3 vragen aan Paolo Cognetti

© GF Stephan Vanfleteren

1 Waarom keer je steeds terug naar de bergen? Omdat mensen naar het verleden verlangen, zoals de vader van Fausto zegt?

Paolo Cognetti: De tijd verstrijkt er langzamer en lijkt soms zelfs bijna stil te staan. Als ik terugkeer naar de paden uit mijn kindertijd, vind ik na veertig jaar dezelfde stenen, bomen en stromen. Daarom lijken de bergen onze herinneringen beter te bewaren dan de stad. Hoe ouder je wordt, hoe meer waarde je daar ook aan gaat hechten. Alles verandert om ons heen. We veranderen van huis, werk en metgezellen. Dierbare vrienden sterven en kinderen worden geboren. We worden grijs en ons hele leven lijkt te vervliegen. Maar daarboven in de bergen rijgen de seizoenen zich tot een eeuwige cyclus aaneen: lente, zomer, herfst, winter en weer lente. De beekjes blijven stromen, de wolken blijven komen en dat allemaal tegen de achtergrond van de eeuwige rotsen. Er rondwandelen is als naar een tempel gaan.

2 Je personages zijn enkelingen die op zoek zijn naar het geluk van de wolf. Is dat typisch voor bergmensen?

Cognetti: Ja, wij hebben een andere verhouding met de eenzaamheid dan stedelingen. Iemand in de bergen leert alleen te zijn. Niet dat hij in die eenzaamheid het geluk vindt, maar ze wordt een gewoonte. En soms ook een lijden, vandaar het alcoholprobleem waar sommige enkelingen last van hebben. Voor bergmensen zijn ontmoetingen vaak veel intenser, of het nu om vriendschap of liefde gaat. We geven onszelf makkelijk bloot aan gelijkgestemden, zoals Fausto en Silvia doen. We proberen een beetje voor de ander te zorgen, zoals Santorso doet. Of we bouwen zoals Babette een klein warm plekje, een toevluchtsoord voor onszelf en anderen.

3 Het zijn ook allemaal mensen die graag de handen uit de mouwen steken. Fausto is een schrijver, maar ook een kok. Herkennen we hier Paolo Cognetti?

Cognetti: Ik geloof in het anarchistische idee dat de scheiding tussen fysiek en intellectueel werk een van de kwaden van onze samenleving is. De mensen met de hersenen gaan zich al gauw boven die handarbeiders stellen, waardoor klassen en conflicten ontstaan. We zouden die twee allemaal moeten combineren en de nederigste taken niet aan anderen delegeren. Het is goed voor een schrijver om een tijdje in de keuken te werken en de badkamer te poetsen. Zelf hou ik enorm van koken, want het is een manier om voor anderen te zorgen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content