Het was de cultus rond Jack the Ripper die stripauteur en moordscenarist Alan Moore fascineerde, niet de ware identiteit van de killer. ‘Want laten we wel wezen: een reeks van vijf moorden is toch niet zoveel?’

copyright Newsweek. Vertaling en bewerking: Gert Meesters

From Hell

Van Alan Moore. Uit bij Eddie Campbell Comics.

Voor de stripleken onder ons: de Brit Alan Moore (°1953) is verantwoordelijk voor de smiley, het gekke gele symbooltje waarmee elke housefreak zichzelf midden jaren ’80 identificeerde. De smiley was een van de visuele symbolen in de Watchmen. Daarmee komen we bij de werkelijke verdienste van de scenarist: met dit magistraal georkestreerde boek wekte Moore de Amerikaanse superheld uit zijn comateuze slaap, en bij uitbreiding het hele genre dat er zich op inspireert. Dat deed hij aan de hand van één simpele ingreep: Moore maakte van zijn helden mensen van vlees en bloed, inclusief twijfels en ouderdomskwaaltjes.

Vreemd genoeg profiteerde hij niet van zijn verworven status als superheldenscenarist ( pas enkele jaren geleden toonde hij weer interesse voor het genre: toen bracht hij ineens een volledig gamma licht-ironische reeksen over gekostumeerde helden uit). Hij trok zich terug in zijn hometown Northampton, verdiepte zich in de edele kunst van de magie en maakte samen met de Britse tekenaar Eddie Campbell From Hell, waarin hij exact honderd jaar na de feiten zijn visie geeft op de Jack the Ripper-saga. Het werd een rijk gecomponeerd boek waarin Moore afdaalt in de diepste krochten van de geest van de killer, doordrongen van een morbide sfeer en gestoffeerd met spitse dialogen. De ellenlange passage waarin Jack the Ripper aan zijn koetsier uitlegt dat in het grondplan van Londen de principes van de vrijmetselarij zijn vervat bijvoorbeeld, heeft nu al de klassieke status verworven.

Het verhaal werd tussen 1990 en 1998 in 16 delen uitgebracht. Toen het in 1999 in één band gepubliceerd werd, bevatte het bijna 600 bladzijden, waarvan 42 volgestouwd met voetnoten. Het moet voor de regisseursbroertjes Hughes geen gemakkelijke klus geweest zijn om er een filmscenario van te maken. Ze slaagden er toch in om op een heel gestileerde manier de algemene sfeer van het boek naar het scherm te vertalen. ‘Als er iets is dat we van de strip hebben overgenomen, dan is het de geur’, zeggen ze zelf. Moore kan er niet over oordelen, hij wou op geen enkele manier bij de verfilming betrokken worden en heeft de film ook niet gezien. ‘Ik ben een schrijver, en dat wil ik zo houden’, is zijn attitude.

Wat boeide je zo aan de Jack the Ripper-saga?

AlanMoore: Hoe die misdaad zo’n mythische proporties kon aannemen. Er doen tal van samenzweringstheorieën de ronde, waarin de koninklijke familie, de vrijmetselaars en allerlei duistere, bovennatuurlijke krachten een rol spelen. En dat voor een reeks van vijf moorden, wat – laten we wel wezen – niet eens zoveel is!? Wat Jack the Ripper volgens mij onderscheidt van andere seriemoordenaars, is dat hij nooit gepakt is. Een andere verklaring heb ik niet.

Je suggereert dat de koninklijke lijfarts Sir William Gull en Jack the Ripper een en dezelfde persoon waren. Meen je dat ook?

Moore: Op geen enkele manier kan iemand ooit achterhalen wie Jack the Ripper was. Zelfs Miss Marple niet. Om het met de wijze woorden van Eddie Campbell [de tekenaar en uitgever van het boek] te zeggen: ‘Jack the Ripper was de kerel met het broodmes die het dichtst bij de deur van het gekkenhuis stond toen ze daar op een dag de deuren hebben opengezet.’ Dichter bij het correcte antwoord zullen we wellicht nooit komen.

Ik was ook helemaal niet geïnteresseerd in zijn ware identiteit: het is toch zinloos als amateurdetectivetje in een zaak van meer dan honderd jaar oud te duiken? Het was de hele cultus errond die me fascineerde, nu nog trouwens. In Whitechapel kan je Ripper Tours zien halt houden. In een lange sliert, bijna zoals een draak uit een carnavalsoptocht, stappen dan ernstig kijkende Japanners uit om de goten van de buurt te fotograferen. Jack the Ripper is bijna een deel van het Engelse erfgoed geworden. Ik vind dat ongelooflijk ongepast.

Waarom gebruik je Sir William Gull dan wel als zondebok?

Moore: Het was voor mij als scenarist het meest interessante personage om de moord in de schoenen te schuiven. Omdat hij verbonden was met een veel ruimere wereld dan de anderen, kon ik hem gebruiken om alle mythische aspecten van het verhaal te verkennen.

Je deed het niet bewust om ook de koninklijke familie bij de zaak te kunnen betrekken?

Moore: Ik heb geen idee of er een koninklijke samenzwering achter de moorden zat. Alleen vond ik het feit dat we überhaupt kunnen geloven dat er misschien wél zo’n plan was, te fascinerend om niet uit te buiten.

Hoe sta je tegenover de verfilming van het boek?

Moore: Met veel respect. De gebroeders Hughes hebben al enkele knappe films gemaakt en Johnny Depp is geen tweederangsacteur. Heather Graham wist ik eerst niet te plaatsen, tot ik me herinnerde dat zij Annie Blackburn uit Twin Peaks was, het vriendinnetje van Agent Cooper. Toen heeft ze voor mij een soort heiligenstatus bereikt. Ik had niet meteen aan haar gedacht voor de vertolking van Mary Kelly – ik zou voor alle hoeren in de film actrices uit Britse comedy-reeksen hebben gekozen -, maar het is wel een goede keuze.

Toch vond je het blijkbaar niet de moeite om de première bij te wonen?

Moore: Neen. Ik ben niet zo’n grote filmman – in mijn top-vijf van favoriete media komt film op de zesde plaats – en ik wil al helemaal geen publieke figuur zijn. Ik kom zelfs zelden in het andere gedeelte van mijn woonkamer, omdat de mensen daar al op een andere manier met elkaar omgaan. Ik heb er ook niet voor gekozen om beroemd te worden. Toen ik stripscenarist werd, was dat ongeveer het meest obscure beroep ter wereld. ( lacht) Mijn dochters wilden wel naar de première gaan. Ze hadden het plan opgevat om Johnny Depp met Rohypnol te drogeren en hem te ontvoeren.

De regisseurs hebben nogal wat aanpassingen aangebracht aan jouw scenario. Zo is het personage van Johnny Depp samengesteld uit twee personages uit het boek, rechercheur Abberline en ziener Lees. Vind je dat erg?

Moore: Helemaal niet. Herinner je je Blade Runner? Dat is gebaseerd op het kortverhaal van Philip K. Dick, Do androids dream of electric sheep? De film was niet echt een adaptatie, hij refereerde slechts oppervlakkig aan het oorspronkelijke verhaal. Maar het was een heel goede film op zichzelf. Ik hoop hetzelfde voor From Hell.

Hoeveel heb je te zeggen gehad over de verfilming?

Moore: Absoluut niets.

Had je ook nooit de behoefte om de set te bezoeken?

Moore: Neen. Ik ben er wijselijk weggebleven. Ze hebben wel foto’s van de set gestuurd. Het zag er allemaal heel spectaculair uit. Ik geloof dat ze een beroep gedaan hebben op de kerel die de sets van Shakespeare in Love in mekaar heeft gebokst [production designer Martin Chields]. Hij heeft uitstekend werk geleverd. Neem nu Christ Church in Spitafields, een plek die ik zo goed ken dat ik ze zelfs in mijn dromen zie. Ik zou gezworen hebben dat het tot en met de laatste kei een authentieke reconstructie was, als ik niet geweten had dat het eigenlijk een gevel in Praag was.

Denk je dat de film meer mensen zal aanzetten om de striproman te lezen?

Moore: Dat zou leuk zijn. Het zal er een beetje van afhangen in welke mate Eddie Campbell zichzelf zal prostitueren. Ik weet dat hij foto’s van Johnny Depp op een van de nieuwe uitgaven wil zetten. Maar waarschijnlijk is hij bang dat ik hem zal uitlachen.

copyright Newsweek. Vertaling en bewerking: Gert Meesters

‘Jack the Ripper is bijna een deel van ons Engelse erfgoed geworden. Ik vind dat ongelooflijk ongepast.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content