‘Schijn bedriegt, elk detail loont en alles komt uiteindelijk met een ‘boem!’ samen’, zegt schepper J.J. Abrams over het snelvoetige ‘Alias’. Dat geldt ook voor die andere spionagereeks, het klokvaste ’24’. De CIA en mysterie, het werkt nog steeds uitstekend.
‘Alias’. Elke zondag – 22.00 TV1
’24’. Elke zondag – 23.00 BBC2
Door Jo Smets
Ze draagt een knalrode pruik, haar atletische lichaam steekt in een strak, zwart pak Ze is vastgebonden op een stoel, overgeleverd aan de orthodontische ambities van een gemene Aziaat. Die toont haar een tang en vraagt voor wie ze werkt. Ze bindt in, gebiedt hem enkele letters op te schrijven: EM ETIB. Dan sist ze: ‘ Now read that in reverse.’
Later, één kies armer, opereert ze als kamermeid in Rusland, om vervolgens met spierwitte pruik en in een zeeblauw latexkleedje haar collega uit de greep van twee hebzuchtige ruski’s te ontzetten. Nog later snelt ze in een vermiljoenen avondkleed (met bijpassende haarkleur) doorheen ondergrondse Madrileense gangen achter een Cubaanse rivale-spionne. In het gewone leven is ze een studente die haar moeder verloor, haar enigmatische vader nauwelijks ziet, haar papers te laat inlevert, wier vriend-journalist op de piste losloopt en die haar huwelijksdroom in bloed ziet uiteenspatten. Zij is Sydney Bristow, alias Kate Jones, spionne voor SD-6, dubbelspionne voor de CIA, middelpunt van Alias.
Hij speelt een spelletje schaak met zijn dochter, een hip wicht dat in onmin leeft met haar moeder. Familiale problemen, goed, maar de crisis van zijn leven in 24 uur? Dochterlief ontsnapt uit haar kamer en valt samen met haar vriendin in de handen van twee jongens met een geheime agenda. Terwijl zijn vrouw op womanhunt gaat in nachtelijk L.A., is het alle hens aan dek op het hoofdkwartier van zijn lokale CIA-antiterreurgroep. Er dreigt namelijk een aanslag op het leven van senator David Palmer, de eerste zwarte presidentskandidaat die een serieuze kans maakt (maar ook de man – zo vertelt de officiële, pseudo-reële site -die heeft gestemd voor een kleiner budget en een beknotte jurisdictie van federale big brothers zoals de CIA). Op de koop toe zit er een mol in zijn unit en laat de eerste body count niet lang op zich wachten. Juist, hij kan deze dag missen als Sydney Bristows kiespijn. Hij is Jack Bauer, CIA-agent, beheerder van een supercrisis, middelpunt van 24.
Dubbel dubbelspel
U las het al in dit blad: de CIA is back in business, niet alleen in de geopolitiek. Het is entertainment geblazen voor de Central Intelligence Agency, ook binnen ons kathodenbereik. Uitgerekend op de dag des Heren lopen na elkaar twee intelligente thrillerreeksen over de ooit zo verguisde inlichtingendienst . TV1 zendt op zondag om 22.00 ABC’s Alias uit, een stripachtige, met elektro opgepompte actiereeks die ‘deep cover’ mengt met ‘dysfunctional family’. Tien minuten na afloop daarvan volgt om 23.00 op BBC2 het paradepaardje van kabelzender Fox: 24, een pulserend, complex samenzweringsdrama dat 24 uren bestrijkt in evenveel afleveringen. Ook hier is de formule Amerika ten voeten uit: politiek en familie, tweemaal hetzelfde. Want politiek wordt pas ernstig als het persoonlijk wordt. ‘Onze show op zich gaat niet over terroristen’, zegt een van de twee scheppers, Joel Surnow, in Entertainment Weekly. Gedaan met de paranoia van The X-Files of Oliver Stone. ‘Het is meer een wraakvertelling over één man.’
Na jaren de zondebok te zijn geweest, wordt het CIA-blazoen echter wel stevig opgepoetst. In Alias lijkt Sydney Bristows groep SD-6, een zogenaamde onderafdeling van Big Brother, aanvankelijk het goede kamp. Tot de undercoverbende warempel aan het moorden slaat en the realCIA, Amerika’s hoop in bange dagen, met dubbel (!) dubbelspel het laken naar zich toetrekt (om ondertussen te bewijzen dat het wel degelijk om mensenlevens geeft).
Via de figuur van Bauer doet 24 iets soortgelijks. Hij is de onkreukbare in een oud nest van corrupte agents. Een conversatie tussen Bauers naaste medewerkers gaat als volgt: ‘He turned in his own men.’ – ‘They were dirty.’ – ‘And he’s Mr. Clean?’ – ‘Yes, he’s Mr. Clean.’
Meneer Proper wordt gespeeld door Kiefer Sutherland. Na een verleden als slecht acteur en een tabula rasa in zijn privéleven – hij verkocht zijn ranch en rijdt geen rodeo’s meer – zet hij alle sceptici te kijken. De Golden Globe en de Golden Satellite zijn twee van de prijzen die hij dit jaar in de wacht sleepte voor zijn gereserveerde, charismatische vertolking als het hoofd van de ‘counterterrorist unit’ in L.A.. De dagen van young guns en andere nonsens zijn voorbij, het is menens voor de zoon van Donald Sutherland. Zijn stem leidt bloedserieus de eerste aflevering in (en blijft dat doen in de volgende episodes): ‘The following takes place between twelve a.m. and one p.m. on the day of the Californian presidential primary.’
De serie 24 heeft namelijk een uitstekend concept, een provocerend format (zoals dat heet). Elke episode speelt in de real time van één uur (opgelet: de commercials zijn hierin inbegrepen; op de BBC duurt een aflevering niet zo lang). Het eerste seizoen bestaat dus uit 24 delen die chronologisch één uur uitbeelden van Jack Bauers nachtmerrie.
Het procédé werkt prima en wordt nog eens aangescherpt door een tikkende digitale klok en handig gebruik van split screen. Er wordt namelijk driftig heen en weer getelefoneerd in 24, terwijl wantrouwige blikken elkaar taxeren en computerschermen meervoudige beelden tonen. Het split screen toont een gefragmenteerde, hoogcinematografische werkelijkheid waarin niemand (behalve de kijker) een volledig beeld van de toestand heeft.
Neen, dan is Alias veel meer rechttoe rechtaan. De plot meandert ook van episode tot episode, rond een bizar manuscript van een 15de-eeuwse renaissance-uitvinder die zijn tijd ver vooruit en zelfs de gsm op het spoor was. En het verhaal van Sydney Bristow heeft een hoog wordt-vervolgd-gehalte, want hoe zit dat eigenlijk met de dood van haar moeder? Maar Alias stouwt zijn afleveringen vol met actie, met het opwindend rennen van Jennifer Garner, met haar adembenemend vechten en irritant tuiten van de opgespoten lippen. Garner wou overigens haar hele leven lang al een spionne zijn. De serie houdt daar terdege rekening mee: als studente is ze saai, als spionne vulgair mooi.
Gemene trek
De twee series staan, creatief gezien, los van elkaar, maar zijn indirect met elkaar verbonden (dichter dan het feit dat ze het lot van CIA-agenten verbeelden). J.J. Abrams, de 35-jarige creator, scenarist, regisseur, componist en uitvoerend producent van Alias, omschrijft zijn kindje als ‘a story about the most fucked-up family of all time’. Die woorden zijn natuurlijk ook toepasbaar op 24 (en misschien wel op elke recente, Amerikaanse tv-reeks die iets te vertellen heeft; zie The Sopranos of het voorlopig enkel op CanalPlus te bewonderen Six Feet Under). De schrijvers van het race-tegen-de-tijd-drama in 24 stonden, Joel Surnow en Robert Cochran, zaten overigens achter La Femme Nikita, de spin-off van Luc Bessons Nikita (door John Landis overgedaan als Point of No Return, bij ons beter gekend als The Assassin). En bij die serie heeft Alias dan weer flink zijn ogen te kijken gelegd. Net als bij Renny Harlins The Long Kiss Goodnight, waarin Geena Davis van huismoeder en kerststoetmiss transformeert tot messentrekkende CIA-blondine met slechte manieren.
Beide reeksen hebben – naast een weinig aan prime time gelegen, ietwat gemene trek – ook nog iets anders gemeenschappelijk: een fascinatie voor spitstechnologie, voor gadgets. Alias hanteert de formule van James Bond en voert een heuse, babbelzieke gadget man op, die wel elke episode met iets imponerends komt opdagen: een pen die videocamera’s onklaar maakt en een driedimensioneel computerplan maakt van vijandige ruimten; een stof die bij de geringste aanraking een halfuur lange knock-out veroorzaakt (en slechts tweemaal herbruikbaar is); een pesetamunt die na de activering van een bijbehorende pen ontploft.
In 24 maakt de technologie volwaardig deel uit van het verhaalweefsel. De samenzweerders hebben hun ultranieuwe snufjes, zoals mobile positioning technology, of magnetische toegangskaarten die verborgen databestanden bezitten. Hun leefwereld en doel hangen ervan af. Bauers antiterreurgroep moet echter niet onderdoen. Hijzelf gebruikt een mobiele, optische flatbed-scanner in zijn wagen, en zijn hoofdkwartier lijkt één immense technokit van global positioning. Met enkele toetsaanslagen kraakt zijn assistente de geheime code van garagepoorten of bankrekeningen. En ja, ook het paswoord van zijn dochters e-mail moet eraan geloven.
Ongetwijfeld laat het televisiewerk van Alias en 24 de doorsnee-Hollywoodfilm soms ver achter zich. Stephen Hopkins, toch geen onbenullig regisseur in Tinseltown ( Blown Away, The Ghost and the Darkness, Under Suspicion), regisseerde 24’s eerste uur. De montage van Alias‘ pilootfilm begint met het einde en heeft een in de staart bijtende opbouw, met heerlijke tracking shots waarin Garner gulzig de lens fixeert. Voor 24 geldt een nog meer experimentele aanpak, met sluwe, gespleten montage en korte, hoogst efficiënte actie.
Heus, op de buis valt in deze dagen voor Pasen een en ander te rapen. Het is te hopen dat TV1 of een andere Vlaamse zender na ABC’s bij jongeren fel gesmaakte reeks ook Fox’ hype-product oppikt. Want, geloof het of niet, in Bulgarije en IJsland – of all places – is de tv-CIA al sinds januari actief.
Beide series gaan, net zoals ‘The Sopranos’, uit van dezelfde kern: ’the most fucked-up family ever’.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier