Vier jaar na haar dood brengt Asif Kapadia een pakkende documentaire over de opmars en de ondergang van diva Amy Winehouse.
Amy
Asif Kapadia met Amy Winehouse, Blake Fielder-Civil, Tony Bennett
Dat Amy Winehouse een geweldige jazz- en soulzangeres was die klonk alsof ze niet uit de groezelige suburbs van Londen, maar van een broeierige katoenplantage in de deep south was weggeplukt, dat ze présence en charisma genoeg had om stadions tot in de nok te vullen, dat ze ten onder ging aan drank, drugs, mediadruk en foute vriendjes, dat ze ‘no, no, no’ zei tegen rehab en dat ze op 23 juli 2011 dood werd aangetroffen tussen vier lege flessen wodka, amper 27 jaar jong: het trieste verhaal is, met dank aan de boulevardpers, die ervan smulde alsof Liz Taylor en Richard Burton weer samen waren, tot in den treure herhaald. Maar wie Amy écht was als mens en artieste, hoe het allemaal zo ver is kunnen komen, waarom niemand tijdig ingreep en wie precies welke rol speelde in deze 21e-eeuwse showbizztragedie, daarover bleven nog altijd veel vraagtekens bestaan.
Hoog tijd om de record straight te zetten, moet Asif Kapadia, die eerder al een prima documentaire over Formule 1-martelaar Ayrton Senna maakte, hebben gedacht. En dus dook hij op vraag van Universal de archieven in en ging hij praten met alle sleutelgetuigen uit Amy’s veel te korte leven – haar ouders, haar vrienden, haar bandleden, haar entourage én haar junkie-ex Blake Fielder-Civil. Dat leverde een schat aan materiaal op, waaronder nooit eerder vertoonde homevideo’s (hoor de 14-jarige Winehouse ‘happy birthday’ zingen als een volleerde souldiva!), waaruit Kapadia een boeiende biografie van een gevallen popdiva weet te kneden. Maar dat is niet de reden waarom deze film, lang nadat het scherm back to black is, nog altijd door je hoofd, hart en oren zal spoken.
Kapadia toont zich niet alleen een rasverteller die van Winehouse een echt personage weet te maken en van haar lot een wrange tragedie, hij maakt er tegelijk een hedendaagse parabel over macht, misbruik en manipulatie van, en richt – zonder in slogans of statements te vervallen – ook een beschuldigende vinger in de richting van pers en publiek, die als onverzadigbare sensatiejunks kickten op Amy’s ondergang en alle bijbehorende smeuïge verhalen over smack en crack, drank en dope.
Dat Winehouse een cholerische, narcistische en gespleten persoonlijkheid had, wordt daarbij niet verzwegen. En als we Kapadia’s onthullende en aangrijpende lezing mogen geloven – de film blijft een subjectieve constructie – dan gaat ook Amy’s opportunistische pa, die pas een rol in haar leven begon te spelen toen ze eenmaal in de hitparade stond, geenszins vrijuit. Geen wonder dat die laatste, hoewel hij aanvankelijk zijn medewerking had verleend, de film afdeed als walgelijke exploitatie en opriep om hem uit respect voor Amy te boycotten.
Uiteraard gaat Kapadia zelf de schandalen niet uit de weg en in die zin staat ook hij op Amy’s graf te dansen, maar hij toont – in tegenstelling tot de aasgieren die haar omringden – tenminste dat hij zich van die dubbelzinnigheid bewust is. Bovendien laat het tweede deel van zijn film, waarin de roetsjbaan naar beneden duikt als in een thriller waarvan je op voorhand de afloop kent, zich bekijken als een respectvolle doemballade, een waarin Kapadia ook nooit vergeet te tonen wat Winehouse in de eerste plaats in de schijnwerpers heeft gezet: haar ontegensprekelijke talent als zangeres en als ontnuchterend eerlijke songschrijfster.
We hebben nog steeds geen idee wie de zangeres Amy nu écht was, maar dat Amy een straffe, trieste en ontluisterende film is, zoveel is zeker.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier