BODY VERSUS SOUL
De herrezen D’Angelo speelt ten dans op Gent Jazz, volgens kenners the chance of a lifetime. Het relaas van een soulfenomeen.
‘Al moet ik door dalen van duisternis en dood, ik ben voor geen onheil bang, want U bent bij mij: uw knots en uw staf geven mij nieuwe moed’ – Psalm 23: 4, zoals hij getatoeëerd staat op de arm van D’Angelo, in 1974 geboren als Michael Eugene Archer in de schoot van de pinksterbeweging. God en muziek waren zijn herders, drank, drugs en faam werden zijn duisternis.
Kleine Michael was vijf toen hij zichzelf Boogie Wonderland van Earth, Wind & Fire leerde spelen op de kerkpiano, zestien jaar later ligt zijn eerste album Brown Sugar in de winkels, composed, written, arranged, performed and produced by D’Angelo. Algeheel meesterschap, in het zog van Prince, een van zijn grote voorbeelden, met wie hij een harten smeltende falsetstem deelt. Brown Sugar (1995) was een van de mijlpalen van de neosoul, die contemporary r&b injecteerde met klassieke pop, soul en funk. Singer-songwriters als Erykah Badu, Lauryn Hill en Maxwell stonden mee in de speerpunt van die beweging, maar het was D’Angelo die het meeste respect genoot bij zijn zielsgenoten. Rapper Common noemde hem zelfs ‘de meest invloedrijke artiest van onze tijd’.
Het duurde vijf jaar voor D’Angelo een opvolger klaar had, maar Voodoo – en dan vooral de single Untitled (How Does It Feel) – haalde zijn leven en carrière overhoop. In de videoclip verleidt D’Angelo de kijker, zijn indrukwekkende torso beeldig uitgelicht in een trage paringsdans. D’Angelo het sekssymbool is geboren, body én soul.
‘He was r&b Jesus, and I’m a believer’, schreef een extatische Robert Christgau tijdens D’Angelo’s befaamde Voodoo Tour in 2000. Lof is er ook voor The Soultronics, de straffe begeleidingsgroep waarmee hij zich omringde, met onder meer Questlove van The Roots op drums, trompetwonder Roy Hargrove en sessiebassist Pino Palladino.
‘Die hele tournee was geïnspireerd op Prince’, zegt superfan Peter Lesage, zelf producer en muzikant bij Gabriel Rios, Baloji en Moiano. ‘Zijn muzikanten werden duidelijk geselecteerd met het oog op een melange van zuivere funk met gestileerde eightiespop. Maar onderschat D’Angelo zelf niet: uitstekende pianist, geweldige performer met tonnen charisma. Hij vulde een leemte die was vrijgekomen na de goede jaren van Michael Jackson. James Brown, Prince: in dat rijtje hoort hij thuis.’
Blogster en model Elisabeth Ouni was erbij toen het fenomeen in 2000 neerstreek op Axion Beach Rock, zijn jongste Belgische passage. ‘Mijn allereerste concert. Mijn vriendje bleef achteraan hangen: geen zin in gillende meiden. (lacht) Dat viel overigens goed mee.’
De beroemde sixpack was in Zeebrugge voor Ouni niet de voornaamste attractie, wel de stem. ‘Loepzuiver. Elke hoge noot kwam er moeiteloos uit gerold. Maar D’Angelo wist heel goed hoe voordeel te halen uit zijn fysiek, hoor. Het hele concert was een hete, lijfelijke bedoening. Behoorlijk impressionant voor een achttienjarige . ‘
Het ging D’Angelo begin deze eeuw voor de wind. En toen kwam de val. De status van zwarte messias en de bijbehorende verantwoordelijkheid dolden met zijn ego, het imago van afgetrainde posterboy vrat aan zijn psyche.
‘Op een avond werd ik woest toen een vrouwelijke toeschouwer geld op het podium smeet’, vertelt D’Angelo nu in GQ, zijn eerste interview in twaalf jaar tijd. ‘That made me feel fucked up – en ik smeet het geld terug in haar gezicht. Ik ben geen stripper, weet je.’
Na de Voodoo Tour ontspoort D’Angelo compleet. Hij stort zich in sterke drank en harde drugs, rijdt zijn Hummer in de prak en komt verschillende keren in aanraking met de arm der wet. De mugshots tonen een opgezwollen, tientallen kilo’s aangekomen man, een getroebleerde geest in een ongezond lichaam. ‘It wasn’t easy to just be’, aldus D’Angelo nu. ‘Dat was wat me in de problemen bracht: ik die mijn ouwe gewone zelf probeerde te zijn. Ik in het gevecht met het sekssymbool.’
Wanneer in 2006 zijn goede vriend J. Dilla overlijdt aan een slepende ziekte ziet D’Angelo het licht. Hij kickt af en krabbelt uit het dal, weer de studio in. De opvolger voor Voodoo laat voorlopig op zich wachten, maar live speelt hij wel al nieuwe songs. Zij die hun Gent Jazztickets willen versjacheren na de afgelasting van Bobby Womack dwalen volgens Peter Lesage: ‘Je kunt deze zomer honderd keer Daan of Absynthe Minded zien, maar D’Angelo in België is the chance of a lifetime – je weet maar nooit of hij opnieuw twaalf jaar van het toneel verdwijnt.’
D’ANGELO – Gent Jazz, 14/7, 22.30
VOLGENDE KEER : The Roots (30/7, Rivierenhof; 6/8, Lokerse Feesten)
DOOR JONAS BOEL
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier