DUIZEND PIXELS EN GRANATEN!

Kuif omhoog en 3D-brilletje op, want met de animatiefilm The Adventures of Tintin: The Secret of the Unicorn maakt Kuifje eindelijk zijn Hollywooddebuut. Filmreuzen Steven Spielberg en Peter Jackson over klare lijnen, derde dimensies en de erfenis van Hergé. ‘Als Kuifje en Haddock yin en yang zijn, dan zijn wij yin en yin.’

Deze zaterdag is het na jaren plannen, plotten en pitchen eindelijk zover: de langverwachte Kuifjeverfilming The Adventures of Tintin: The Secret of the Unicorn gaat in wereldpremière te Brussel, de thuisstad van de eeuwig jonge reporter en diens geestelijke vader Hergé. Dat gebeurt in aanwezigheid van regisseur Steven Spielberg en producent Peter Jackson, de filmmogols die hun krachten bundelden om van Belgiës bekendste stripfiguur een Hollywoodheld te maken.

Voor hun eerste Kuifjefilm baseerden beide giganten zich niet enkel op het titelavontuur Het Geheim van de Eenhoorn uit 1943. Spielberg en Jackson verwerkten ook twee andere albums in hun verhaal: De Krab met de Gulden Scharen, waarin Kuifje zeerot en zuipschuit Kapitein Haddock ontmoet, en De Schat van Scharlaken Rackham, het boek dat stof zal leveren voor de sequel – áls de beoogde tweede en derde film er komen.

Het resultaat is een zwierige rollercoaster die start als Kuifje (Jamie Bell) een schaalmodel van de Eenhoorn vindt, een driemaster die ooit aan de familie van kapitein Haddock (Andy Serkis) toebehoorde. Helaas voor de nietsvermoedende reporter heeft de louche Russische zakenman Sakharine (Daniel Craig) zijn zinnen op het mysterieuze antiekstuk gezet, het begin van een spannend duel te land, ter zee en in de lucht.

Voor The Secret of the Unicorn gooiden Spielberg en Jackson een vleugje film noir, een scheut sitcom en duizenden digitale bommen en granaten in de mix. Bovendien bedienden ze zich van de meest geavanceerde performance capture-technieken waarbij echte acteurs in gepixelde pakken voor green screens worden geplaatst en vervolgens gedigitaliseerd. Die technologie bezigde Robert Zemeckis eerder al om zijn innoverende, maar zielloze animatiefilms The Polar Express, Beowulf en A Christmas Carol ineen te knutselen, en ook James Camerons megahit Avatar kwam grotendeels zo tot stand.

Hoewel Kuifje met voorsprong de beste film binnen het medium is, was performance capture voor een classicist als Spielberg – die nooit eerder een volledig digitale film maakte – geen evidente keuze. ‘Tot in de jaren 90 dacht ik aan een liveactionfilm met enkel Bobbie als digitaal personage’, bekent Spielberg. ‘Tot ik besefte dat ik met zo’n gestileerde aanpak nooit recht zou doen aan Hergés stijl. Plus: het bleek onmogelijk om acteurs te vinden die op de personages leken. Ik moest dus wel wachten tot er een nieuwe technologie beschikbaar was.’

Dat wachten duurde uiteindelijk dertig jaar. Al sinds 1981 koesterde Spielberg het idee om Kuifje een cinemaleven te schenken, nadat een Franse recensent zijn eerste Indiana Jones-film Raiders of the Lost Ark enthousiast met Hergés avonturenstrips vergeleek. ‘Hij schreef dat ik me duidelijk op Hergé had gebaseerd’, lacht Spielberg. ‘Nochtans had ik nog nooit van hem of Kuifje gehoord. Daarop vroeg ik mijn assistente of ze me enkele albums wilde bezorgen. Helaas waren ze toen in Amerika enkel in het Frans verkrijgbaar. Ik begreep niets van de tekst, maar was wel gegrepen door de ijzersterke beeldtaal. De strips lazen als storyboards. Hergé tekende geen strips. Hij regisseerde ze.’

Samen met zijn huisproducente Kathleen Kennedy nam Spielberg in 1983 voor het eerst contact op met Hergé, die op zijn beurt zijn bewondering had uitgesproken voor de blockbustermaestro achter Jaws, E.T. en Indiana Jones. ‘Ik had een afspraak met hem gepland in Londen toen ik daar de Indiana Jonessequel The Temple of Doom aan het opnemen was’, herinnert Spielberg zich. ‘Hergés tickets waren zelfs al geboekt. Helaas overleed hij enkele dagen voor onze ontmoeting aan leukemie.’

Niet alleen Hergés overlijden zorgde voor vertraging. Ook de ondermaatse scripts, de aarzelende studio’s en – zoals gezegd – de gebrekkige technologie deden Spielberg al die tijd twijfelen. Pas in 2007 kwam er opnieuw schot in de zaak toen The Lord of the Rings- en King Kong-regisseur Peter Jackson zich met zijn digitale toverfabriek WETA Digital definitief mee aan boord hees. ‘Het is Peter die me over de streep heeft getrokken’, geeft Spielberg toe. ‘Hij verzekerde me dat performance capture de enige juiste optie was. Toen ik zijn demoreel zag, waarin hij een paar scènes met performance capture had bewerkt, besefte ik dat hij honderd percent gelijk had.’

Tot hier toe oogden alle performance capture-films klinisch kil – met uitzondering van ‘Avatar’. Heb je nooit gevreesd dat het met ‘Kuifje’ dezelfde kant opging?

SPIELBERG: Wel in het begin. Gelukkig was WETA al bijna klaar met Avatar toen wij nog in volle productie van Kuifje zaten. Toen Peter me de eerste Avatar-beelden liet zien, was ik enorm opgelucht. De emoties en de ogen leken echt. De personages hadden niet die doodse blik waarvoor ik vreesde. Toen besefte ik: Dit team zal straks onze personages tot leven wekken, qua levendigheid en menselijkheid zitten we goed. In het begin blijft het voor de kijker wat wennen – omdat je niet goed weet of het nu een film noir, een komedie of een actie-epos is – maar na vijf minuten zit je helemaal in Kuifjes universum. Hetzelfde had ik met War Horse(Spielbergs klassieke WO I-drama dat begin volgend jaar in de bioscoop komt; nvdr.) waarin ik digitale paarden gebruik. Op de set zag ik enkel poppenspelers en digitale marionetten. Op het scherm zag ik volbloedpaarden.

PETER JACKSON: De ogen zijn cruciaal. Dat hebben we bij WETA altijd beseft, ook toen we The Lord of the Rings maakten. We hebben zelfs wetenschappelijke studies verricht met lichtmetingen en reflecties om de ogen van Gollum en King Kong zo realistisch mogelijk te maken.

Zullen films als ‘Avatar’ en ‘Tintin’ ervoor zorgen dat kijkers eindelijk gewoon raken aan 3D en ‘performance capture’?

SPIELBERG: Meer nog: de mensen zullen vergeten dat de films in 3D zijn en met performance capture tot stand zijn gekomen omdat de techniek alsmaar beter wordt. Het verhaal zal opnieuw op de eerste plaats komen. De voorbije tien jaar gelden als een experimentele periode waar we nu eenmaal doorheen moesten, maar stilaan hebben we het punt bereikt dat de naden tussen de echte en de digitale wereld onzichtbaar zijn. Vijf jaar geleden liepen acteurs bij wijze van spreken in de weg van de special effects. Nu zijn de effecten volledig geintegreerd en kunnen we ons weer op de acteurs focussen.

Mag ik uit jullie enthousiasme concluderen dat digitale 3D voorgoed de Hollywoodnorm wordt? Jullie zijn tenslotte twee van de machtigste mannen binnen de filmindustrie.

SPIELBERG: Wel voor films als deze, maar niet voor andere. Neem nu David Lean: Lawrence of Arabia zou ik dolgraag in 3D zien, omdat de epische schaal en de landschappen zich daartoe lenen. Een intiem liefdesdrama als Brief Encounter zou je dan weer verminken met 3D. Ik zou ook willen dat de ticketprijzen voor 2D en 3D gelijkgesteld worden. Dan weten we meteen wat de mensen écht willen.

JACKSON: (Knikt) De aversie ten aanzien van 3D komt vooral daaruit voort. De filmindustrie heeft het lastig met dvd en piraterij en tracht dat te compenseren met hogere ticketprijzen voor 3D. Veel mensen redeneren: ‘Vroeger vroegen ze 10 dollar voor een slechte film, nu betaal ik vijftien dollar voor een even slechte film.’ De verwachtingen liggen hoger en dus kun je de mensen maar beter waar voor hun geld geven. Ik draai momenteel The Hobbit(de prequel op ‘The Lord of the Rings’ waarvan het eerste deel wordt verwacht eind 2012; nvdr.) in 3D: ik weet dat ik een tandje moet bijsteken. (Lacht)

SPIELBERG: ik weet niet of ik zelf zo’n liveaction-3D-film zou kunnen maken. Mijn hele carrière heb ik op de set rondgelopen met een viewfinder en met één oog dichtgeknepen. Zo kijken mensen nu eenmaal naar films. Ik weet niet of ik dat oog op mijn 64e nog openkrijg. Als één oog goed genoeg was voor John Ford (de mythische westernregisseur droeg op latere leeftijd altijd een ooglap; nvdr.), dan is het ook goed genoeg voor mij. (Lacht)

Er zitten – zeker in België en Frankrijk – nogal wat puristen en heuse Tintinologen onder de Kuifjefans. Ben je beducht voor hun reacties?

JACKSON: We zijn zelf Kuifjepuristen. Vandaar dat we niet te veel van onszelf in de film wilden stoppen. Dat was ook niet zo moeilijk. Als je naar de strips kijkt, zie je dat Hergé beïnvloed was door de oude slapstick- en Hollywoodfilms van Charlie Chaplin, Buster Keaton en Harold Lloyd. Jansen en Janssen waren zelfs geïnspireerd op Laurel & Hardy en de Marx Brothers. Hergé hield van dezelfde dingen als wij.

SPIELBERG: Tijdens de productie stond ik dagelijks in contact met Peter via videoconferentie omdat het onmogelijk is om vier jaar lang – zolang duurt het om een animatiefilm te maken – onze agenda’s op elkaar af te stemmen. Je had zo’n videogesprek moeten zien. Je houdt het niet voor mogelijk hoeveel aandacht we met onze ontwerpers aan Hergés originele tekeningen hebben besteed.

JACKSON: (Knikt) Het lastigste was om Hergés tweedimensionale wereld naar een driedimensionale film te vertalen. We wilden geen gestileerde, maar een fotorealistische 3D-wereld creëren. Vandaar dat we er talloze details aan toegevoegd hebben, wat Hergé op papier natuurlijk niet kon. Let maar op de beginscène op de Brusselse vlooienmarkt waarin Hergé ook zelf opduikt. We hebben niet alleen de gebouwen minutieus gekopieerd, maar er ook modderplassen, roest en stof aan toegevoegd.

Een paar weken voor zijn dood op 3 maart 1983 heb je nog met Hergé getelefoneerd. Wat hebben jullie toen zoal besproken?

SPIELBERG: Films, kunst en Kuifje. Hij was gek op Raiders of the Lost Ark, wat – denk ik – de reden was waarom hij opnam. (Lacht) Hij zei me dat ik de enige geschikte regisseur was om Kuifje te verfilmen, wat natuurlijk een enorm compliment was.

Hergé is wel geen onbesproken figuur. Hij werd in het verleden beschuldigd van racisme en zelfs van collaboratie. Baart je dat zorgen?

SPIELBERG: Eerlijk gezegd wist ik niet zo veel over die controverse rond zijn persoon. Ik heb de indruk dat er nogal wat halve geruchten en hele verzinsels bijzitten als het gaat over zijn gedrag tijdens de oorlog. Ik geef hem het voordeel van de twijfel.

JACKSON: (Fel) Journalisten moeten boekjes verkopen en Hergé kan zich niet meer verdedigen: hij is dus een makkelijk doelwit. Er wordt van alles op hem geprojecteerd. Elke hint wordt uitvergroot tot een bewijs en een complot. Hergé was een product van zijn tijd. Neem nu de heisa rond Kuifje in Afrika(in 2007 diende een Congolese student een klacht in bij de rechtbank van Brussel om de raciale stereotypen; nvdr.). In de jaren 30 werden zwarten jammer genoeg vaak karikaturaal afgebeeld. Dat maakt van Hergé nog geen racist. Ik heb zijn strips altijd beschouwd als een open blauwdruk van de tijd en de maatschappij waarin hij leefde. Hij was niet alleen een geweldig verteller en tekenaar, hij was ook een chroniqueur van de 20e eeuw en een politiek satiricus. Daarom ben ik blij dat zijn strips niet afgezwakt waren. Het is makkelijk om vanuit ons standpunt iemand uit de jaren 30 en 40 als politiek incorrect te veroordelen. De hele discussie is niet alleen overdreven, maar finaal ook zinloos.

Iets anders. ‘Kuifje’ gaat eerst in première in Europa en komt pas in december in Amerika in de zalen – wat hoogst uitzonderlijk is. Komt dat omdat ‘Kuifje’ vooral een Europees succesverhaal is en jullie de commerciële slaagkansen in de States minder hoog inschatten?

SPIELBERG: Kuifje is een universeel personage en zijn avonturen zijn universeel. Als hij mij en Peter boeit, kan hij ook andere mensen boeien. Het leek ons gewoon leuk en respectvol om eerst in Europa uit te komen, toch Kuifjes territorium.

Nu staat Spielberg vermeld als regisseur en Jackson als producent. Wordt dat straks omgekeerd voor de tweede film?

JACKSON: Als we van Sony en Paramount een tweede mogen maken , is dat de bedoeling, ja. Al blijft onze manier van samenwerken dezelfde.

Wat ik eigenlijk wilde weten. Wie van jullie tweeën is de baas?

JACKSON: (Lacht) Steven natuurlijk. Ik ben al blij dat ik naast de meester mag zitten.

SPIELBERG: Wel neen. Als Kuifje en Haddock yin en yang zijn, dan zijn wij yin en yin. (Lacht) Het klinkt cliché, maar dit is echt een film van ons beiden. Het script, de look, de decors… we hebben alles samen beslist. Alleen de beeldregie met de acteurs heb ik gedaan in de studio in LA.

JACKSON: Plus de eerste montage. Dit is een regisseursfilm, geen computergedreven film – laat dat duidelijk zijn. Het was wel de eerste die ik in pyjama kon regisseren. Aan mijn ontbijttafel voor mijn computer, met Steven aan de andere kant van de lijn. Dat smaakt naar meer. (Lacht)

THE ADVENTURES OF TINTIN: THE SECRET OF THE UNICORN

Vanaf 26/10 in de bioscoop.

DOOR DAVE MESTDACH

SPIELBERG : ‘Hij tekende geen strips, hij regisseerde ze.

JACKSON : ‘Hergé was beïnvloed door oude slapstick en Hollywoodfilms.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content