Lavage à la Bruxelloise – Componist Michel Herr dompelt zijn back catalogue onder in het Brussels Jazz Orchestra, tot die glimt als nooit tevoren.
Plays the Music of Michel Herr (WERF) ***
In mei 2007 ging het Brussels Jazz Orchestra nog eens in het deurgat staan, plantte een hand in de heup, en riep: ‘Kinders, tijd voor het bad!’ Die kinders zijn de kroost van componist-pianist Michel Herr (59), wiens werk in de voorbije drie decennia op uiteenlopende labels was verschenen en daardoor maar fragmentair verkrijgbaar was geworden.
In 2002 had het BJO het oeuvre van trompettist Bert Joris al zo’n lavage à la bruxelloise gegeven, wat een van de beste jazz-cd’s uit de vaderlandse geschiedenis opleverde. De verwachtingen voor deze nieuwe productie waren dan ook hooggespannen. Herr was al een éminence grise van de Belgische jazz nog voor zijn beruchte afro grijs was, speelde met iedereen tussen Toots Thielemans en Chet Baker, was musical director voor de gelauwerde film Just Friends (Marc-Henri Wajnberg, 1993) en schitterde in 2006 nog op het Blue Note Records Festival met zijn nonet. Nou, díé Michel Herr, dames en heren, doet op deze dubbel-cd a hell of a job.
Het pakket valt uiteen in twee delen: Pieces, wat – u raadt het al – afzonderlijke stukken zijn, en het al even sluw getitelde Suites and More. Daar zit ouder werk tussen zoals Flagey, a New Era, destijds in opdracht geschreven bij de heropening van de Pakketboot; Herrs semiklassieker Song for Micheline, en de heerlijke Celebration Suite, die in 1999 al op de debuut-cd September Sessions van het BJO te horen was. ‘Niets is heilig,’ benadrukte Herr op de cd-presentatie in De Werf in Brugge, ‘zéker mijn eigen werk niet.’ Dus schreef hij bij de Celebration Suite gelijk een vierde luik, en ging hij ook met de rode pen door de rest van zijn partituren. Het resultaat is uitstekend. Opener Springboard katapulteert het orkest halsoverkop de swing in, Distant Echoes baadt in elegantie, en de ballad Song for Lucy (uit Just Friends) is klassieke rokersjazz op z’n best, met altist Frank Vaganée in een crèmige glansrol. Alleen Extremes valt met zijn huppelende, gedateerde bonhomie wat uit de toon. Maar op zijn beste momenten – en dat zijn er nogal wat – weet Herr het orkest licht te maken, met één vinger op te tillen, het te laten zweven, net zoals Maria Schneider dat eerder al deed. Hoed af voor een van de beste BJO-platen tot nog toe.
Bart Cornand
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier