Misdaad is geen daad, blijkt nog maar eens uit Donderdagskinderen, de nieuwste Nicci French. Het is een gedachtegang met diepe wortels in het verleden. En wie ze wil doorgronden, zal ook in zichzelf moeten graven.

Drie jaar geleden introduceerde schrijversduo Nicci French psychotherapeute Frieda Klein in Blauwe maandag en er werd meteen aan toegevoegd dat zij de hoofdrol zou spelen in een reeks van acht boeken. Na de zeven dagen van de week zou een afsluitende band volgen waarin alles bij elkaar zou komen en het mysterie omtrent Dean Reeve, de man van wie iedereen, inclusief zijn ex, denkt dat hij dood is, maar van wie Frieda vermoedt dat hij nog leeft, wordt opgelost. Inmiddels zitten we bij donderdag, bij Donderdagskinderen om precies te zijn, en we zijn nu al benieuwd wat het weekend brengen zal.

Frieda is nog maar amper bekomen van de dode meisjes uit Wachten op woensdag wanneer ze een telefoontje krijgt van haar vroegere klasgenote Maddy. Of ze even mag langskomen, ze wil iets bespreken. Blijkt dat haar vijftienjarige dochter Becky de laatste tijd raar doet. Ze negeert haar schoolwerk en eet nog amper iets anders dan de occasionele appel. Ook al waren Frieda en Maddy niet zo close, toch wil de therapeute wel een verkennend gesprek hebben met Becky.

Het duo French staat bekend om het gemak waarmee het spanning opbouwt en in de geest van de personages afdaalt, en ook hier zijn ze weer meesterlijk. Schijnbaar uit de losse pols beschrijven ze Becky als een labiele puber wier leven overhoop is gegooid toen ze op een avond in bed verkracht werd door een gemaskerde man die haar grinnikend toefluisterde dat ze het aan niemand moest vertellen want dat toch geen mens haar zou geloven. Een paar pagina’s maar en Becky staat er, met haar gebroken onschuld en haar afkeer van zichzelf. Je ziet haar voor je, of beter: je voelt haar, want je wordt diep in haar lijden meegenomen.

Er zijn meerdere redenen waarom Frieda Becky niet in therapie kan nemen. Omdat ze een kennis is van haar moeder, natuurlijk, maar ook omdat Frieda 23 jaar eerder net hetzelfde is overkomen: dezelfde gemaskerde man verkrachtte haar en zei net hetzelfde zinnetje. Een jaar of drie later was een zonderling opgepakt voor zedenfeiten en Frieda had altijd gedacht dat hij haar dader was, tot nu. Er zit maar één ding op om haar in overdrive rakende geest te kalmeren, beseft ze: weg uit Londen en terug naar Braxton, haar geboortedorp, waar zij en Becky verkracht werden en waar ten gevolge van haar gesnuister doden zullen vallen.

De ideale thriller is als een achtbaan. Je ziet de klim voor je, beleeft intense momenten van spanning, waarna je even weer adem kunt halen en al begint te anticiperen op wat de volgende helse afdaling brengen zal. Nicci French betoont zich hier een eersteklas ingenieur. Zonder ooit expliciet te worden, laat het boek je nooit echt los. Je leest vol verwachting doorheen de huiselijke passages en grimlacht mee met Frieda wanneer Maddy maar niet begrijpen wil dat therapie geen vriendendienst kan zijn maar wel degelijk betaling veronderstelt. En ondertussen voel je de spanning groeien, weet je dat er een heel diepe duik aan zit te komen, en daarna mag je uitbollen. ‘Donderdag is misschien wel het dieptepunt van de week’, zegt Frieda ergens, en inderdaad, psychologisch gaat deze thriller bijzonder diep.

DONDERDAGSKINDEREN *****

Nicci French, Anthos (originele titel: Thursday’s Children), 379 blz., ? 19,95.

MARNIX VERPLANCKE

SLEUTELZIN ‘Je hoeft het niemand te vertellen, liefje, want geen mens zal je geloven.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content