DANNY BOYLE ‘Ik had nog meer van de amputatie willen tonen’

DANNY BOYLE. 'Voor een Hollywoodhoer is een film als '127 Hours' een ware nachtmerrie.'

Van het troosteloze Edinburgh in Trainspotting over het idyllische eiland uit The Beach tot de verblindende energiebron in Sunshine: ter plaatse trappelen is niets voor Danny Boyle. Voor 127 Hours ruilt de Britse cineast het overbevolkte Mumbai uit Oscarmagneet Slumdog Millionaire voor een verlaten canyon. ‘De studiobonzen verklaarden me gek – alweer.’

Danny Boyles carrière kent evenveel pieken als dalen – met de acht Oscars voor het kleinschalige Slumdog Millionaire in 2008 als onverwachte meevaller. De regisseur zou echter niet zijn eigenzinnige zelve zijn als hij dat Indische succes niet zou opvolgen met de verfilming van Aron Ralstons memories over zijn duizelingwekkende krachtmeting met Moeder Natuur. De Amerikaanse bergbeklimmer kwam tijdens een tocht vast te zitten in een afgelegen canyon en besloot na zes helse dagen overleven dat er niets anders op zat dan zijn arm met een bot zakmesje te amputeren. Jawel, er bestaat publieksvriendelijker bronmateriaal.

Boyle: Moet je mij niet vertellen! Na een klepper als Slumdog Millionaire heb je als filmmaker twee opties: ofwel maak je de peperdure blockbuster met de nodige glamour ofwel ga je voor de persoonlijke, voordien onrealiseerbare prent die al snel als een ijdel projectje wordt afgedaan. Dat ik voor het tweede koos, werd me niet in dank afgenomen. De studiobonzen verklaarden me – alweer – gek. Ze hadden een cinematografische masturbatiesessie in gedachten waaraan enkel ik plezier zou beleven. Gelukkig kon ik hen te pas en te onpas herinneren aan de 150 miljoen dollar die mijn vorige prent aan de Amerikaanse kassa’s had opgebracht.

Best vreemd dat je toch nog moest smeken om deze film te mogen maken.

Boyle: Ik begrijp het wel, hoor. Voor een Hollywoodhoer is een project als dit een ware nachtmerrie. Wie wil er een kaartje kopen voor een film over een kerel die dagenlang in een canyon vastzit? Ik zie zulke onderwerpen echter als unieke uitdagingen. Lang geleden probeerde ik tevergeefs een vergelijkbaar project van de grond te krijgen over John McCarthy en Brian Keenan, een in de eighties gekidnapte Brit en Ier die jarenlang aan een verwarming in Beiroet vastgeketend werden. Zulke claustrofobische, bijna bewegingloze verhalen fascineren een kinetisch regisseur als mezelf mateloos.

Klopt het dat Ralston eerst niet met jou wilde werken?

Boyle: Ik heb hem voor het eerst ontmoet in 2006, toen hij in Nederland zijn boek Between a Rock and a Hard Place voorstelde. Aanvankelijk had hij geen oor voor mijn ideeën voor een bioscoopfilm. Hij had zijn zinnen gezet op een documentaire waarin hij zijn verhaal doet, terwijl de feiten nauwgezet gereconstrueerd worden. Toen ik merkte dat hij geïnspireerd was door de structuur van Touching the Void(Kevin Macdonalds alom geprezen docu over een hachelijke bergexpeditie; nvdr.), wees ik hem op het immense verschil. De wisselwerking tussen twee of meer overlevenden doet een dynamiek ontstaan die een enkele getuigenis altijd zal ontberen.

Heb je na dat eerste gesprek nagedacht over een eventuele documentaire aanpak?

Boyle: Helemaal niet. Documentaire zit niet in mijn DNA. Ik kom uit het theater – vandaar mijn passie voor emotionele verhalen, acteurs die alles geven en grote momenten die er net niet over gaan.

Waarom viel je oog net op Ralstons verhaal?

Boyle: Tegenwoordig gebeuren er maar weinig dingen die je tot op het bot raken. Sommige gebeurtenissen eisen echter onmiddellijk hun plaats in het collectieve bewustzijn op: de aanslagen van 9/11, de gestrande mijnwerkers in Chili… Arons avontuur hoort volgens mij ook in dat lijstje thuis. Het spreekt op een vreemde manier tot ieders verbeelding. ‘Wat zou ik in zijn plaats hebben gedaan?’, vraag je je automatisch af.

Speelde het feit dat de meeste kijkers al weten hoe het verhaal afloopt je geen parten?

Boyle: Dat was inderdaad een heikel punt. Maar: het binnentreden van een bioscoopzaal gaat blijkbaar gepaard met een gedeelde amnesie. Goede acteurs zijn magische wezens. Ze nemen je mee op een pad dat – ook al ken je het door en door – blijft boeien.

Intussen geniet de amputatiescène een stevige reputatie. De Amerikaanse bioscoopbezoekers vielen naar verluidt bij bosjes flauw.

Boyle: Nog zo’n moeilijke kwestie: hoe ga je met zulke reacties om? Je moet beslissen of je ze probeert te verbergen of net uitbuit. Voor een horrorprent zou zoiets gedroomde reclame zijn – die je op de koop toe geen cent kost! (Lacht) Bij een film als de onze kan je zo’n voorval missen als kiespijn. We willen een zo groot mogelijk publiek bereiken. Vrouwen, tieners, ouden van dagen: ze zullen allemaal iets aan 127 Hours hebben. Als er alleen maar stoere macho’s opdagen die hun uithoudingsvermogen willen testen, zou ik ontzettend beteuterd zijn.

Echt subtiel kun je dat stuk toch niet noemen. Jullie tonen een ontblote zenuw.

Boyle: Bullshit! In horrorporno als Hostel en Saw gaat het er stukken bloediger toe. Als het aan mij had gelegen, hadden we nog veel meer laten zien. Dat het publiek zo fel reageert, hebben we te danken aan het sterke scenario en de straffe acteerprestatie van James Franco. De mensen die flauwvallen, worden niet onwel door wat er zich op het grote scherm afspeelt, maar omdat ze zo intens met Aron meeleven. Trouwens: je hoeft niet alles te geloven wat geschreven wordt. In één geval ging het om een man die in slaap was gevallen. Ook al niet de beste reclame! (Lacht)

DOOR STEVEN TUFFIN

‘Toeschouwers die flauwvallen? Dat komt zeker door Franco’s sterke acteerprestatie.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content