In ‘All Inclusive’ van Julian Hetzel geeft de schoonheid van oorlogsgeweld een stomp in de maag

'All Inclusive': het fictieve museum in de voorstelling kiest voor inclusie in een wereld van exclusie. Of dat hoopt de directie. © Julian Hetzel
Lotte Philipsen
Lotte Philipsen Journalist KnackWeekend.be

Julian Hetzel presenteert opnieuw een politiek geladen performance op het snijvlak van theater en beeldende kunst. Hij heeft iedereen in het vizier: de kunstwereld, het publiek, maar even goed de theatermaker zelf. Hoe ver kunnen we gaan in de esthetisering en kapitalisatie van geweld?

Vorig jaar waste Julian Hetzel in ‘Schuldfabrik’ onze schuld weg met handgemaakte mensenzeep. Mensenvet werd geüpcycled tot een nuttige product met financiële waarde. Hij liet ons nadenken over de betekenis van schuld en de exploitatie van schuldgevoelens. Ook met ‘All Inclusive’ richt hij zijn pijlen op de goedbedoelende cultuurmaker en -minner. Wat een goedkoop meta-kritisch trucje zou kunnen zijn, krijgt door de vernuftige en met momenten humoristische aanpak van Hetzel verschillende lagen en weekt oprechte emoties los.

Met ‘All Inclusive’ richt Julian Hetzel zijn pijlen op de goedbedoelende cultuurmaker en -minner.

Op het podium worden we getrakteerd op een rondleiding door een museum met hedendaagse kunst. De rode draad van de kunstwerken is oorlogspuin uit plaatsen waar IS heeft toegeslagen. Met de overblijfselen maakte Hetzel kunstwerken, die tentoon worden gesteld door een meesterlijke Kristien De Proost als zeer enthousiaste museumdirectrice. Opnieuw gebruikt hij het concept van upcyclen om relevante vragen te stellen.

Het publiek zit in een theaterzaal, maar ook op de scène worden toeschouwers als figuranten uitgenodigd om de oorlogskunst van naderbij te ontdekken. Deze rollen zijn weggelegd voor mensen met een vluchtelingverleden. Tijdens de voorstelling worden ze rondgeleid als toeristen. Door hun reacties te aanschouwen, wordt onze blik getransformeerd en bekijken we de kunst en de performance vanuit hun ogen. Door deze ingreep, is iedere voorstelling anders. ‘Wat als we empathie kunnen kapitaliseren door mensen naar mensen te laten kijken?’, luidt Hetzels vraag.

Ik zie, ik zie wat jij niet ziet: gruwel

Tijdens de performance in Antwerpen zijn er figuranten uit Irak en Syrië, specifiek uit Mosul en Aleppo. Wanneer de directrice de schoonheid van een van haar kunstwerken – een stofwolk in een glazen box -bejubelt, vraagt een figurant verbaasd: ‘Vind jij dit mooi?’ Hij ziet een ontploffing; het frame errond doet er niet toe. Het lijkt als publiek wel alsof je constant van bril wisselt. Bij het afzetten van de ene bril om de andere op te zetten voel je het schaamrood opstijgen.

We geraken niet alleen gewoon aan gruwelijke oorlogsbeelden, we betalen ervoor en hangen ze in ons huis met een kader rond.

Een ander kunstwerk bestaat uit brokstukken op de grond. Als westerling zie je misschien het puin van een renovatie, maar door de ogen van de figuranten een oorlogsruïne. Hier in het Westen nemen we de oorlog tot ons via beelden. In print in de krant, magazines of een fotografieboek, op schermen via het journaal, documentaire of film. We geraken niet alleen gewoon aan gruwelijke oorlogsbeelden, we betalen ervoor en hangen ze in ons huis met een kader rond of leggen ze op de koffietafel in een chic boek. ‘All Inclusive’ speelt met de tegenstellingen tussen kunst en exploitatie, vluchteling en toerist, schoonheid en gruwel, fictie en werkelijkheid, meeleven en consumeren.

In een interview met Campo legt Hetzel uit dat hij zich bewust is dat ook hij munt slaat uit politieke kunst: ‘Van postkoloniale problemen tot vluchtelingen en oorlog: het is allemaal gekapitaliseerd. Je maakt er een show van, je verteert het en je verdient eraan. En door dit verhaal in mijn eigen voorstelling te stoppen, doe ik dat ook.’

Wie durft na deze kopstoot langs oorlogskunst als koopwaar passeren zonder de ogen neer te slaan?

Kopstoot

Dit alles klinkt zwaar en serieus, maar de voorstelling is met momenten ook ontwapenend grappig. Er mag gelachen worden – al is het soms een ongemakkelijke ingeslikte lach – wanneer de directrice een herkenbaar pedante uitleg geeft over de ‘prachtige, sterke’ moderne kunst of wanneer de performers Edoardo Ripani en Geert Belpaeme van extreem gestileerde tableau-vivants naar waanzinnige excentriekelingen transformeren. Het is ook geen zwart-witverhaal, maar een uitnodiging om kritisch in eigen boezem te kijken wanneer we verhalen die niet de onze zijn in kunst gieten en erop cashen.

‘Exit through the gift shop’, kirt de directrice. Wie durft na deze kopstoot langs oorlogskunst als koopwaar passeren zonder de ogen neer te slaan? Een schot in de roos.

Info & tickets via Campo.nu

17, 18 en 19 oktober om 20.30u bij Campo in Gent.

video1.0Vimeohttps://vimeo.com/All Inclusive – Julian Hetzel – teaser BECAMPOhttps://vimeo.com/campo90000pro

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
64036030https://i.vimeocdn.com/video/723334717_640.jpg640360https://i.vimeocdn.com/filter/overlay?src0=https%3A%2F%2Fi.vimeocdn.com%2Fvideo%2F723334717_640.jpg&src1=http%3A%2F%2Ff.vimeocdn.com%2Fp%2Fimages%2Fcrawler_play.png2018-08-31 07:35:58287640974/videos/287640974

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content