Waarom je minder norse rechercheurs (en meer podcastmakers) op tv ziet

In het vierde seizoen van Only Murders in the Building maken Mabel, Charles en Oliver een Hollywoodfilm van hun podcast. Ze zijn niet de enigen: whodunits met niet agenten maar podcastmakers in de hoofdrol zitten in de lift.

Een reeks die Only Murders in the Building heet, is gedoemd om in herhaling te vallen. De serie, die draait rond de true-crimepodcast van Mabel (Selena Gomez), Charles (Steve Martin) en Oliver (Martin Short), veronderstelt namelijk dat er elk jaar minstens één dode valt in The Arconia, het appartementsblok waarin ze wonen. ‘We hebben geluk dat er zo veel mensen doodgaan in ons gebouw’, grapt Charles tijdens de première van het vierde seizoen van hun podcast. Waarop Mabel antwoordt: ‘Het is een gebrek in ons businessmodel.’

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Tot nu toe is er in de reeks maar weinig te voelen van dat gebrek. Ondanks de repetitieve premisse slagen showrunners Steve Martin en John Hoffman er dankzij enkele snuggere ingrepen in elk seizoen onze aandacht vast te houden. In het tweede seizoen door Tina Fey te introduceren als podcastvijand. In het derde door Meryl Streep een hoofdrol te geven en – een tikje gewaagder – er een musical van te maken met een allitererend nummer waar Martins tong allicht nog niet van bekomen is. (Which of the Pickwick Triplets Did It? bleek overigens een banger die bijna twee miljoen Spotify-luisteraars verzamelde.)


We kijken dus al een poosje uit naar het nieuwe seizoen, ook al werd er alwéér een moord in het gebouw gepleegd (Charles’ sympathieke stuntvrouw Sazz moest er in de vorige seizoensfinale aan geloven). Only Murders in the Building verplaatst zich dit keer naar Hollywood, waar de Only Murders in the Building-podcast verfilmd zal worden. Het wordt een blockbuster: de echte Eugene Levy speelt Eugene Levy die de fictieve versie van fictiepersonage Charles speelt, Zach Galifianakis speelt Zack die Oliver speelt en Eva Longoria speelt Eva die Mabel speelt (een oudere actrice dan Selena Gomez, want het fictieve Hollywood vindt het leeftijdsverschil tussen Mabel en haar collega’s ‘creepy’). Dat is heel meta.


Naast een maffe whodunit, is Only Murders in the Building een commentaar op de true-crime-industrie. In het tweede seizoen maakten Hoffman en Martin bijvoorbeeld van een podcastproducer de moordenaar en speelden ze zo expliciet in op het perverse kantje van true crime. Maar ook dit seizoen verwijzen ze naar een recente ontwikkeling: de opkomst van podcastfictie, een trend die ze op de koop toe zélf mee in gang gezet hebben.


Het ziet er namelijk niet naar uit dat onze obsessie met true crime snel zal uitdoven. En dat voelen executives, die steeds op zoek zijn naar nieuwe manieren om die markt te voeden. Het hoeft dus niet te verbazen dat na het tijdperk van de true-crimepodcast, er nu een tijdperk aanbreekt van fictie over de makers van true-crimepodcasts. Iedere streamingdienst heeft er intussen eentje. Netflix heeft Bodkin, waarin Will Forte een radiopresentator speelt die een klein Iers dorp lastigvalt voor zijn podcast over een cold case. Apple TV+ maakte drie seizoenen van Truth Be Told, een kritiek op hoe true-crimepodcasters betrokkenen aan de publieke schandpaal nagelen. The Boys-scenarist Craig Rosenberg ging met Based on a True Story (Prime Video) nog een stap verder door een seriemoordenaar podcasthost te maken.

Na het tijdperk van de true-crimepodcast, breekt nu een tijdperk aan van fictie over de makers van true-crimepodcasts.


Het is niet moeilijk te begrijpen waarom podcastfictie zo aantrekkelijk is. We hebben intussen wel genoeg norse rechercheurs met een alcoholprobleem moordzaken zien oplossen. Sinds iedereen met een ietwat deftige camera en microfoon zijn eigen verhaal kan maken en delen, openden zich andere creatieve mogelijkheden. Enerzijds duiken gen Z’ers sinds kort geregeld op als internet-savvy speurneuzen (A Good Girl’s Guide to Murder, A Murder at the End of the World). Anderzijds bewijzen reeksen als Bodkin dat true-crimepodcasters entertainend kunnen zijn, net vanwege hun reputatie als domme, corrupte aasgieren met een wankel moreel kompas. Oliver is de meest uitgesproken parodie van dat archetype. Hij representeert het slechtste van de true-crimeburgerjournalistiek en grijpt iedere opportuniteit om een tragedie uit te persen. Niet voor het maatschappelijke belang, maar in de hoop zijn Broadway-comeback te maken. Dat is veel boeiender dan een flik die binnen de lijntjes kleurt in de naam van gerechtigheid.


Podcastfictie biedt reeksen bovendien de kans om de persruimte en politiekantoren in te ruilen voor een sferische wolkenkrabber met excentrieke inwoners. In Only Murders in the Building komt daar nog eens bij dat Mabel, Charles en Oliver het slachtoffer persoonlijk kennen. ‘Podcasters willen een verhaal vertellen, maar ze voegen er ook iets persoonlijks aan toe’, legde Hoffman uit aan The New York Times. ‘Ik ben geïnteresseerd in de menselijkheid van iedereen die betrokken is bij een incident of tragedie.’


Baby Reindeer bewees dit voorjaar waarom podcastfictie minder delicaat is dan true-crimefictie pur sang. Door zijn echte leven te fictionaliseren, had Richard Gadd ongewenst van kijkers amateurdetectives gemaakt die de ware identiteit van zijn kwelgeesten probeerden te achterhalen. Podcastfictie vult datzelfde verlangen naar waarheidsvinding, zonder de ethische vraagstukken. En in het geval van Only Murders in the Building krijg je er een hoop A-listers, zwarte humor, Hollywood-satire en enkele heerlijke uren televisie erbovenop. Daar zit een businessmodel in.

Only Murders in the Building

Nu op Disney+.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content