Els Van Steenberghe
Theater: Paard, een opera
Tibaldus en andere hoeren tippelen onweerstaanbaar over de scène in ‘Paard: een opera’
Het was muisstil in de zaal. Een magere jongen stond bewegingloos op de scène. Hij trachtte zich overeind te houden te midden de gruwel die zich in het verhaal dat hij speelde, voltrok. En ineens. DRIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIINGGG! Gaat er toch wel een GSM af in de zaal, zeker.
(Nu denkt u dat de eigenaar van dat mobieltje doodbeschaamd in zijn zakken dook om het onding uit te schakelen. U hebt het mis.)
“Hey hallo, hoe gaat het met je? Ik zit hier net in toneel en …” De acteurs konden gelukkig niet van het podium vallen van ’t verschieten, want ze speelden in een theaterzaal met een zogeheten ‘vlakke vloer’ (wat betekent dat de acteurs op dezelfde hoogte staan als het publiek, er is geen traditioneel podium). Het publiek kon wel van de tribune stuiken. Gelukkig gebeurde dat niet. Er werd wél heel duchtig gedraaid op de stoelen. En er moest zelfs enig verbaal weerwerk geboden worden alvorens de telefonerende onverlaat zijn telefoontoestel wou uitschakelen.
Herleest u nu de eerste zin van dit artikel nog eens. Inderdaad. De stilte was gebroken. Het broze tafereel was geheel aan flarden gerinkeld en getaterd. En toch wisten die jonge acteurs hun speldraad terug op te nemen. Hiermee bewezen ze uit welk ferm hout ze gesneden zijn. “Ze” dat zijn de acteurs van Tibaldus en andere hoeren die onlangs in première gingen met Paard: een opera ( * * * * ).
De musical
Dit Gentse collectief werd in 2008 binnen de rangen van de dramaopleiding aan het Gentse Conservatorium opgericht. Het collectief bestaat uit de acteurs/regisseurs Timeau De Keyser, Oliver Roels, Hans Mortelmans, Simon De Winne, Wietse Tanghe, Pieter Dumoulin (film/foto) en Ruben Desire (film/foto/licht/beeld). Eerst waren er enkele bescheiden projecten zoals Blind, Fando en Lis en (Dood van een) Clown die zich – ondanks een beperkte tournee – toch hoofdzakelijk binnen de schoolmuren afspeelden. Vorig jaar kwam het collectief voor het eerst werkelijk naar buiten met het ontwrichtende Paard: een musical (2009).
(Mensen die nu gillend weglopen omdat zij het woord ‘musical’ verbinden aan ostentatief melodramatisch gekweel, die hebben ongelijk.) Die voorstelling afschilderen als ‘normaal’ teksttheater zou afbreuk doen aan haar semiotische en artistieke rijkdom. Haar simpelweg bestempelen als allround musical doet de voorstelling nog minder goed.
Deze makers willen
een soort stilstand bij de toeschouwer te veroorzaken. Dankzij het spel met tijd en beeld wordt de toeschouwer aangezet tot reflectie en stilstand. Een stilstand die, naar we hopen, gepaard kan gaan met een schokeffect, doordat vaste geloofsovertuigingen en een passieve kijkhouding uitgedaagd worden. We hopen dat we door een trage, stille, beeldende en fysieke vorm van acteren en theater niet slechts vertellen aan het publiek, maar ook naar hen luisteren. We willen een ruimte creëren waar kan gekeken, geluisterd en ervaren worden zonder dat er een dwingende inhoud aanwezig is; zonder dat er afleiding is door een veelheid aan overbodige indrukken.
Dat ze voor een paard als (voorlopig) leidmotief binnen hun eerste voorstellingen kiezen, heeft geen uitgesproken reden of verklaring. De manier waarop dat edele dier in de creaties voorkomt, is wel bijzonder inventivief (en meestal ook monumentaal). De verschijning van het paard als een soort deus ex machina stuwt het verhaal – of beter: de golf aan handelingen en de diverse emoties/reflecties die ze oproepen – naar een definitief, overrompelend eindbeeld.
De opera
In Paard: een musical werd het gezin als hoeksteen van de maatschappij op een majestueuze manier onderuit gehaald (zonder ook maar een seconde belachelijk gemaakt te worden). Ingrediënten van deze theatrale krachttoer waren: een ingetogen spelen van groteske figuren die zich in een dan gespannen, dan tedere stilte voortbewegen. Tot de emoties te heftig worden. De spanning te groot. Dan braken ze uit in gezang.
Hetzelfde gebeurt in Paard: een opera. En, voor u er hen van verdenkt een idee uit te melken, daarmee houdt elke vergelijking op. Met deze voorstelling verkennen deze jonge makers – samen met een ganse bende jonge, enthousiaste en ook nog eens getalenteerde spelers – een uitgeleefde en uitgebroken voormalige Bricowinkel. De ideale (grijze) plek om met licht te toveren (van heel minimaal en feeëriek tot heel groots en dramatisch) én met speelstijlen te goochelen (van heel naturel tot vol bravoure). Beeldende kunst, theater, opera en performance gaan hier zeldzaam feilloos in elkaar op.
Deze voorstelling focust niet op het gezin maar op de samenleving. Op die door elkaar krioelende mannetjes en vrouwtjes die onder hun dikke jasjes slechts een ding willen: een lijfje en een lampje vinden om zich tegenaan te vleien. Althans, dat is de manier waarop die jonge rakkers de samenleving magistraal verbeelden.
Els Van Steenberghe
Paard: een opera, Tibaldus en andere hoeren. Meer info: www.tibaldus.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier