Op 2 november 1979 doorzeefde de Franse politie op klaarlichte dag in hartje Parijs de professionele crimineel Jacques Mesrine. In een ambitieus tweeluik brengt gangsterspecialist Vincent Cassel nu een portretvan de geliefde publieke vijand nummer één.
Vincent Cassel is een van de weinige Franse acteurs die zijn tanden níét stukbijt op een internationale carrière. Mijnheer Monica Belluci incarneerde de perverse zoon van de Russische maffiabaas in Eastern Promises, de dief die George Clooneys charmante schurkenbende te slim af wil zijn in Ocean’s Twelve en de agressieve afperser die Clive Owen een slippertje betaald zet in Derailed. Gangsters met een opvliegend karakter zijn Cassels handelsmerk.
Met acteur-gangster Jacques Mes-rine wordt gangster-acteur Vincent Cassel het neusje van de zalm voorgeschoteld. Mesrine heeft echt bestaan: hij overviel banken bij de vleet, ontvoerde tussen twee spectaculaire ontsnappingen door miljonairs die erom vroegen en genoot ervan om in de belangstelling te staan. Hij schreef zijn eigen legende.
Een voorliefde voor theatrale gebaren, een scherp improvisatietalent, een neus voor vermommingen die hem de bijnaam ‘de man van duizend gezichten’ bezorgde en een hunker naar roem: die Jacques Mesrine heeft zich van beroep vergist. De bankovervaller had net als jij acteur moeten worden.
Vincent Cassel: Daar heb je gelijk in. (Grijnst) Dat lijkt dus een erg aantrekkelijke rol voor een acteur die zich net als ik graag vermomt. Maar als je niet subtiel met die theatrale aspecten jongleert, dreig je een grand guignol te creëren. Ik heb mijn uiterste best gedaan om de film wat gewicht te geven, om de toeschouwer de indruk te geven dat er achter die grote gebaren een mens van vlees en bloed schuilt. Ik wil niet dat Jacques Mesrine met Arsène Lupin (gentleman-dief uit een reeks misdaadromans van de Franse schrijver Maurice Leblanc; nvdr.) verward wordt. Het mocht geen verkleedpartij worden. Maar we konden natuurlijk niet om zijn transformaties heen. Mesrine verouderde en veranderde ook regelmatig van look om uit de handen van het gerecht te blijven. De kappers, grimeurs en kostuummakers zijn niet over een nacht ijs gegaan.
De meest in het oog springende transformatie is de extra twintig kilo die de oudere Mesrine meezeult. Waar was dat toch goed voor?
Cassel: Iedereen praat erover omdat het zo in het oog springt, je kunt niet naast die kilo’s kijken. Eigenlijk is die gewichtstoename maar een onderdeeltje van de vertolking. Verzwaren of vermageren zal nooit volstaan om een sterke vertolking neer te zetten. Maar het hielp me eerlijk gezegd wel, en zelfs meer dan ik had verwacht. Als je meer weegt, beweeg je niet alleen anders, je gaat ook anders praten.
We hebben de film in omgekeerde chronologie opgenomen. Meestal vermager ik tijdens opnames, het leek me dus veiliger om eerst de dikke Mesrine te spelen en op het eind weer normaal te worden. En dat zulke schommelingen ongezond zijn, weet ik. Maar ik behoor nu eenmaal tot het type acteur dat wel vaart bij een fysieke verandering. Het juiste kostuum, het goede kapsel, een overdachte look… het helpt me bij mijn werk.
Een vrouw slaan…
Cassel: (Onderbreekt) Ik sla niet echt! Ik sla geen vrouwen. Voor mij is acteren een ambacht. Het is niet zo dat ik mezelf in het personage verlies. Ik probeer alles zo nauwkeurig mogelijk weer te geven, maar het blijft spelen. Ik doe niemand pijn en ik wil niet dat iemand mij pijn doet. De eerste die mij tijdens de opname een echte klap verkoopt omdat hij denkt dat hij zo échter overkomt, heeft een probleem. Mijn grootste angst tijdens die actiescènes is precies dat ik de collega’s, en zeker vrouwen, pijn zou doen. De scène is pas geslaagd als ze zeer gewelddadig lijkt zonder het te zijn.
Cinema is goochelarij. De kijker weet dat het nep is, maar hij is bereid om dat te vergeten en als acteur moet je hem daar niet aan herinneren. Het moment dat het witte konijn uit de hoed kruipt, moet er een van verbazing zijn.
Eind jaren 70 was Mesrine de populairste Fransman. In de buitenwijken dwepen sommige jongeren nu nog met Mesrine. Zijn naam wordt op muren geklad en komt in meer dan één hiphopnummer voor. Deelt u die fascinatie?
Cassel: Neen. Bepaalde aspecten van zijn persoonlijkheid zijn benijdenswaardig, maar daar staan te veel onoorbare dingen tegenover. Regisseur Jean-François Richet bekent dat hij aanvankelijk enige sympathie voor het personage koesterde; ik niet. Als ik ergens over moest waken dan is het wel dat ik Mesrine niet te snel mocht veroordelen.
Verfrissend antwoord. Het is een ongeschreven wet dat acteurs hun personage met hand en tand verdedigen, zeker als het een smeerlap betreft.
Cassel: Ik hoef Jacques Mesrine niet te verdedigen. Dat heeft hij destijds zelf gedaan, en hij heeft dat zéér goed gedaan. Hij hing het beeld op van een kleurrijk personage ‘dat het geld haalde waar het was: bij de banken’ en verder niemand kwaad deed. Een fraai staaltje van image building. De mensen bleven in hem geïnteresseerd. Dertig jaar na zijn dood worden er twee films over hem gemaakt. De staat heeft hem heel anders voorgesteld, als een moordenaar. Ook daar ga ik niet in mee; ik wil niet blind zijn voor wat in zijn voordeel pleit. Mesrine beschuldigt zichzelf in zijn boek van 43 moorden. Maar het gerecht verdenkt hem van amper vier moorden. Geen enkele moord was bewezen op het moment dat de politie hem op klaarlichte dag in hartje Parijs met twaalf kogels doorzeefde. En vergis ik me of is een mens onschuldig zolang zijn schuld niet is bewezen?
Talrijke bankovervallen, spectaculaire ontsnappingen, provocerende praat. Een scenarist die het zo grof bedenkt, wordt de laan uitgestuurd.
Cassel: Mmm, misschien. Ik weet alleen dat elk land wel een Mesrine heeft. Ooit Chopper gezien, de film waarmee Eric Bana doorbrak? Dat was de Mesrine van Australië. In Groot-Brittannië had je Charles Bronson, the ‘ most violent prisoner in Britain‘, en Amerika heeft Jesse James.
Voldoen die outlaws aan een behoefte van het publiek?
Cassel: Ze zijn geen creatie van het publiek, maar wel van de samenleving. Manco’s in een samenleving worden vaak aan de kaak gesteld door persoonlijkheden die hun omgeving verwerpen. Zulke mensen zijn soms nodig.
Mesrine is vermoord enkele dagen voor een geplande ontmoeting met de Rode Brigades. Maar dat hij politiek geëngageerd was, is larie. Hij zocht de strijd niet op vanuit een politiek engagement, maar wel om zijn daden, levensstijl, persoonlijkheid en geweld te verantwoorden.
Op een ander niveau speelde Mesrine wel een politieke rol. Hij is een icoon van de tegenmacht. Aanvankelijk werd hij in die rol geduwd, later heeft hij dat idee zelf verder ontwikkeld. Hij was de man die stoorde, die vrij en vrank ‘neen’ zei tegen de staat, tegen het misdaadmilieu, en tegen iedereen die meende hem de wet te kunnen stellen. In 1978, een jaar voor zijn dood, was hij het favoriete personage van de Fransen. Terwijl elke agent in Frankrijk naarstig naar hem op zoek was, pronkte hij doodleuk op de cover van Paris Match. Dat ondermijnde het gezag veel meer dan alle pamfletten en acties van alle tegenbewegingen en oppositiepartijen bij elkaar.
Mesrine strooide iedereen zand in de ogen en had er plezier in om de mythe te versterken.
Cassel: Ik leg me erbij neer dat we nooit de hele waarheid zullen kennen. We waren er niet bij toen hij banken overviel of ontsnapte. We moeten terugvallen op de boeken die hij geschreven heeft, wetend dat we die met een korrel zout moeten nemen. Ook de ex-liefjes, trawanten en flikken belichten de geschiedenis vanuit hun eigen invalshoek. De werkelijkheid valt niet te achterhalen.
Wanneer verloor Mesrine zijnonschuld?
Cassel: Op het moment dat de film in zijn leven inpikt, is hij zijn onschuld al kwijt. De film kan niet alles vertellen. Dat hij zijn vader voor de Duitsers zag kruipen, heeft hem getekend. Kinderen van de verliezers van 1940-1945 waren meerderjarig tijdens de Algerijnse oorlog. Wist je dat velen zich sneller lieten oproepen dan gevraagd werd? Ook al was de vijand niet dezelfde, ze wilden de eer van hun ouders redden.
Er was materiaal voor een derde luik!
Cassel: Neen, bedankt. Negen maanden opnames, vier maanden voorbereiding, een jaar postproductie en nu nog een dikke maand promotie. Mes-rine heeft nog even al mijn aandacht, maar daarna is het tijd voor iets anders.
Mag een film mislukken als je er zoveel tijd in investeert?
Cassel: Als je in films speelt waarin je niet gelooft of personages om de verkeerde reden vertolkt, kan het gebeuren dat je je tijd hebt verspeeld. Maar in mijn ogen oogst je dan wat je hebt gezaaid.
Natuurlijk heb ik liever dat het vele werk dat in Mesrine kroop, nu met succes bekroond wordt. Maar ik weet voor mezelf dat we goed werk afgeleverd hebben. De film is trouwens al aan de helft van de wereld verkocht. Dat danken we aan de manier van vertellen en de gekozen vorm, maar ook aan de brede aanpak die voorkomt dat je moet weten wie Mesrine is, de afgewerkte montage en de mooie cast met onder meer Gérard Depardieu, Mathieu Amalric, Cécile de France en mezelf. De films rond Mesrine hebben de contouren van een blockbuster, zonder veel dode momenten. Ik heb er alle vertrouwen in.
Bent u een beter acteur geworden door zowel in de Franse film als in de Amerikaanse film actief te zijn?
Cassel: Ik denk niet dat mijn spel er- op vooruitgaat omdat ik in verschillende landen actief ben. Maar ik geef je op een blaadje dat het erg opwindend is om in een andere taal te spelen en met regisseurs te werken die een heel andere traditie achter zich aanslepen dan de Fransen. Het is altijd goed om uit je milieu gerukt te worden. Daar leer je veel van bij.
De Franse film zou er goed aan doen om ook over de grens te kijken. Ik weiger in films te spelen die enkel voor de Franse markt bestemd zijn. Je weet nooit van tevoren of een film de wereld zal rondreizen, maar dat moet minstens de ambitie zijn.
Je bent niet aan je eerste gangsterrol toe. Maar dit keer speel je er wel een die écht banken overviel. Verandert dat de zaak?
Cassel: Het werk is min of meer hetzelfde. Ook de gangster die ik in Eastern Promises spelen, moet een beetje geloofwaardig overkomen.
Het verschil is dat mensen Mesrine menen te kennen en bepaalde verwachtingen hebben. Ik wist dat ik vergeleken zou worden met het beeld dat ze van de echte Mesrine hebben. Gelukkig bestaan er bijna geen bewegende beelden van Mesrine. Dat gaf me toch al wat meer bewegingsruimte om het personage te creëren. Te ver kon ik daar niet in gaan: de nazaten van Mesrine leven nog en dat brengt een zekere verantwoordelijkheid mee. Ik wil niet dat ze zich verraden voelen.
Regisseur Jean-François Richet vertelde me dat de dochter van Jacques Mesrine, Sabrina, compleet van haar melk was toen ze je op de set zag staan. Een vervelende situatie of een signaal dat je op de goede weg was?
Cassel: Beide. Ik wist niet dat Sabrina de set zou bezoeken. Ik had haar liever een eerste keer als Vincent Cassel ontmoet, en niet als de acteur die zich als haar vader voordoet. Het was een ongemakkelijk moment. Achteraf wist ik natuurlijk dat ik op de goede weg was.
Ik ontmoette de dochter van Sabrina, Jessica, een paar keer buiten de set. Ik droeg dan wel geen kostuum, maar met het gekleurde haar, de snor en de extra kilo’s bleef ik wel op haar opa lijken; dat was vreemd. Als acteur balanceer je voortdurend op de dunne lijn tussen diepzinnig en belachelijk.
Mesrine: L’Instinct de mort
Nu in de bioscoop
Mesrine: L’ennemi public numéro 1
Vanaf 19/11 in de bioscoop
Door Niels Ruëll
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier