Donderdag 27/1 – 21.40, Canvas
Denkt u bij de bekendste Belgische wetenschappers ook meteen aan de professoren Gobelijn en Barabas? Kijk dan zeker naar Alles voor de wetenschap, dat in zes afleveringen het portret schetst van evenveel écht toonaangevende Belgische wetenschappers, met getuigenissen van henzelf, collega’s én gewone mensen wier leven door hun ontdekkingen ingrijpend veranderd is. ‘We willen jonge mensen inspireren’, zegt eindredacteur/regisseur Niels Janssens.
Vergeef ons onze simplistische houding, maar is wetenschap niet saai?
Niels Janssens: (Lacht) Tja, we moeten onze hand in eigen boezem steken. In het verleden zijn we er als tv-makers niet altijd in geslaagd wetenschappelijke documentaires boeiend te maken. Vaak komt het erop neer dat de wetenschapper zijn niveau met 36 treden verlaagd en op een menselijke manier zijn theorie probeert uit te leggen. Met Alles voor de wetenschap willen we een verháál vertellen – de theoretische kant krijg je nu te zien in archiefbeelden of animaties.
De zes wetenschappers komen uit heel verschillende vakgebieden – van Christine Van Broeckhoven, een autoriteit op het gebied van alzheimeronderzoek, in aflevering één tot milieuautoriteit Willy Verstraete in aflevering zes. Zie je toch gelijkenissen?
Janssens: Zeker hun gedrevenheid en doorzettingsvermogen. Als de rest van de wereld B zegt, zijn zij A blijven volhouden – met resultaat. Neem nu Peter Carmeliet: ooit heeft hij vanuit Amerika een speciale knock-outmuis in een Tupperwaredoosje door de douane gesmokkeld om er hier verder onderzoek op te verrichten. En allemaal waren ze al heel jong in wetenschap geïnteresseerd. Professor Marc Van Montagu, nu een specialist in plantengentechnologie, heeft als elfjarige bij een proefje het dak van de zolder van het ouderlijke huis eraf geblazen. (Lacht)
Staat de Belgische wetenschap internationaal dan zó hoog aangeschreven?
Janssen: Toch wel, je merkt dat er met erg veel respect over de wetenschappers wordt gesproken. Dat ze overal ter wereld gevraagd worden om te spreken of te werken toont hoeveel aanzien ze hebben. We mogen absoluut trots zijn op hun verwezenlijkingen – vandaar ook dat we dit programma gemaakt hebben. Beschouw Alles voor de wetenschap wel niet als ‘dé top 6’ van de Belgische wetenschap: ik denk dat we zeker nog een tweede seizoen kunnen vullen.
Gebeuren wetenschappelijke onderzoeken niet in het grootste geheim?
Janssens: Normaal wel, zoals blijkt uit het verhaal van Christine Van Broeckhoven. Zij beweert dat een van haar Britse collega’s, John Hardy, ooit een ontdekking ‘gestolen’ heeft. We zijn die man gaan opzoeken. Zijn reactie: ‘There’s telegraph, there’s telephone and there’s tell John’(Lacht) Impliciet geeft hij het dus toe. Maar: wij waren vooral geïnteresseerd in hun al bekende resultaten.
En in hun impact op het dagelijkse leven.
Janssens: Absoluut. Misschien denk je dat de resultaten van een wiskundige als Ingrid Daubechies een ver-van-mijn-bedshow zijn, maar haar formules – de naar haar genoemde ‘Daubechies Wavelets’ – liggen bijvoorbeeld aan de basis van de digitale cinema en de compressie van foto’s. En om nog even terug te komen op die knock-outmuis: we praten met een vrouw met de dodelijke spierziekte ALS die een progressieve therapie volgt die op dat onderzoek gebaseerd is.
Hopen jullie mensen warm te maken voor de wetenschap?
Janssens: Dat is expliciet onze bedoeling, ja. Alle zes pleiten ze voor hun erg boeiende job – wetenschappers zitten niet elke dag met hun neus in de boeken, hé. Trouwens, in onze kenniseconomie zal wetenschap steeds belangrijker worden, en eerlijk gezegd: momenteel zijn er te weinig die dat beoefenen.
BARBARA DE CONINCK
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
