Tenzij u die dag op doktersbevel aan de nierdialyse moet, is er geen enkele geldige reden om op 19 juli niét naar het Blue Note Records Festival af te zakken. Daar zal immers Randy Newman, de geestigste aller singer-songwriters, eens te meer bewijzen dat het nog steeds verdomd lonely is at the top.

Randy Newman verdiende zijn plaatsje in de hemel – ergens tussen Bob Dylan en Loudon Wainwright III – in de jaren 70 en 80. Zo tongue-in-cheeck maakte hij zich in die dagen vrolijk over ‘Short People’ en stak hij de draak met ‘Rednecks’ dat hij er een gat in zijn wang aan moet hebben overgehouden. Maar sinds Newman in de jaren 90 aan de slag ging als professioneel soundtrackleverancier – herinner u Pleasantville, maar vooral ook de animatiefilms Toy Story 1 & 2, Monsters Inc. en zopas nog Cars – zijn concerten van de Amerikaan schaarser geworden dan serene VLD-vergaderingen.

Ons hart sprong met andere woorden nog geen klein beetje op toen de inmiddels 62-jarige Newman ons opbelde om de heugelijke uitzondering op die droeve regel te bevestigen.

U doet deze zomer voornamelijk jazzfestivals aan. Mogen we daaruit besluiten dat u definitief een ouwe zak bent?

Randy Newman: Ik heb er de leeftijd voor. (lacht) Maar de ware reden is dat mijn optredens op enkele Amerikaanse jazzfestivals zo goed bevielen dat ik dacht: ‘Laat ik het in Europa ook maar eens proberen.’ Trouwens, ik geloof dat het publiek op die jazzfestivals meer rock-‘n-roll is dan op de meeste rockfestivals. Het risico dat ik van het podium word gejaagd als ik eens vijf minuten iets pseudo-interessants probeer te vertellen, lijkt me er in ieder geval kleiner.

U toert in elk geval niet vaak meer.

Newman: Nee, maar dat heb ik nooit gedaan. Ik speelde vroeger ook hooguit vijftig keer per jaar, zelfs als ik zogenaamd een plaat te promoten had. Maar ik heb dan ook niéts juist gedaan in mijn carrière. Voor de gemiddelde marketeer moet het een raadsel zijn dat ik iets heb kunnen opbouwen dat op een carrière lijkt. (lachje)

U hebt live altijd graag commentaar gegeven op de Amerikaanse politiek, maar ik heb de indruk dat men daar in Europa steeds vaker verveeld op reageert, omdat het zo evident geworden is.

Newman: Ik ben nooit een moraalridder of politiek militant geweest, maar Bush gaat zo over de schreef dat ik niet anders kan dan te protesteren. Nixon en Reagan hielden zich tenminste nog aan de internationale rechtsregels. Maar Bush lapt gewoon alle regels aan zijn laars, inclusief de mensenrechten. Willekeurig mensen arresteren en opsluiten, is ronduit crimineel. Daar moeten we iedereen aan blijven herinneren.

Wat vindt u eigenlijk van Neil Youngs recente protestplaat ‘Living With War’? U hebt zich wel eens laten ontvallen dat hij te licht weegt als politiek commentator.

Newman: Ik heb nog maar een paar nummers gehoord van die plaat, maar ik ben blij dat hij ze gemaakt heeft. Die opmerking van mij gaat eigenlijk terug op Alabama, dat liedje waarin hij schande sprak over het zogenaamd racistische zuiden van Amerika. Dat vond ik nu eens nergens op slaan, want au fond is heel Amerika racistisch. (lacht ongemakkelijk)

U hebt met ‘Rednecks’ toch een soortgelijke song geschreven?

Newman: Ja, maar dat was grappig bedoeld. Neil neemt de dingen soms wat te serieus op.

U zei ooit dat u uw eigen moeder zou omverrijden voor een goeie song. Ook om te lachen?

Newman: Nee hoor, daar sta ik nog steeds achter. Ik heb veel nummers geschreven die mijn familie een doorn in het oog zijn. Maar als een liedje goed zit en de tekst voelt juist aan, ga ik niet zitten schrappen omdat er zich wel eens iemand gekwetst zou kunnen voelen. Een zanger moet meedogenloos zijn.

Drie jaar geleden verscheen het eerste deel van The Randy Newman Songbook, een plaatcyclus waarvoor u uw oude nummers herinterpreteert. Waarom moet er van die liedjes een nieuwe versie gemaakt worden?

Newman: Een ideetje van de platenfirma, of wat dacht je? Geen nieuw werk op de plank? Dan maar recycleren! Maar gaandeweg ben ik overtuigd geraakt, omdat ik sommige van mijn nummers zo eens uit hun vertrouwde omgeving kon plukken. Al mijn songs zijn geschreven in functie van een plaat en ik wilde eens testen of ze ook afzonderlijk bestaansrecht hebben. En dat lijkt, in alle onbescheidenheid, wel het geval.

Zijn er songs die, voor u persoonlijk, met de jaren een heel andere betekenis hebben gekregen?

Newman: Natuurlijk. Love Story bijvoorbeeld, dat gaat over een koppeltje dat trouwt, haast werktuigelijk aan het voortplanten slaat, vervolgens een saai burgerleventje leidt en ten slotte – net als alle bejaarde Amerikanen – wegkwijnt in Florida. Aanvankelijk leek me dat maar een triest bestaan, maar nu besef ik dat het leven veel harder kan zijn dan dat. Met wat ik nu weet, zou ik meteen tekenen voor zo’n leventje.

Is Randy Newman bourgeois geworden?

Newman: Dat ben ik altijd al geweest, hoor. Zolang ik in de geest maar rock-‘n-roll blijf.

Hebt u nog plannen om nieuw materiaal uit te brengen?

Newman: Ik heb wat nummers liggen die ik onder andere in Gent eens wil uitproberen. Als ik ze na de zomer opneem, verschijnt er volgend voorjaar nog een plaat. Weet je, eigenlijk vind ik het enorm jammer dat ik niet wat meer platen heb gemaakt. Ik wou dat ik er al minstens dubbel zoveel had. Stikjaloers ben ik op Elton John. (gniffelt) Al heb ik me verzoend met mijn luiheid.

Maar u hebt nog makkelijk twintig jaar te gaan!

Newman:Not in my family. Maar ik heb nog wel een beetje tijd, ja. Ik zal mijn best doen.

Door Vincent Byloo

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content