‘ ALS MEISJE MOET JE BEWIJZEN DAT JE GEEN MEISJE BENT’

© © GUY KOKKEN

Hits heeft ze niet, maar in Nederland loopt haar pad toch langs volle zalen. Eefje de Visser, singer-songwriter uit Utrecht, puurt dan ook iets fris en wonderlijks uit de antieke vervlechting van woord en melodie. Met de release van haar tweede plaat Het is en een omstandige tournee moet nu ook Vlaanderen bezwijken. ‘Ik moet er heel goed mijn koppie bij houden.’

ik zoek een woord ik ben nu rustig

ik wil wat doen maar vind niet dat ik mag denken

en in de keuken ruim ik wat op

en in de kamer zet ik alles anders neer

(In het echt)

Sinds ze in 2009 muziekconcours de Grote Prijs van Nederland in de categorie singer-songwriter won, is het leven van Eefje de Visser (°1986) in een met schuimkopjes besprenkelde stroom terechtgekomen. Ze gaf haar studie aan de Rockacademie van Tilburg eraan, en zocht samen met een manager annex boeker uit hoe ze haar zaakjes in eigen beheer kon ontplooien. Toen toog ze aan het werk. Haar debuut, uitgebracht op haar eigen label, heette De koek (2011) maar was in feite een hele snoepwinkel, waarin ze naar allerhande genres graaide: pop, folk, jazz, hiphop. ‘Ik was zoekende: wat wil ik nou eigenlijk precies laten horen?’ zegt ze vandaag, verontschuldigend bijna. Vergelijkingen met Roosbeef en Spinvis doelden vooral op De Vissers keuze voor het Nederlands in muziekjes waarin dat niet voor de hand ligt. En haar eigen weg bewandelen blijft ze doen: opvolger Het is laat naast een enorm stilistische verschuiving ook een artistieke vervolmaking optekenen. Het is een uitgepuurde, weemoedige plaat, waarop de ruimte en de emotionele eenheid regeren. Want Eefje de Visser is een ander mens geworden.

‘Sinds De koek is uitgekomen, heb ik bij wijze van spreken meer meegemaakt dan daarvoor in mijn hele leven’, zegt ze. ‘Qua reizen, plekken die ik heb bezocht, mensen die ik ontmoet heb, projecten die ik aangegaan ben. Ik had net een lange relatie achter de rug, kreeg ineens een pak verantwoordelijkheid en ik was voortdurend onderweg. Er veranderde gewoon heel veel in korte tijd. Daardoor ging ik anders over dingen denken. Ik werd een stuk minder idealistisch en zweverig, en veel nuchterder en realistischer. (glimlacht) Louter een goed mens willen zijn is een mooie filosofie, maar ook een te makkelijke. Hard werken en voor mezelf zorgen vond ik op de duur belangrijker.

‘Ik was blij met het succes. Ineens heb je een eigen bedrijfje. Dat maakt dat je heel goed je koppie erbij moet houden om te voorkomen dat het in de soep loopt. Want elke dag is anders, je hebt geen enkele structuur. Zitten dromen is er niet meer bij. Maar ik leef er enorm van op om het heel druk te hebben. Dan ben ik op mijn allerbest. Net zoals veel andere creatieve mensen heb ik heel veel in mijn hoofd zitten, en dat moet eruit kunnen. Anders slaat het naar binnen en verzeil je in een cocon. Liedjes schrijven is een manier om orde te scheppen.’

het is niet de bedoeling

dat ik me anders voordoe

niet de bedoeling

dat ik een ander lastig

ik word niet gedwongen

het is de kunst om

de kunst, het is de kunst

(De bedoeling)

Wat Eefje de Visser van het pak onderscheidt, is haar eigengereide omgang met taal in haar liedjesteksten. Hoe ze die plooit en krult en vouwt, tot haar woorden haar melodieën beademen en andersom. Articuleren doet ze nauwelijks. Zinnen maakt ze niet af. Interpunctie negeert ze. Ze combineert wijde vegen met kraakheldere details, wat tegelijk in een grote zeggingskracht en veel plaats voor verbeelding uitmondt. Boven de Moerdijk wil de onthutsing om De Vissers ‘vreemde dictie’ en ’tuimelende teksten’ maar niet milderen. Zomaar een persquote: ‘Ze rekt haar woorden uit. “Dan rij iiiiiiiiiik / Naar het zuideee-hu-hu-hen”, zingt ze dan. En je denkt: waar gaat dit naar toe, ja naar het zuiden dus, maar dat bedoel ik niet. Je denkt: wanneer stapt ze over naar het volgende woord? En haalt ze dat woord voor het einde van de melodielijn?’

Eefje de Visser heeft zichtbaar schik in die commotie. ‘In wat ik doe, moet een zekere onvoorspelbaarheid zitten. Daar hou ik van als ik zelf naar muziek luister. Dus daar ben ik wel mee bezig als ik aan het schrijven ben. Maar volgens mij is mijn manier van praten ook zo: een beetje van de hak op de tak, zinnen afbreken en opnieuw beginnen. Een wél goed lopende tekst schrijven lijkt me net veel moeilijker. Omdat ik dan die vrijheid niet heb.’

Ze lacht ongelovig bij de opmerking dat haar teksten ook zonder haar klaterende keelgeluid of de vaak wufte wijsjes overeind blijven. ‘Tekst komt bij mij nochtans als allerlaatste. Een gedachte of een gevoel zo precies mogelijk verwoorden, daar is het me niet om te doen. Maar ik heb wel degelijk de behoefte om iets te zeggen. Alleen zou ik dat nooit doen zonder dat ik muziek maak. Hoe autobiografisch mijn teksten zijn? Voor de helft, schat ik. Ik wissel wat ik meemaak af met hoe ik over zaken denk. Een combinatie van hoe de wereld is, en hoe ik wil dat die eruitziet. Dat waar ik ben, en dat waar ik heen wil.’

we waren ouder en veranderd

we konden samen op vakantie gaan

ik bedenk alvast een uitzicht

en dat we uit hebben gekeken dan

van nu tot over misschien jaren en jaren

mis, mis ik een deel

(Sneller)

Meermaals neemt Het is de vorm aan van een wichelroede: een onzeker tuig om te zoeken, je positie te herbepalen. De liedjes suggereren verandering en beweging, maar lijken toch vaak vanuit stilstand geschreven. ‘Dat klopt wel’, knikt De Visser. ‘Veel liedjes gaan over passiviteit, over de wens in beweging te komen.’ Maar dat Het is een op de klippen gelopen liefdesrelatie probeert te bevatten, wil de Hollandse niet gezegd hebben. ‘Het grappige is dat ik heel veel heb geschreven in een periode waarin ik moest verwerken dat een relatie uit was. Alleen ging het maar zelden dáárover. Wel over allerlei andere relaties met mensen. Niet alleen in de liefde, maar vooral met vrienden of familie. Me hechten aan mensen of me juist van hen losscheuren, dát thema. Ik schrijf trouwens niet graag letterlijk over emoties. En ook niet over liefde. Dat is iets wat ik er bijna bewust in moet gooien. Klassieke liefdesliedjes komen blijkbaar niet in me op.’

Misschien omdat ze pas aan het schrijven slaat op het moment dat het stof is gaan liggen? ‘Klopt, er is tijd overheen gegaan. Op het moment dat het allemaal op zijn heftigst was, was ik op tournee, dus ik had geen tijd om te schrijven. Plus: ik probeer ook altijd het pathetische te vermijden. Die echte pijn, dat gebroken hart hoeft er voor mij niet in. Als ik me door liefdesverdriet heel rot voel, zal ik liever schrijven over hoe ik wil dat de dingen zijn, wat ik wil gaan doen. Met melodrama pas ik heel erg op. Ik wil een zekere nuchterheid aanhouden, maar toch heel veel gevoel en warmte uitstralen.’

en weet je dat ik eigenlijk niet weet

waar ik wonen wil en wie ik hebben kan

ik vond een kamer in de binnenstad

en hoorde auto’s

op het kruispunt zachtjes ruisend

(En)

Tot slot vraag ik Eefje de Visser of het moeilijkste van succes er niet in bestaat dat iedereen van de ene op de andere dag een mening over je heeft. Vaak in grote letters. ‘Een fladderig, pittig, schattig muziekmeisje’, kopte de Volkskrant bijvoorbeeld. ‘Dat was nogal denigrerend, ja. Ook al was het verder best een leuk stuk. Tja. Als meisje moet je bijna kunnen bewijzen dat je géén meisje bent. (glimlacht) Mensen willen nou eenmaal graag een stereotype van je maken, om het plaatje zo helder mogelijk te krijgen. Ik heb me daarna heel erg geconcentreerd op muziek maken en nog eens muziek maken. Arrangementen veranderd bij iedere clubtour, geprobeerd er creatief gezien alles uit te halen, zowel als ik solo speel als met mijn band. Ik merk dat dat gewerkt heeft: ik word niet meer gezien als een poppetje dat liedjes maakt.’

HET IS

Op 10/2 uit bij Eefjes Platenmaatschappijtje.

Eefje de Visser speelt in februari, maart en april in het voorprogramma van Renée. Info: eefjedevisser.com.

DOOR KURT BLONDEEL

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content