Apocalypse nou, nou, nou: aan de incoherente rommel van ‘Megalopolis’ is niets grandioos
Film - Megalopolis
Genre - Scifi
Regisseur - Francis For Coppola
Cast - Adam Driver, Giancarlo Esposito, Shia LaBeouf
Francis Ford Coppola’s scifi-fabel Megalopolis is een miskleun van epische proporties én campy fun.
‘Mijn grootste angst is om een echt slechte, pompeuze film te maken over een belangrijk onderwerp, en ik ben het aan het doen.’ Dat is wat je Francis Ford Coppola, ten onrechte, hoort zeggen in de documentaire Hearts of Darkness (1991), over de turbulente totstandkoming van zijn Vietnamepos Apocalypse Now (1979). Maar spoel door naar 2024 en de grootste angst van de New Hollywoodkeizer lijkt toch werkelijkheid geworden. Zijn scifi-epos Megalopolis is immers allesbehalve dat fel fonkelende kroonjuweel waar elke cinefiel op hoopte, maar een opgeblazen, delirant gedrocht waarbij je niet alleen Colonel Kurtz hoort zuchten: the horror, the horror!
Sinds de desastreuze ontvangst te Cannes, waar Coppola’s zelfgefinancierde droomproject (kostenplaatje: 120 miljoen dollar) met de grond gelijk werd gemaakt, heeft Megalopolis een bont legioen van verdedigers gevonden die de film rehabiliteren als miskend meesterwerk. Misschien denken die apologeten werkelijk dat fletse CGI en vage filosofische overpeinzingen genoeg zijn om incoherente rommel op te tillen tot iets grandioos. Toch als er ‘directed by Francis Ford Coppola’ op de credits staat.
Het verhaal, of de orgie aan halfbakken ideetjes die daarvoor doorgaat? Dat speelt zich af in het futuristische New Rome, waar architect Cesar Catilina (Adam Driver, met Britpopcoiffure) een utopische stad wil bouwen. Zijn ambitie stuit echter op weerstand van de conservatieve burgemeester Franklyn Cicero (Giancarlo Esposito), die vreest dat de plannen meer agiteren dan inspireren. Ondertussen ontspint zich een romance tussen Cesar en Cicero’s dochter Julia (Nathalie Emmanuel), al levert die meer onbedoelde humor dan menselijkheid op.
Coppola orakelde dat Megalopolis zijn ‘spirituele opvolger’ is van Fritz Langs Metropolis, maar het resultaat komt eerder in de buurt van Intolerance van D.W. Griffith, zonder diens flair evenwel. Wat bedoeld was als een visioen van een dystopische toekomst, komt over als een Pinterestbord op steroïden, waarin Art Deco, barok en scificlichés zonder samenhang door elkaar worden gemixt.
Bovendien doen de acteurs weinig om de film van de sloop te redden. Driver en Esposito verdwijnen in de leegte van de onzinnige dialogen en de simplistische symboliek. Alleen Shia LaBeouf, als hofnar en intrigant, weet enige camp in de film te stoppen, hoewel dat wellicht niet in Coppola’s bouwplannen stond.
Het valt dan ook amper te geloven dat deze megalomane miskleun van de ontwerptafel komt van de regisseur van The Godfather, Apocalypse Now of zelfs Tucker of Dracula. Waar die films grootsheid combineerden met gravitas, worstelt Megalopolis met zijn eigen misplaatste grandeur. Dit is dan ook geen testament voor de eeuwigheid. Het is een waarschuwing voor de gevaren van Trumpiaanse ambitie en de illusie van visionaire grootsheid. Plus: een bewijs van wat er kan gebeuren wanneer je te veel tijd, te veel geld en te weinig tegenspraak ter beschikking hebt.
‘De mensheid moet zich geen utopieën voorstellen, maar leren leven met haar imperfecties’, schreef de oude Romein Seneca, een advies dat Coppola beter ter harte had genomen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier