‘EEN NIEUWE PLAAT VAN AIR ZOU NOOIT MEER ZO GOED ZIJN’

Serge Gainsbourg, Jacques Dutronc, Alain Delon. Nicolas Godin past perfect in dat rijtje Franse dandy’s – jeans op jeans dragen en er toch stijlvol blijven uitzien, faut le faire. Met zijn solodebuut Contrepoint treedt hij voor het eerst uit de schaduw van Air. ‘Ik voelde me een aap in een rondtrekkend circus.’

En het dient gezegd, dat solodebuut is bepaald ambitieus. Godin baseerde zich voor Contrepoint op de muziek van niemand minder dan Johann Sebastian Bach, hij riep de hulp in van muzikanten en stemmen uit Brazilië, Duitsland, Italië en Nieuw-Zeeland en spiegelde zich aan Glenn Gould, de Canadese meesterpianist die even beroemd was om zijn briljante spel dan om zijn excentrieke gedrag.

‘Zonder Glenn Gould was deze plaat er nooit gekomen’, zegt Godin vanuit het pluche van een Brusselse hotellobby. ‘Ik zat als muzikant al een tijd niet meer goed in mijn vel. Tijdens de vorige Air-tournee raadde een vriend me Au delà du temps en The Alchemist aan, twee documentaires over Gould. Die hebben mij de ogen geopend. Gould is destijds gestopt met optreden rond z’n dertigste. Stel je voor: de beste klassieke pianist ooit, uitgeblust op z’n dertigste! Hij stopte omdat hij zichzelf ‘een aap in een rondtrekkend circus’ vond, en dat was precies hoe ik me voelde. Altijd maar diezelfde liedjes spelen, en vooral: niks meer bijleren, muzikaal op een dood spoor zitten.’

Een zin met de woorden ‘uitdaging’, ‘aan’, ‘nieuwe’ en ’toe’ lijkt in de maak, maar Godin vond een concretere ontsnappingsroute uit zijn doodlopende straatje: ‘Ik ben opnieuw pianolessen gaan volgen.’ Gould achterna? ‘Helemaal niet’, lacht de Fransman. ‘Glenn Gould was een genie, maar zoals zo veel geniale geesten was hij ook een beetje gek. Mijn talenten zijn veel begrensder, en daar ben ik blij om. Ik heb namelijk geen zin om mijn verstand te verliezen.’

HET DUO AIR – GODIN EN JEAN-BENOÎT Dunckel – brak in 1998 door met de single Sexy Boy en Moon Safari, een hedendaagse klassieker die zijn weg vond naar ontelbare brunches, cocktailbars en designerlofts. Samen met Daft Punk, Cassius en Etienne de Crécy vormde Air de voorhoede van de French touch die eind jaren negentig even de muziekwereld in zijn greep had. Opvolger 10 000 Hz Legend (2001) deed het nog beter, en sindsdien bewegen Godin en Dunckel zich in cirkels waar ook collega’s en vrienden als Beck, Phoenix, Jarvis Cocker, Charlotte Gainsbourg en Sébastien Tellier zich ophouden. Niet slecht voor een voormalig amateurmuzikant die op weg was om architect te worden, toch?

‘Natuurlijk niet,’ antwoordt Godin, ‘en ik heb er nog geen seconde spijt van gehad dat ik de architectuur vaarwel heb gezegd. We hebben mooie dingen uitgebracht met Air, maar het moeilijke aan muziek is iets nieuws blijven maken – alles is al eens gedaan! Daarom waren Bach en Glenn Gould zulke belangrijke invloeden bij het maken van deze plaat. Gould ging aan de slag met bestaande, oude muziek en blies die nieuw leven en zijn eigen persoonlijkheid in. Dus besloot ik een plaat op te dragen aan de oude meesters die mij hebben geïnspireerd, componisten die op hun beurt de mosterd haalden bij Bach, want Bach is overal.’

De oude meesters van Godin zijn artiesten als de Braziliaanse muzikant Caetano Veloso, in de jaren zestig de grondlegger van de tropicália-beweging. ‘Ik stuurde hem de muziek van Clara, met de vraag of hij op die track wilde zingen. Hij schreef me een zeer vriendelijke brief terug, om uit te leggen dat hij daar de tijd niet voor had. Veloso is een echte gentleman. Hij is nog niks van zijn klasse verloren.’

Godin is getrouwd met een Braziliaanse schone en verknocht aan dat land. ‘Niet alleen wegens de muziek, maar ook vanwege de levenshouding van veel Brazilianen. Ze beheersen er nog l’art de vivre, het besef dat het leven meer is dan carrière en geld. Het leven waar F. Scott Fitzgerald, óók een gentleman, over schreef in een van mijn favoriete boeken: Tender Is the Night, dat zich in het zuiden van Frankrijk afspeelt en inspiratie was voor de song Quei due. Maar ook in Zuid-Frankrijk is het tegenwoordig al platte commercie wat de klok slaat. Enkel in Parijs vind je nog dat slag stijlvolle levensgenieters. Ze zitten soms zonder geld, zijn soms depressief, maar halen hun geluk uit het omringd zijn door mooie dingen en mooie mensen. Plus, je hebt geen dure wagen en luxeappartement nodig in Parijs, het leven speelt er zich op straat en in de cafés af. Net zoals in Brazilië.’

En dan is er jazzcomponist Dave Brubeck. ‘Time Out, het eerste jazzalbum dat ik als kind hoorde, is heel belangrijk voor me geweest,’ vertelt Godin, ‘vooral de track Take Five. Die is geschreven in de 5/4-maat, een contrapuntritme, iets waar Bach ook erg goed in was. Vandaar de albumtitel, en met Club Nine heb ik eindelijk mijn eigen song in 5/4 geschreven.’

Godin geniet ervan zijn gesofisticeerde huzarenstukjes uit de doeken te doen. Zoals de sleuteltrack Glenn, gebaseerd op Bachs Prelude en fuga nr. 5 in D majeur, met een spoken-wordsample van Gould en een baslijn die verdacht veel gelijkenissen vertoont met die van Lou Reeds Street Hassle. ‘Onbewust’, beweert Godin. ‘Vrienden hebben me daar ook al op gewezen. Pas op, Street Hassle is een van mijn favoriete Lou Reed-songs, dus helemaal toevallig is het allicht niet. Nog zo’n gekweld genie trouwens, Lou Reed.’ Maar geen gentleman, werp ik tegen, zelfs een punk in hart en nieren.

‘Dat is waar, en ik ben allesbehalve een rocker’, antwoordt de man uit Versailles, waar Louis XIV hof hield. ‘We houden er van traditie, van de tijdloze schoonheid. Search and destroy is er niet aan de orde. Ik hou wel van The Stooges, hoor, maar hedendaagse rock bekoort me weinig of niet. Rock is muziek uit het verleden.’

Dat laatste voegt Godin eraan toe met het schalkse glimlachje van iemand die beseft dat Bach nog veel meer muziek uit het verleden is. Maar wat met Air? Ook verleden tijd? ‘Ik weet het niet’, klinkt het schokschouderend. ‘Als – áls – we een origineel idee voor een album krijgen, dan maken we een album. En anders zullen we af en toe op tournee gaan en de liedjes spelen die de mensen willen horen. Dat is het lot van elke oude groep. Zelfs als we een nieuwe plaat maken, zal die nooit even goed zijn als onze oude releases. Je moet daar niet flauw over doen, vind ik.’

CONTREPOINT

Uit op Because Music.

DOOR JONAS BOEL

Nicolas Godin ‘MIJN TALENTEN ZIJN VEEL BEGRENSDER DAN DIE VAN PAKWEG GLENN GOULD, EN DAAR BEN IK BLIJ OM: IK HEB GEEN ZIN OM MIJN VERSTAND TE VERLIEZEN.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content