Hij trotseerde de straten van Baltimore als drugsbaas Stringer Bell in The Wire en die van Londen als de onverschrokken flik Luther. Nu moet Idris Elba het hoofd koel houden als Amerikaanse president in A House of Dynamite. ‘Ik voelde me vereerd.’
Idris Elba speelt in A House of Dynamite de Amerikaanse president, een man die plots de verantwoordelijkheid krijgt over leven en dood. Voor de 53-jarige Londenaar – zelf zo Brits als de Union Jack – was dat zowel een uitdaging als een bevrijding. ‘Toen Kathryn Bigelow me belde en zei: “Ik wil dat jij mijn president speelt”, dacht ik eerst dat ze een grap maakte. Maar ik vond het een kans om te laten zien dat een president in de eerste plaats een mens is, iemand die twijfelt, die zweet, die faalt.’
Die menselijkheid werd voor hem de kern van de rol. ‘Je ziet een man die probeert stoer te blijven, maar tegelijk voel je dat hij zichzelf voortdurend afvraagt of hij wel in staat is om dit gewicht te dragen. En dat gewicht is niet alleen zijn persoonlijke lot, maar het lot van de wereld. Dat is bijna ondraaglijk.’
Elba beschrijft de structuur van de film als een uitdaging voor de toeschouwer. ‘In het eerste deel weet je niet wat er gaat gebeuren. In het tweede herken je patronen, maar voel je dat het anders zou kunnen aflopen. In het derde zie je: nee, dit is onvermijdelijk. Dat dwingt je jezelf de vraag te stellen: wat zou ik doen, met die minuten die resteren?’
Het was voor hem ook een fysieke rol. ‘Ik moest echt geloven dat ik daar zat, met die telefoons die rinkelen, die adviseurs die elkaar tegenspreken. Je gebruikt je lichaam, je stem, je ademhaling. Alles wordt een instrument om die angst voelbaar te maken.’
En dan, bijna verontschuldigend: ‘Het klinkt misschien pathetisch, maar ik voelde me vereerd. Je krijgt de kans om een president te spelen die geen karikatuur is, maar een kwetsbaar mens. En dat, vind ik, is een briljante vondst van Kathryn. Ze geeft je niet de macht, ze geeft je de twijfel.’