GRIEVOUS ANGEL
Pas in de dood vindt de mens onsterfelijkheid. Deze zomer: zeven postume albums waarvoor de makers zich hoegenaamd niet in hun graf moeten omkeren. – Ook het countrygenre is verzadigd met overbodig, postuum uitgebrachte restjesplaten van helden en vrijbuiters. Een van de mooiste uitzonderingen heet Grievous Angel van Gram Parsons, die in de jaren zestig de country een nieuw tijdperk inloodste.
Wanneer Cecil Ingram Connor III, alias Gram Parsons, in 1973 na een overdosis morfine het loodje legt, komt hij een jaar te kort om toe te treden tot de beruchte 27 Club, het kransje artiesten (Hendrix, Morrison, Joplin, Cobain, Winehouse et les autres) dat zijn laatste adem uitblies op zijn 27e en zo (te vroeg) de legende in ging. Een einde in het verlengde van een kort maar turbulent leven en een dito carrière, waarin opportunisme, bluf, drank- en drugsmisbruik, gretigheid, zelfsabotage, goede vrienden, foute vrienden, maar bovenal een onwrikbaar geloof in de muziek de grootste rollen speelden.
Another young man safely strummed his silver string guitar
And he played to people everywhere, some say he was a star
But he was just a country boy, his simple songs confess
And the music he had in him so very few possess
(uit In My Hour of Darkness, op Grievous Angel)
Hippie verzoenen met hillbilly, dat was het levenswerk van Gram Parsons. Het rijkeluiskind met de babyface lag al vroeg met zichzelf en zijn naasten in de knoop. Op zijn twaalfde pleegt zijn vader, een oorlogsheld, zelfmoord, waarna zijn moeder, de erfgename van een fruitdynastie, zich een expresweg richting het graf zuipt en zijn stiefpapa letterlijk kosten noch moeite spaart in het verwerven van Grams affectie. De muziek biedt een uitweg uit de familiale krabbenmand. Rock-‘n-roll, folk, country, soul, rhythm-and-blues, gospel: muzikaal is Parsons een omnivoor en een veelvraat, wat zich vanaf 1967 vertaalt in een reeks even snel opgerichte als weer uiteenvallende bands en projecten.
Een onuitputtelijk spaarboekje, in combinatie met zang- en schrijftalent, aangeboren jongensachtige charmes en blinde ambitie: daarmee weet Parsons zich razend snel op te werken in de muziekbiz. Eerst met The International Submarine Band, het groepje dat hij van Harvard in de staat New York naar de honkytonks van Los Angeles leidt, en dat onderdak vindt bij LHI, het platenlabel van Lee Hazlewood. Nog voor hun debuut Safe at Home in de winkels ligt, heeft Parsons zich al binnengebluft bij The Byrds, als vervanging van de vertrokken David Crosby. Nadat hij in datzelfde jaar, 1968, zijn stempel heeft gedrukt op hun zesde album Sweetheart of the Rodeo stuurt Parsons zijn kat wanneer de groep vanuit Engeland wil vertrekken voor een tour in Zuid-Afrika.
Gram blijft liever in Londen hangen bij zijn nieuwe buddy, Keith Richards van de Rolling Stones, die hij introduceert tot de geheimen van de countrysoul, in ruil voor een plekje in Richards’ glamoureuze schaduw. Het inspireert een nieuwe band: The Flying Burrito Brothers. Hedendaagse rock rijmen met de country, gospel en soul uit zijn jeugd, dat is het plan. ‘Cosmic American music’ moet het kind heten, en in 1969 verschijnt het geboortekaartje, The Gilded Palace of Sin. Het is met die plaat dat Parsons uiteindelijk wordt uitgeroepen tot pionier van de countryrock, een term waar hij bij leven al afstand van neemt, nadat gladjanussen als The Eagles ermee aan de haal zijn gegaan.
Pas wanneer hij in een club Emmylou Harris hoort zingen, valt Parsons’ leven in de plooi. Haar loepzuivere sopraanstem doet zijn creatieve sappen stromen en vormt een gouden combinatie in harmonie met zijn eigen gekneusde en breekbare timbre.
In 1973 vat Parsons, zo clean en nuchter als maar kan, samen met Harris het soloalbum GP aan, onder begeleiding van onder meer gitarist James Burton en andere leden uit Elvis Presleys legendarische begeleidingsband The Wreckin’ Crew. GP is op traditionelere leest geschoeid dan Parsons’ eerdere exploten, maar bij tranentrekkers als She en A Song for You blijft niemand droog, en tijdens We’ll Sweep Out the Ashes in the Morning en How Much I’ve Lied scheert het duo hoge, ongerepte toppen. Na de release wil Parsons zo snel mogelijk opnieuw de studio in voor een tweede album. Grievous Angel, ingeblikt na een geslaagde afkickperiode, bevestigt de belofte die GP was. Tot de hoogtepunten behoren de poëtische en glorieuze titeltrack, het aangrijpende Brass Buttons, geschreven voor zijn inmiddels aan alcoholisme overleden moeder, het hartstochtelijke Hearts of Fire, dat nergens doet vermoeden dat Parsons en Harris een strikt muzikale relatie onderhielden, en de sobere, maar gestaag tot een explosie van emotie openbarstende versie van Love Hurts, de allermooiste versie van deze rockklassieker.
Parsons lijkt eindelijk klaar om toe te treden tot het pantheon van songschrijvers en performers die hij zo bewondert. Voor de start van een nieuwe tournee wil hij vieren in Joshua Tree, in de woestijn van California, waar hij ooit met de Stones ufo’s ging spotten, waar hij zo vaak met liefjes of groupies ging trippen op lsd, uitwaaien en dromen onder het sterrendak. Het is hier dat zijn levenloze lichaam wordt aangetroffen in de nacht van 17 september 1973.
Het album van de bevestiging werd zo een zwanenzang, verschenen een half jaar na zijn dood, in 1974. Twee jaar later volgt Sleepless Nights, een zeer middelmatige bundel overschotjes van The Flying Burrito Brothers, covers en drie songs uit de sessies van Grievous Angel. Meer valt er niet te graaien uit Parsons’ oeuvre, behalve nog een livealbum (Live 1973) en een stoet compilaties, waarvan het in 2001 door Rhino verzamelde Sacred Hearts and Fallen Angels: The Gram Parsons Anthology het meest complete en beste overzicht biedt.
The Flying Burrito Brothers proberen het verder uit te zingen zonder hun bezieler, met weinig succes. Emmylou Harris houdt tot vandaag zijn nagedachtenis levend, net als ieder groepje dat zichzelf ooit het etiket alt.country opkleefde, de Uncle Tupelo’s, Wilco’s en Drive-By Truckers van deze wereld. Misschien is Gram Parsons’ erfenis nog het meest te horen op Exile on Main St. (1972) van de Rolling Stones, in tracks als Sweet Virginia en Torn and Frayed. Keith Richards verloor met Parsons een vriend en inspirator. ‘Hij had een enorm effect op de countrymuziek’, schreef hij ooit in Rolling Stone, ‘and that motherfucker could make chicks cry. Ik heb nooit een andere man gezien die oude, geharde barmeiden in Los Angeles tranen liet plengen zoals hij deed.’
VOLGENDE KEER JELLY ROLL MORTON
DOOR JONAS BOEL
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier