Al eeuwenlang inspireert de literatuur componisten en lokt ze muziek uit. Maar wat heeft, omgekeerd, de muziek ooit voor de literatuur gedaan? Op welke maat is de roman gecomponeerd? Deze week: ‘Geheime Kamers’ van Jeroen Brouwers.

[DE KLASSIEKE SCÈNE] ‘[… ] Zou je mij onderweg dan niet even thuis willen afzetten, een paar kilometer vóór Boelstede? Het is voor jou een omwegje van tien minuten en mij zou het veel ongemak en chagrijn besparen. Ze drukte me opnieuw zo’n chocoladen eitje in de hand, terwijl de obscene smaak van het vorige nog aan mijn verhemelte kleefde. Het eitje voelde aan als smeuïg leem, uit mevrouw Gonnekes mond woei mij een whiskykegel in het gezicht. De rekenkundige vraagstukken, waarvoor ik slechts seconden kreeg om ze op te lossen, waar ik niet in slaagde, begonnen weer met een snelheid als van een lichtkrant voorbij te schuiven. In klaterend licht zag ik Daphne in een plechtgewaad op het podium staan, haar rusteloze ogen over haar partituur heen rondspeurend door de zaal of ze mij daar misschien niet toch tussen het publiek ontwaarde. ‘Ich habe heute viel erlitten im Traum von seinetwegen…’

Het is slechts een kort fragment uit de zeventig bladzijden waarover Brouwers aan de hand van Bachs Mattheuspassie één grote spanningsboog trekt – een enorme krachttoer. We stellen u even voor: Jelmer van Hoff is een mislukte geschiedenisleraar, vervreemd van zijn vrouw, ziekelijk angstig, trouwe bezoeker van zijn dochter met het syndroom van Down, in de ban van Daphne. Daphne is een klassieke zangeres en vrouw van een vroegere, nu succesvolle vriend van Jelmer, die een dagtaak heeft aan het geheimhouden van een affaire, ouder dan haar huwelijk. Jelmer komt daarbij van pas: als ze elkaar na jaren weerzien, begint de hellegang van onze toch al niet glorieuze held.

[DE KLASSIEKE SCORE] De Matthäus-Passion, een muzikale zetting van Christus’ lijdensverhaal zoals het in het Evangelie van Mattheus staat, is Bachs grootste en bekendste werk. Een hoogtepunt uit de westerse kunstgeschiedenis én zeer aanwezig in de psyche van protestants Nederland. Cruciaal zijn het verraad van Judas, de woede van het volk en het lijden van Christus en alledrie verschijnen die in Brouwers’ relaas. De genoemde zeventig bladzijden zijn doorspekt met tekstflarden uit de Mattheuspassie: Jelmer wil naar een uitvoering ervan, met Daphne in de sopraanrol, maar wil niet van zijn zondagsbezoek aan zijn dochter afzien. De ‘rekensommen’ verwijzen naar zijn voortdurende gejaagde nagaan of hij nog een stuk van het concert zou kunnen meepikken. Tot Gonneke, de drankzuchtige moeder van een ander kind met down, hem vraagt om haar thuis te brengen en er een ontluisterende paringsdans begint.

Doordat Brouwers voortdurend de Matheuspassie – Daphne – door Jelmers gedachten weeft, ontstaat een koortsachtig visioen, waarin de verheven luister van de muziek fel contrasteert met de weinig smakelijke plot. De slotzin van het geciteerde fragment zijn de woorden van Pilatus’ vrouw, die probeert te verhinderen dat hij Christus laat terechtstellen: ‘Ik heb vandaag in een droom veel om hem geleden…’

[DE OPNAMEKLASSIEKER] Nikolaus Harnoncourt (Teldec, 2000).

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content