunnen heten.’

Saturnalia, de eerste plaat van The Gutter Twins, is genoemd naar een Romeins offerfeest waarbij het de slaven in het Oude Rome één dag lang vergund was om zich te gedragen als meesters. Greg Dulli, die een tijdlang in Italië heeft geresideerd, zag er meteen een toepasselijke metafoor in.

Greg Dulli: ‘Toen ik nog in Rome woonde, heb ik Saturnalia eens meegemaakt. Dat feest wordt daar nog altijd gevierd tijdens de laatste twee weken van december. Nu is het voor veel Italianen gewoon een excuus om het twee weken lang op een zuipen te zetten, maar het idee dat de slaven in het Oude Rome tijdens de laatste dag van Saturnalia even boven hun stand mochten leven, sprak wel tot mijn verbeelding. Slavernij is sowieso een krachtige metafoor, hé. Je kan verslaafd zijn aan liefde of seks. Maar je kan ook verslaafd zijn aan drugs en alcohol, twee dingen waar Mark en ik wel wat ervaring mee hebben.’

‘Saturnalia was aanvankelijk de titel van een nummer dat we hadden geschreven over het overwinnen van verslavingen. Alleen zijn we die song ergens onderweg kwijtgespeeld en kunnen we ons met de beste wil van de wereld niet meer herinneren hoe hij precies ging. Dus hebben we van Saturnalia maar de plaattitel gemaakt, dan dient hij tenminste nog ergens voor (lacht).’

De groep had al een naam voor jullie ook maar één noot hadden opgenomen. Ik heb de indruk dat die groepsnaam de sound én de thematiek van de plaat heeft bepaald.

Mark Lanegan: Je bedoelt dat we een donkere, smerige in-de-goot-rock-‘n-rollplaat hebben gemaakt omdát we onszelf The Gutter Twins hebben genoemd? Ja, daar zit wel iets in.

Dulli: Er zit inderdaad een zekere getting out of the gutter-thematiek in de plaat. Maar eigenlijk hadden we evengoed The Sewer Boys kunnen heten (lacht). Ik denk niet dat we dan drastisch anders hadden geklonken.

Weet je trouwens dat ik via de pers heb moeten vernemen dat ik in een nieuwe groep zat die The Gutter Twins heette? Mark had zonder mij te verwittigen of nog maar te consulteren tegen een journalist gezegd dat we een groep met die naam hadden opgericht. Maar ik dacht meteen: ‘Waauw, wat een groepsnaam! Nu alleen nog achterhalen hoe de muziek klinkt!’ (lacht) Ik hou ook wel van het beeld dat The Gutter Twins oproept. We waren er allebei niet te best aan toe toen we aan deze plaat begonnen, healthwise or otherwise. Je zou deze plaat dus kunnen beschouwen als het verhaal van twee junkies die uit de goot klauteren.

Jullie hebben er vier jaar over gedaan om ‘Saturnalia’ op te nemen. Is het niet moeilijk om al die tijd het overzicht over de plaat te bewaren?

Dulli: Als je Guns N’ Roses heet en vijftien jaar lang aan Chinese Democracy zit te werken misschien wel. Maar wij zijn Guns N’ Roses niet. Gelukkig maar (lacht). Serieus nu: we hebben natuurlijk geen vier jaar ononderbroken aan deze cd gewerkt. Saturnalia is tot stand gekomen tijdens een vijftal sessies verspreid over vier jaar.

Ik herinner me nog de eerste dag dat we een studio hadden geboekt voor dit project. Mark vroeg of ik al songs klaar had en ik zei: ‘Nee, natuurlijk niet. Jij hebt deze groep opgericht. Laten we maar met een van jouw nummers beginnen.’ Waarop hij: ‘Ik heb er ook nog geen geschreven.’ (lacht) Maar ik zweer je, tegen het eind van de sessie stond onze eerste song erop, All Misery. Pas een jaar later, na de tournee die Mark heeft gedaan met de Queens, hebben we een tweede sessie gedaan. Dan weer twee jaar niks: ik was bezig met The Twilight Singers en Mark met Isobel Campbell en Soulsavers. In februari en juli van vorig jaar hebben we dan de laatste twee sessies gedaan, heel productieve sessies waar we zoveel songs aan hebben overgehouden dat we al bijna genoeg materiaal hebben voor een tweede plaat.

Net als op de platen van The Twilight Singers doen op ‘Saturnalia’ tientallen gastmuzikanten mee. Loopt het nooit mis als je een buitenstaander op je muziek loslaat?

Dulli: Natuurlijk wel. Soms doet een muzikant iets met je song dat je verschrikkelijk vindt en wil je ‘m de nek omwringen. Maar met de jaren hebben we geleerd wie we wel en wie we vooral niét moeten vragen. Zal ik je eens iets verklappen? Eigenlijk hebben we bij al onze geliefkoosde gastmuzikanten een chip ingeplant. Als we ze nodig hebben, hoeven we in de studio maar op een knopje te duwen (lacht).

Jullie hebben de teksten voor deze plaat grotendeels samen geschreven. Zorgt het niet voor wrevel als de ander zich met jouw teksten bemoeit?

Lanegan: Vroeger had ik het daar inderdaad moeilijk mee, maar ik ben er flexibeler in geworden. Nu kan ik wel samen met iemand teksten schrijven, maar dan moet ik de ander wel héél goed kennen en vertrouwen. Met Josh (Homme) kan ik het bijvoorbeeld. En met Greg dus, maar Greg is natuurlijk een vriend. He’s my buddy.

Dulli: (knippert met zijn oog) Sorry, ik denk dat ik een vlieg in mijn oog heb.

Jullie zijn al jullie hele leven bijzonder productief, de laatste jaren zelfs nog meer dan vroeger. Geen schrik dat de inspiratie ooit opdroogt?

Dulli: Ach, je zorgen maken is zoals in een schommelstoel zitten: je gaat voortdurend heen en weer, maar je gaat niet vooruit.

Lanegan:Amen to that!

Door Vincent Byloo

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content