‘Nonkels’-regisseur Jelle Gordyn is gewoon echt niet bang om op zijn bek te gaan

© Tina Herbots
Kristof Dalle Journalist

Na De ideale wereld, ’t Is gebeurd, Hotel Romantiek, Doe zo voort en De containercup droomde regisseur Jelle Gordyn stilaan van een volwaardige fictiereeks. Met het druk besproken Nonkels (Streamz, Play4) kreeg hij dit voorjaar zijn kans. ‘De stilte die je op het KASK hoort wanneer je zegt dat je Die Hard een van de beste films ooit vindt, is oorverdovend.’

‘Zeker dat je mij voor Generatie Nu wil interviewen? Volgens Jelle De Beule ben ik al lang voor mijn tijd een kleinburgerlijke ouwe bal geworden.’

‘Dat was inderdaad de eerste bedenking die hij maakte toen ik hem opbelde.’

‘Het is mijn eigen fout. Ik heb hem ooit verteld dat we thuis al het beleg in één handige doos steken, om sneller af te ruimen. En dat ik zweer bij zeer comfortabele rubberen tuinschoenen, die volgens hem perfect zijn om mijn seksleven ergens achteraan in de hof te begraven. Sindsdien is hij erop gaan letten.’

We zitten tussen de Schoonaardse velden, bij Jelle Gordyn thuis. Het toespijs zit keurig in één container, de schoenen staan weer aan de achterdeur en op de brievenbus kleeft een sticker van Kunstgrassen Willy, het bvba’tje van de protserigste van de broers Persyn uit Nonkels (Streamz, Play4). In die comedyreeks van De Beule, Rik Verheye en Koen De Poorter troffen de op één erf wonende broers Luc, Willy en Pol dit voorjaar plots Lucs Kameroense pennenvriend Innocent (Blaise Afonso) voor de deur. Wat volgde was volgens de ene een geestig en bij wijlen confronterend portret van kleinburgerlijk en xenofoob Vlaanderen, volgens de andere een gedateerde protheseparade en reden genoeg om in de pen te kruipen. Een 6,5 op de stennis- en consternatieschaal van Twee zomers, enfin. Het tweede seizoen staat in de steigers.

Goede dwazekloterij mag je nooit laten schieten.

De regisseur, die eerder dit jaar ook Doe zo voort (Streamz) van Lukas Lelie in goede banen leidde, heeft een weekje verlof. Daarna gooit hij zich weer op de montage van Hotel Romantiek, het Woestijnvis-chirokamp voor amoureuze 65-plussers dat dit najaar een doorstart maakt op Eén. Eerder regisseerde hij ook al de Nederlandse en Spaanse versie van het programma. ‘Niet dat ik van die laatste iets verstaan heb. Geen idee wat ik daar toen gedraaid heb. (lacht) Maar dit wordt een fijn seizoen. Een van de vrouwen heeft echt mijn hart gestolen. “Ik zit op een kantelpunt in mijn leven”, zei ze. “Het ene moment houden mannen nog een deur voor jou open, het andere behandelen ze je als een oud vrouwtje, alsof je hun gelijke niet meer bent.” Ik heb daar sindsdien al vaak over nagedacht. Je moet oudere mensen – en kinderen eigenlijk ook – niet te veel als kinderen behandelen. Er is niks mis mee om die gewoon op een quad richting een bergpas te duwen.’

‘Een vriendin had wat eerder in De Werf in Aalst gespeeld en die had de code voor de backstage nog. Waarom zou ik die niet gebruiken?’

Er vallen twee rode draden te ontwaren doorheen de carrière van Gordyn: Jelle De Beule en een bovengemiddelde branie, al dan niet flirtend met de illegaliteit. ‘Ik was vijftien jaar en ik had de Kunstbende gewonnen met Theo, een animatiefilmpje met Lego-mannetjes. Een stop-motion van 5000 foto’s, ingeladen op Windows Movie Maker 2, een programma dat destijds al vastliep na 30 foto’s. En ik wilde de mening van Jelle en Jonas Geirnaert, die allebei animatie studeerden aan het KASK. Dus sloop ik tijdens een Neveneffecten-show hun backstage binnen om daar netjes mijn cd-rommetje te overhandigen. Drie dagen later kreeg ik al vijf A4’tjes terug van Jelle met plus- en minpunten. Daarna ben ik zijn e-mailadres jarenlang blijven misbruiken.’ (grinnikt)

Toen Gordyn nog aan datzelfde KASK studeerde en Woestijnvis plots een zender kocht, moedigde De Beule hem aan zijn cv in te sturen. (droog) ‘Al bleek men daar uiteindelijk niet zoveel volk nodig te hebben als eerst gedacht. Dus heb ik toch nog mijn master in regie afgewerkt.’ Tot zijn cv toch weer vanonder het stof werd gehaald voor De ideale wereld. Alweer door De Beule. ‘Ik had het geluk te mogen testen op de dag dat Frank Raes te gast was en meteen bleek dat ik de enige op de redactie was die íéts van sport kende.’

Uiteindelijk werd hij er ook eindredacteur. ‘Niet op mijn vraag, maar ik bleek toen de minst slechte optie. Ik vond het later eigenlijk fijner toen we die functie wekelijks konden afwisselen. Op den duur wist de redactie ook bij wie ze hun maatschappelijke relevante thema’s moesten pitchen en bij wie de dwazekloterij. ’

Waarvoor kwam men doorgaans bij jou aankloppen?

Jelle Gordyn: Goede dwazekloterij mag je nooit laten schieten. Al denk ik dat ik vrij breed kan gaan. Enkel klassiek drama ligt me niet. Zelfs als ik een romantisch huwelijksfilmpje moet monteren voor vrienden kan ik het niet laten om er ergens een mop in te steken. Ik hoef geen pure comedy te maken, maar waarschijnlijk moffel ik overal minstens één lach in.

Je stopte een paar jaar geleden met DIW, om je op Nonkels te concentreren. Al draaide je tussendoor – toen de pandemie alles in de war stuurde – ook De containercup en De anderhalve meter show, met het team van Nonkels.

Gordyn: Ik vergelijk DIW altijd met de jeugdbeweging. Als je er lang genoeg zit, ga je plots denken: ‘Ja maar, dat hebben we al gedaan? Gaan we nu nog eens dát spel spelen?’ Op een bepaald moment moet je aan jezelf toegeven dat het tijd is om andere oorden op te zoeken. Dat is niet eens zo erg: er staat een generatie klaar die wel nog fris is. De vraag van Jelle, Koen en Rik kwam voor mij op het juiste moment.

Jelle De Beule vermoedde dat er behoorlijk wat ambitie in jou zit. Maar op een heel onopvallende manier. Kan je je daarin vinden?

Gordyn: De lijn door mijn carrière is niet zozeer ambitie, eerder milde overmoed, denk ik. Dat begon al met de Coffee Corner Kit, een DIW-rubriek om kantoorpraatjes te faciliteren die Thomas Huyghe en ik tijdens de zomerbreak draaiden. Zeer absurd, maar wij vonden het oprecht het meest geniale ding ooit. Dus maakten we er zoveel dat ze de rubriek uiteindelijk wel moesten uitzenden.

‘Wij voelden ons toen halve revolutionairen’, bedacht Thomas zich ooit in deze reeks.

Gordyn: Terwijl dat gewoon de normale gang van zaken was bij Woestijnvis. (lacht) Op den duur leer je dat je soms ook gewoon kan beginnen met een programma en zien waar je eindigt. (denkt na) Doe zo voort is ook zo ontstaan. Lukas had een paar proefjes gedraaid en wilde daar een YouTube-reeksje van maken, in het verlengde van zijn Standaard Koekhandel. Maar ik vond het bijna zonde om zoiets funny voor YouTube te maken. Want dan moet je toch weer acteurs proberen te lokken met Fnac-bonnen en wakke sandwiches. Terwijl je misschien ook met een echt fictiebudget kon werken. Lukas is een eeuwige twijfelaar, dus ben ik zelf maar naar Michiel Devlieger gestapt.

© Tina Herbots

Gewoon even Nonkel Fictie bij Woestijnvis aan de mouw trekken.

Gordyn: Ik ben gewoon echt niet bang om op mijn bek te gaan.

Wanneer is dat voor het laatst voorgevallen?

Gordyn: Op het KASK waarschijnlijk? Ik was nog zeer infantiel, al had ik dat toen niet helemaal door. Ik ben daar een paar keer stevig op mijn gezicht gegaan. Maar telkens wel op overtuigende wijze, waardoor ze me er ook altijd weer door lieten.

Herinner je je nog hoe je jouw masterproef Blue Monday destijds omschreef?

Gordyn: Nee?

De Vlaamse The Notebook. Er zijn er voor minder op het KASK uit het raam gegooid.

Gordyn: (lacht) Ik heb gewoon een zwak voor romantische films. Want het is, net zoals met goede comedy, moeilijk een heel goede romcom te maken. Voor mij is Love Actually bijvoorbeeld een steengoede mozaïekfilm. Alles klikt perfect in elkaar. En voor elke Love Actually zijn er honderden shitfilms die wel proberen, maar er niet in slagen. Hetzelfde met The Notebook. Dat is een heel goede chick flick.

Je aarzelde.

Gordyn: Mag ik ‘chick flick’ nog gebruiken in 2022?

Ik denk het net wel.

Gordyn: Ik denk dat ik die uitspraak destijds deed omdat ik op het KASK vaak tussen twee stoelen viel. Ik durfde nooit de pure entertainmentkaart te trekken, maar wilde ook nooit de artsy toer op gaan. De stilte die je op het KASK hoort wanneer je zegt dat je Die Hard een van de beste films ooit vindt, is oorverdovend. (lacht) Dus stopte ik altijd maar iets intellectueels in mijn filmpjes, maar ik was er nooit helemaal mezelf.

Hoe zie jij jezelf als regisseur?

Gordyn: Emilie De Roo (tante Delphine, nvdr.) zei me: je luistert rustig naar iedereen, daarna word je stil en dan doe je min of meer jouw goesting. (lachje) Dat klopt wel. Ik ben geen dominante regisseur. Ik weet wat ik wil, maar je kan me ook wel op andere gedachten brengen.

Enige rust kan waarschijnlijk geen kwaad op een set met een paar chaotische comedybreinen met geldingsdrang.

Gordyn: Je kan er toch niet van winnen. (lacht) Ik had heel even schrik dat er te veel kapiteins op één schip zouden zijn, maar tijdens De anderhalve meter show merkte ik al snel dat die angst ongegrond was. Ik ben nog steeds trots op die reeks. Daar zitten sketches in die instantklassiekers hadden kunnen worden. Mochten we nog aan instantklassiekers doen in Vlaanderen.

Was de scène waarin Tante Carine, de xantippe van dienst, in het tuincentrum afgeeft op foutief gedresseerde pannenkoeken geen hit op sociale media?

Gordyn: Oké. Met die pannenkoeken hebben we Vlaanderen blijkbaar in het hart geraakt. Ik heb zelfs speciaal TikTok geïnstalleerd, om mee te zijn met de kids. Zelfs Conner Rousseau was dat fragment plots aan het lipsyncen.

Naar verluidt dook je ter voorbereiding van Nonkels in de zwart-witcomedyklassiekers. Waarom?

Gordyn: Ik wilde me daar nog eens in verdiepen. Zo heb ik onder meer de films van Billy Wilder uit de jaren veertig nog eens afgestoft. Er wordt nogal snel gezegd dat films uit die tijd tergend traag zijn, maar als je in de geschiedenis duikt, klopt dat niet helemaal. Daar zitten films tussen die vandaag hetzelfde tempo aanhouden als de gemiddelde YouTube-clip, zoals bijvoorbeeld Hellzapoppin’ uit 1941. Sullivan’s Travels van Preston Sturges uit 1941 is ook een interessante. Niet de beste film, maar het raakt dingen aan waar ik sinds het KASK ook over nadenk. Die film gaat over een comedyregisseur die eindelijk een serieuze film wil draaien. Dus gaat hij de straat op en botst hij op vele uitzichtloze situaties waarin hij merkt dat die mensen allemaal naar comedy kijken om het leven vijf minuten te vergeten. Dat is mijn idee ook zo’n beetje: je kan gerust een pakkende en waardevolle docu maken over een kind in armoede, maar ik vind een Matt Damon-film waarmee datzelfde kind even zijn miserie aan de kant kan zetten, even waardevol.

Het is niet omdat jouw nonkels niet zo zijn, dat ze niet meer bestaan of dat het gedateerde comedy is.

Jelle dacht dat je met die duik in de archieven een comedy-achterstand wilde compenseren.

Gordyn: Daar is waarschijnlijk wel iets van aan. Om dezelfde reden heb ik destijds niet alles uit mijn studententijd gehaald. Ik twijfel toch altijd een beetje aan mijn talent, waardoor ik een en ander misschien probeer te compenseren met arbeidsethiek en research.

Heb je in die trip down memory lane toevallig ook die aflevering van F.C. De Kampioenen herbekeken waarin Pascale een kamer verhuurt aan een man uit Kameroen, wat uiteraard tot doldwaze en nogal racistische misverstanden leidde? Die aflevering werd in 2020, lang voor de huidige hetze, al geschrapt. Maar sommigen trokken de link met Nonkels.

Gordyn:Ik vermoed dat recensenten niet goed wisten wat ze met Nonkels moesten aanvangen. Want die vergelijking gaat toch niet op? In de jaren negentig was de ‘grap’: ‘Ola, een zwartje? Hier is wat zilverpapier!’ Of ‘Dit is een mes en een vork, maar daar kan jij waarschijnlijk niet mee eten?’ Die man werd neergezet als achterlijk. Dat doen wij toch nooit? Integendeel. Innocent is de enige normale man in een zee van kleinburgerlijkheid.

Sommige nonkelmoppen zijn inderdaad zeer oubollig, maar toch enkel op een metaniveau? Je moet hen die laten maken, anders zet je hen niet correct neer. En het is niet omdat jouw familie niet zo is, dat ze niet meer bestaan of dat het gedateerde comedy is. Ik herinner me nog dat we schreven aan de uitstap van de nonkels naar Brussel en dat ik vroeg: ‘Is dat nog wel van deze tijd? Is Brussel nog wel een uitstap?’ Niet veel later hadden we de DIW Kerstsoirée in de AB. De West-Vlaamse schaatsers die we hadden uitgenodigd waren drie uur te vroeg in Brussel gearriveerd en waren compleet over hun toeren. ‘En we vonden hier nergens parking! Ik had tegen mijn dochter gezegd: Stap maar al uit, ik rijd nog wel eens rond, maar ze wilde niet. “Op mijn eentje? Zie je wel wat hier allemaal rondloopt!”’ (grinnikt) In grote delen van het Vlaamse hinterland zit de schrik voor de hoofdstad er nog altijd in.

Ben jij in de rand rond Aalst opgegroeid met dergelijke nonkels en tantes?

Gordyn:

Is dit het moment waarop je op je woorden begint te letten?

Gordyn: Dit is het moment waarop ik besef dat mijn familie op woensdag naar de krantenwinkel gaat lopen. Laat ons zeggen dat Jelle, Rik, Koen en ik onszelf indekken met de woorden: we hebben allemaal wel een paar figuren in onze familie. Af en toe sturen we elkaar ook een Nonkels-waardige zin door die op een of ander familiefeest valt. (grinnikt)

Zoals?

Gordyn: Oké, eentje dan. Toen ik ons ma voor nieuwjaar een restaurantbon gaf, antwoordde zij: ‘Oei, die is maar een jaar geldig. We gaan ons moeten haasten.’ (lacht) Ze was dankbaar, maar die gedachte moest toch even uitgesproken worden. Sorry mama, maar dat klinkt toch een beetje als Tante Carine.

Jelle De Beule, de getuige

‘Jelle heeft grappig genoeg nog een foto van onze eerste ontmoeting. Toen hij als vijftienjarige na een voorstelling van Neveneffecten een cultuurcentrum was binnengebroken om me een cd-rom te overhandigen met zijn stop-motionfilmpje erop. Aangezien ik de gewoonte heb om daar effectief commentaar op te geven, desnoods ongevraagd, stuurde ik hem een paar dagen later al feedback. De rest herinner ik me nogal vaag, maar ik weet wel nog hoe ik hem enkele jaren later voorstelde om bij De ideale wereld te solliciteren. (droog) Vier jaar later was hij er al eindredacteur.

‘Jelle is een stille gevaarlijke. Een fijne gast, zonder kapsones of al te veel geldingsdrang, maar zeer ambitieus. Het type dat je niet ziet komen en dan plots het hele medialandschap overneemt. Nonkels was de perfecte volgende stap voor hem. Ik kan me inbeelden dat hij zo’n serieus project van acht afleveringen wat intimiderend vond, maar desnoods kon hij even terugvallen op ons. Niet dat dat echt nodig was. Regie is een vreselijk ondankbare stiel – ik zou het nooit willen doen – maar Jelle heeft er echt talent voor.’

Jelle Gordyn

Geboren in 1990 in Dendermonde.

Bekend van zijn werk bij De ideale wereld en als regisseur van Doe zo voort, De containercup en Nonkels.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content