Hij stond op zijn zesde al op de planken, figureerde daarna in tal van films en tv-series en maakt op zijn negentiende nu ook zijn entree als leading man in ‘Nowhere Boy’. Een gesprek met Britain’s next big thing: Lennonvertolker Aaron Johnson.

Hoe nerveus was je om in de huid van een legende als John Lennon te kruipen?

Aaron Johnson: Toch behoorlijk. Je leest het script, je bent enthousiast over het personage en je staat te popelen. Tot je twee weken voor de opnames in Liverpool plots beseft: ‘ Fuck! Waar ben ik aan begonnen?’ Gelukkig had ik de rol voldoende voorbereid en gaf Sam me het nodige vertrouwen. Ik heb me zo veel mogelijk gefocust op de dingen die Lennon en ik gemeen hebben. Nowhere Boy gaat over een jongen die zichzelf en zijn talenten ontdekt en op zoek is naar liefde en zelfvertrouwen. Aangezien ik zelf van mijn zesde acteer, maar nog altijd maar negentien ben, lagen die dingen niet zo ver van me af.

Wist je tevoren al veel over hem?

Johnson: Ik wist dat hij bij The Beatles zat. (Lacht) Neen dus. Ik kende zijn liedjes wel, maar heb me toch grondig moeten bijscholen. Wat me meer zorgen baarde, was dat ik zelf geen muzikant ben. Daarom heb ik twee maanden lang bijna niets anders gedaan dan ukelele en gitaar spelen, tot ik er blaren van kreeg. Ik haat het als je in een film kunt zien dat een acteur zijn instrument niet beheerst en doet alsof. Dan is de illusie die je hebt opgebouwd meteen weer weg.

In de film komt de zestienjarige Lennon naar voren als een charmant en pienter, maar tegelijk egocentrisch en onuitstaanbaar ettertje. Heb jij ook dat beeld van hem?

Johnson: Eigenlijk wel. Het leuke aan de rol is dat iedereen Lennon kent en dat er bibliotheken over hem volgeschreven zijn, behalve dan over de jonge Lennon. In de biografieën worden wel passages aan zijn jeugd gewijd en er lopen ook nog altijd een paar leden van zijn eerste bandje The Quarrymen rond. Maar wie hij écht was op zijn zestiende: daarover lopen de meningen sterk uiteen. De één benadrukt dat hij een opschepper was die populair was bij de meisjes. De ander zegt dat hij veeleer teruggetrokken was, maar iemand anders werd zodra hij op een podium stond. In een beroemd Rolling Stone-interview zegt hij zelf dat hij erg verbitterd was toen zijn moeder stierf en dat The Beatles hem een masker boden waarachter hij zich kon verstoppen. Hij praat daarin ook over zijn tante Mimi en over zijn respect voor haar.

Dat respect ging, ondanks hun haat-liefdeverhouding, blijkbaar zo diep dat hij haar tot aan zijn dood in 1980 elke week belde, zoals hij haar had beloofd toen hij in 1960 met The Beatles naar Hamburg vertrok.

Johnson: Klopt. Lennon heeft zijn echte moeder twee keer verloren. Op zijn vijfde toen ze hem onderbracht bij Mimi. En op zijn zeventiende toen ze overleed. Al die tijd heeft Mimi voor hem gezorgd, ook al was ze streng en afstandelijk. Eigenlijk had John vooral een affectieve band met zijn oom George. Dat was diegene die hem op de radio naar rock-‘n-roll liet luisteren, zijn eerste sigaret gaf, in bed stopte en dat soort dingen. Mimi was dan weer diegene die hem Oscar Wilde voorlas en boeken over Van Gogh gaf. Mimi was strikt en veeleisend en ze hadden geregeld ruzie. Maar Lennon besefte dat hij haar strenge hand en discipline nodig had. Hij is haar dankbaar gebleven tot aan het bittere einde.

Lennon had het vaak lastig om zijn privéleven af te schermen. Hoe lukt dat met jou?

Johnson: Voorlopig heb ik geen klachten. Je moet er gewoon slim mee omgaan. Zeg wat je kunt zeggen en houd de rest voor jezelf. Als je de lippen altijd stijf op elkaar houdt, maak je de tabloids alleen maar nieuwsgieriger. Mijn relatie met Sam lijdt er in elk geval niet onder. We hebben ons publiek als koppel gepresenteerd en dat heeft ons alleen maar sterker gemaakt.

Op 21 april komt er nóg een film uit met jou in de hoofdrol, de actiekomedie ‘Kick-Ass’. Wat mogen we daarvan verwachten?

Johnson: Actie, zwarte humor en nog meer actie. Het is een comicbookfilm van Matthew Vaugh (de regisseur van ‘Layer Cake’ en ‘Stardust’ en ex-producent van Guy Ritchie; nvdr) over een Amerikaanse knul die zich verkleedt als superheld en zo in een bloedige strijd tussen twee drugskartels terechtkomt. Er zit ook een elfjarig meisje in dat voortdurend woorden als ‘cunt’ en ‘fuck’ roept en allerlei gangsters het hoofd afhakt. Het is dus géén kinderfilm. (Lacht) Ik weet niet of een pacifist als Lennon zich ermee zou amuseren, maar het is ironisch. Plus: de stunts zijn geweldig, Nicolas Cage doet mee en het is goed gemaakt.

(D.M.)

Aaron Johnson: ‘Ik heb twee maanden lang niets anders gedaan dan ukelele en gitaar gespeeld, tot ik er blaren van kreeg.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content