
Adrien Brody, van pianist tot brutalist: ‘Voor zo’n rol wil élke acteur een moord begaan’
Adrien Brody ligt, twee decennia na The Pianist, op koers om een tweede Oscar te winnen. In het monumentale The Brutalist speelt hij opnieuw een overlevende van de Holocaust met een buitengewoon talent.
Toen Adrien Brody op zijn 29e als jongste acteur ooit een Oscar won met zijn hoofdrol in het Holocaust-drama The Pianist leek hij vertrokken voor een grootse carrière. Maar het pakte anders uit. Hij had zich uitgehongerd en was te diep was gegaan voor zijn vertolking van de Joodse pianist Władysław Szpilman, en mede daardoor kreeg hij een depressie. De volgende twintig jaar verdiende Brody zijn brood met een breed scala aan films: van horror (Splice), sciencefiction (The Village) en blockbusters (King Kong, Predators), over een bedenkelijke Chinese oorlogsfilm (Airstrike), auteurscinema (Blonde), een Woody Allen-komedie (Midnight in Paris), tv-werk (Succession, Peaky Blinders) en niet minder dan vijf (!) parels van Wes Anderson (o.a. The Grand Budapest Hotel). Mooi. Maar geen enkele rol kwam zelfs maar in de buurt van The Pianist. Tot nu.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
In het drieënhalf uur durende The Brutalist van Brady Corbet munt Brody uit als László Tóth. Bij zijn aankomst in Amerika kort na de Tweede Wereldoorlog is deze Hongaars-Joodse architect een berooid en gebroken man. Maar hij is vastberaden om zichzelf opnieuw uit te vinden. De bouw van een gemeenschapscentrum ten noorden van Philadelphia met het fortuin van een industrieel (gespeeld door Guy Pearce) wordt een obsessie.
Maar trauma’s, een heroïneverslaving, melancholie, eerzucht en ranzig antisemitisme remmen de visionaire architect af in zijn drang naar grootsheid. ‘Het was ongelooflijk ontroerend om het scenario te lezen. Zo diepgaand, episch, eloquent, gevoelig, intiem, grootschalig en volstrekt uniek. En dan zwijg ik nog over het scala aan intense ervaringen en complexe emoties van László Tóth. Voor zo’n rol wil élke acteur een moord begaan’, zegt Brody met een gelukzalige grijns. ‘Zo’n ambitieuze, uitdagende film dient zich maar om de zoveel jaar aan. Hier heb ik meer dan twintig jaar op gewacht.’
‘Voor zo’n rol wil élke acteur een moord begaan.’
The Brutalist is voor tien Oscars genomineerd en Brody maakt veel kans om het beeldje voor beste acteur te winnen.
De triomf in Venetië, de Oscarnominaties, de laaiend enthousiaste recensies: zag je die grote bijval voor The Brutalist aankomen?
Adrien Brody: Ik zag het grote potentieel onmiddellijk en ik geloofde erg in het talent van Brady Corbet. Het zou niet de eerste keer zijn dat ik veel te optimistisch ben, maar dit keer was ik zowaar te voorzichtig in mijn optimisme. Het eindresultaat overtrof alle verwachtingen. Toen de zaal na de première op het filmfestival in Venetië rechtveerde, voelde ik in elke vezel dat The Brutalist als iets heel bijzonders wordt ervaren. Dat zijn de echt memorabele momenten in iemands carrière. Het was van The Pianist geleden dat een film waarin ik de hoofdrol speel mensen zo diep heeft geraakt. Ze kijken me weer huilend en vol ontzag voor het werk aan… en dat vind ik prachtig.
Vorig jaar was Oppenheimer de grote winnaar van de Oscars. Dit jaar ziet het er goed uit voor The Brutalist. Oppenheimer was een vernietiger van werelden, jouw László Tóth een bouwer van werelden. Het zijn ook tijdgenoten.
Brody: Het zijn twee fascinerende persoonlijkheden uit een historisch belangrijke periode die de wereld van vandaag heeft gevormd. Persoonlijk zou ik geen verband leggen, behalve misschien hun verlangen naar erkenning en een plaats in de geschiedenis. Dat is voor veel mensen herkenbaar. De meesten streven, gelukkig maar, naar erkenning door iets op te bouwen en niet door iets te vernietigen. Kunstenaars, architecten, schrijvers, filmmakers proberen dingen te maken met een blijvende betekenis. Op dat punt spreekt The Brutalist me heel erg aan.
Je vader verloor familie in de Holocaust en na de Hongaarse revolutie tegen de Sovjets in 1956 vluchtten je Hongaarse grootouders met je nog jonge moeder naar Amerika. Daar moest ze haar leven van nul heropbouwen.
Brody: Ook al is het een fictief verhaal, The Brutalist voelt voor mij niet fictief aan. Ik kan me inleven in de ervaring van de immigranten, de ontberingen en opofferingen van de vele veerkrachtige mensen die naar Amerika zijn gekomen, soms gedwongen of op de vlucht voor gruwelijke omstandigheden. In een voor hen onbekend land hoopten ze verwelkomd te worden en een thuis te vinden. Maar dat is niet altijd zo. Ik ken de worsteling van mijn moeder, die als kind met mijn grootouders vluchtte uit het door oorlog verscheurde Europa en in Amerika herbegon. Ik weet dus waarover ik spreek. En hopelijk kunnen we perspectief en heldere inzichten verwerven door na te denken over de verschrikkingen van het verleden, en zo proberen om de wereld van vandaag een beetje te verbeteren. Pas op, onze film is geen uitzondering, veel filmmakers proberen dat debat op gang te trekken.
Heb je je laten inspireren door familie?
Brody: Het vele gevloek stond niet in het script. Dat was mijn inbreng. Ik was als jongetje erg goed in het oppikken van vloeken en scheldwoorden. Ik heb in de voorbereiding gezocht naar een man die net zo klonk en net zo sprak als mijn grootvader. Zijn dialect is me altijd bijgebleven. Ik sprak ook met verschillende mensen over hun complexe ervaringen als immigrant in Amerika en het verdriet om wat ze hadden moeten achterlaten. Het was een complexe, vreselijke tijd.
‘Het vele gevloek stond niet in het script. Dat was mijn inbreng.’
Wie staat er het dichtst bij László Tóth? Jij, die hem speelt, of regisseur en scenarist Brady Corbet?
Brody: Ik ben op dit moment in mijn leven maar een acteur. Ik vul in. Ik denk dat het vrij duidelijk is dat Brady Corbet met de creatie van deze film aan exorcisme doet. Een exorcisme van zijn nare ervaringen in de filmwereld en de soms moeilijke verhouding tussen geldschieters en filmmakers. Hij heeft een paar keer het gevoel gehad gedomineerd of gecontroleerd te worden en dat vloekt met zijn artistieke ambities. Ik geloof, net als Brady, dat sommige films, sommige projecten, sommige gebouwen het waard zijn om voor te vechten. Je moet opkomen voor wat je passioneert. Die last komt terecht op de schouders van wie aan het roer staat. En er is helaas geen ontsnappen aan: een groots werk kost nu eenmaal veel geld. Overleg zal altijd nodig zijn. En als het dan ontbreekt aan goede communicatie en wederzijds respect kan een bitter conflict ontstaan. Net omdat het om heel emotioneel en persoonlijk werk gaat, kunnen de emoties hoog oplopen.
Wat vond jij zelf het moeilijkst?
Brody: Eerlijk? Ik las het script vijf jaar geleden al en er is een lange periode geweest waarin ik de rol niet had. (Joel Edgerton had de hoofdrol eerst, nvdr.) Dát vond ik het moeilijkst. Ik ben heel dankbaar dat ik het uiteindelijk toch heb mogen doen.
De opnames waren bij gebrek aan budget niet bepaald een lachertje. En dat voor een film over de spanning tussen kunstenaar en mecenas.
Brody: Klopt. Onafhankelijke films zijn helaas een hele uitdaging. Er is een overvloed aan creatieve, visionaire ideeën, maar een duidelijk tekort aan middelen. Als acteur word je tot het uiterste gedreven. Je bent constant aan het werk. Er is geen tijd om scènes eens rustig door te nemen. Dus zit er niets anders op dan na een behoorlijk uitputtende dag met grote hoeveelheden dialoog en zware emotionele scènes, je toch nog voor te bereiden op de volgende dag. Net omdat er niet genoeg tijd is om alles echt de ruimte te geven die het nodig heeft, moet je ongelooflijk goed voorbereid zijn. Er rust een grote verantwoordelijkheid op je schouders.
‘Vooral het specifieke Hongaarse dialect wilde ik uit respect voor mijn grootvader echt niet verkeerd hebben.’
Hoezo?
Brody: In plaats van na de werkdag even te ontspannen, trok ik me terug op mijn kamer om de prachtige, eloquente dialogen van de volgende dag in te studeren. Vooral het heel specifieke Hongaarse dialect wilde ik uit groot respect voor mijn grootvader echt niet verkeerd hebben. Gelukkig draaiden we in Boedapest, ook al speelt het verhaal zich voor het grootste deel af in Pennsylvania. Ik kon mijn Hongaars dus aftoetsen aan de crew. (De regisseur heeft intussen toegegeven dat er AI-tools gebruikt zijn om het specifieke Hongaarse accent in de film op te lappen. Benieuwd of dat een impact zal hebben op hun Oscarkansen, nvdr.)
The Brutalist
Nu in de bioscoop.
Adrien Brody
Is geboren in 1973 in New York.
Wint op zijn 29e de Oscar voor beste acteur met de hoofdrol in The Pianist van Roman Polanski.
Speelt in blockbusters als King Kong (2005) en Predators (2010), maar ook in indiefilms zoals Summer of Sam (2011), The Thin Red Line (1998) en series zoals Succession (2021).
Is een vaste waarde in Wes Anderson-films.
Wint binnenkort misschien zijn tweede Oscar, voor The Brutalist.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier