Het Theaterfestival start (bijna) uitverkocht en feestelijk filosofisch

Festivaldirecteur ad interim Hendrik De Smedt vraagt het publiek een kaartje naar de beleidsmakers te sturen en zet hiermee het initiatief 'Hoog Tijd' verder. © Dries Segers
Els Van Steenberghe
Els Van Steenberghe Els Van Steenberghe is theaterrecensent.

Donderdagavond startte Het Theaterfestival een feestelijke editie. Het festival viert zijn 25-jarig bestaan met een XL-selectie van belangwekkende voorstellingen, een filmische terugblik én een geëngageerde vooruitblik.

Op 4182 km van het prachtige Romeinse theater in Palmyra dat dezer dagen door IS misbruikt wordt om mensen af te slachten én op 360 meter van het Maximiliaanpark in Brussel dat dezer dagen een toevluchtsoord is voor asielzoekers (onder meer weggejaagd door IS), opende Het Theaterfestival donderdagavond feestelijk de deuren van zijn 25ste verjaardageditie.

En dat festival heeft meer met de IS-ellende te maken dan gedacht. Enerzijds is er een vrij directe link omdat tijdens het afgelopen theaterseizoen verschillende voorstellingen inzoomden op die gruwelijke actualiteit. Een van die voorstellingen haalde de bonte selectie, The Civil Wars (Milo Rau) maar ook Gavrilo Princip van De Warme Winkel verwijst naar de problematiek. Anderzijds, trachten de podiumkunsten, net als de andere kunsten, tegenwicht te bieden aan een wereld in galop (en in oorlog). Door te ontroeren, te doen lachen, te laten genieten en te doen nadenken. Daar is de selectie een mooie weergave van, evenals de speciale ‘verjaardagsevenementen’, zoals de interviewreeks De Verrijzenis van De Zendelingen waarin telkens een legendarische voorstelling belicht wordt door een interview met de maker of acteur.

Bijna altijd staan die makers of acteurs op de scène en zit het publiek in de zaal. Dat is bijna altijd de beste optie. Behalve een keer per jaar. Tijdens de opening van Het Theaterfestival. Dan nemen de kunstenaars in de zaal plaats en kruipen enkele toeschouwers – in de hoedanigheid van festivalorganisator, juryvoorzitter, organisator en/of publicist die The State of the Union of The State of the Youth moet uitspreken – op het podium. Onwennig, wat frunnikend aan papieren en met handen die ineens overbodig lijken. Maar de zaal kunstenaars heeft geen kik. Ze luisteren, stil en respectvol. Hoe onhandig die ‘podiumprésence’ van ‘hun’ toeschouwers ook is, de boodschap van die toeschouwers is dat hoegenaamd niet. Telkens plaatsen die speeches de podiumkunsten in en tegenover de wereld, met niet zelden boeiende inzichten.

Theater moet anders, écht met meer verbeelding denken en werken

Dit jaar kwamen – na festivaldirecteur ad interim Hendrik De Smedt (die onder meer een vervolg op de actie Hoog Tijd voorstelde en de festivalgangers vroeg en postkaartje naar de beleidsmakers te sturen met de vraag om de verbeelding écht te laten werken), juryvoorzitter Johan Thielemans en de nieuwe festivaldirecteur Kathleen Treier (die aankondigde dat het festival vanaf volgend jaar ook terug in Gent zal georganiseerd worden) – Barbara Van Lindt (directeur van de theaterschool DasArts) en de nieuwe redactie van het vakblad Etcetera aan de beurt.

Van Lindt sprak een – naar eigen zeggen – ‘volwassen’ State of the Union uit. Helder en stevig onderbouwd door de inzichten die filosoof Susan Neiman uiteenzet in Waarom zou je volwassen worden? . Lindt bouwde een waterdichte redenering op over waarom kunstenaars zich niet laten stoppen door (minder) subsidies en waarom fondsen misschien toch geen slecht idee zijn. En ze vroeg zich af waarom kunstenaars niet nog sterker zouden participeren aan de samenleving door intensief met andere sectoren – zoals wetenschap en onderwijs – samen te werken. Van Lindt stond stevig en charismatisch achter de microfoon. Volwassener dan het viertal dat haar voorafging.

Dat viertal – de kersverse redactie van Etcetera bestaande uit Charlotte De Somviele, Sébastien Hendrickx, Kristof van Baarle en Michiel Vandevelde – stond wat onzeker op de scène maar wat ze te vertelden was verdomd trefzeker. Ze stelden zich vragen bij hoe de kunsten zich te gretig de term verbeelding toe-eigenen (‘Kan de kunstensector vandaag beweren dat ze meer verbeelding heeft dan pakweg de wetenschap, de technologische sector of de financiële wereld? Wat bedoelen we eigenlijk als we het over verbeelding hebben? Soms heb ik het gevoel dat het exact de kunstensector is die een bepaald vermogen aan verbeelding mist.‘). Ook het iets te gemakkelijk bedrijven van ‘politiek theater’ werd kritisch in vraag gesteld (‘Levert pseudo-engagement niet vaak pseudokunst op?’) en de vier vroegen de zaal schamper of het een idee zou zijn om te ‘accelereren, sneller gaan,… om zo, uiteindelijk de productiekrachten tegen zichzelf te keren. Misschien schuilt daarin het alternatief. Te ver gaan. Fricties opzoeken die conflicten veroorzaken. Conflicten die verandering veroorzaken.’ Ze sloten af met een helder verzoek: Laten we een plek creëren waar dat denken collectief kan worden beoefend. Het theater als plaats van samenkomst waar wij, kunstenaars en publiek, onszelf fundamenteel bevragen. Die zat.

Intussen in Nederland

In Nederland ging op diezelfde avond de Nederlandse festivalvariant van start met een State of the Union van regisseur Ola Mafaalani. Zij liet honderd vluchtelingen de scène bestormen en sprak haar speech uit omringd door die mensen. ‘Ik heb geen waarheidscommissie nodig om mijn excuses aan te bieden voor hoe wij jullie ontvangen en hoe wij hier over jullie praten. Dat jullie nog nooit het woord ‘welkom’ hoorden en dat wij meer grenzen bouwen om jullie tegen te houden. ‘

In Nederland luisterde het publiek verbouwereerd naar Mafaalani’s betoog, in Vlaanderen luisterden we stil en geboeid naar de rustige maar gedreven toespraken. En vervolgens trok het in fanfarestoet naar de verschillende locaties in Brussel waar de voorstellingen speelden. Een prachtig initiatief. Nog prachtiger was het geweest als die fanfare ook eens langs het Maximiliaanpark had gepasseerd. Om wat muzikale warmte te geven aan die haveloze asielzoekers. Wat lucht in hun denken brengen én hen tonen dat we het menen als we zeggen dat theater een plek van samenkomst is om te denken, onszelf te bevragen en de verbeelding écht te vieren. Het festival duurt nog tot 13 september 2015. De fanfare kan dus nog uitrukken.

Smaakmaker – Eerste aflevering van De Verrijzenis

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Els Van Steenberghe

Meer info: www.theaterfestival.be en www.tf.nl

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content