Imani De Caestecker, gijzelaar in ‘De dag’: ‘Ik ben het type dat in één dag van school verandert’

© Jelle Vermeersch
Kristof Dalle Journalist

Derde Lost Boy van rechts, tweede papegaai van links, Iowena De Vadder in Bevergem en nu Noor Hawal in De dag: het gaat de goede richting uit met de acteercarrière van Imani De Caestecker. ‘Vergeet niet dat ik geen geschoolde actrice ben: ik kan dus ook niet doen alsof ik iets géén rommel vind.’

‘Volbloed.’

‘Het Arabische paard?’

‘Nee, letterlijk: ‘vol bloed’, sanguinisch. Volgens de oude Grieken had je vier lichaamssappen die je gemoed bepalen: gele en zwarte gal, slijm en bloed. Ik ben vooral van dat laatste type: vurig, onbevangen en impulsief. Ik heb het zelfs op mijn rechterarm laten tatoeëren, net als mijn oudere zus.’

Onbestemd gemor stijgt op uit de keuken. De achttienjarige Imani De Caestecker zit op kot in Gent, maar zocht tijdens de blokperiode even de rust van het ouderlijke huis in Torhout weer op. Haar vader en moeder volgen het gesprek vanuit de keuken half mee, terwijl een zeer enthousiast pomeriaantje op en af stuitert. Af en toe waait er een handige factcheck, een addendum of, in dit geval, een mild ongenoegen over de lichaamsversiering van beide dochters tot in de woonkamer.

Zowel Gilles Coulier als Wim Willaert hebben me na Bevergem afgeraden om toneelschool te volgen.

Voor wie De Caestecker overigens niet meteen herkende op de foto’s: dit is wel degelijk dezelfde tiener die op vijftienjarige leeftijd de memorabele trailertrashbloedhond Iowena De Vadder neerzette in Bevergem (2015). En vandaag Noor Hawal vertolkt, de jonge Iraakse vluchtelinge die met haar halfbroertje Basil gegijzeld wordt in De dag. Regisseurs hebben blijkbaar de neiging om haar haren donker te verven. ‘Ik ben kennelijk geloofwaardiger als brunette’, grinnikt ze, terwijl de dwergkees uiteindelijk dan toch haar kant kiest. ‘Het zij zo.’

Niet voor het een of ander, maar op je arm staat sanguinis. Zonder ch.

Imani De Caestecker: Welja, de Latijnse genitief. ‘Van het bloed’ dus, omdat mijn zus en ik dat delen. Vonden we mooier. Ik kan het nu heel intelligent laten klinken, maar uiteindelijk heb ik ook maar ‘iets met bloed’ gegoogeld om plots bij die theorie van de vier sappen uit te komen. (lacht) We hebben ook overwogen om het in het Arabisch te vertalen, maar ik vond het toch wat tricky om iets van Google Translate permanent op mijn arm te laten zetten.

Onbevangen en impulsief dus. Dat lijkt wel te kloppen.

De Caestecker: En ‘vluchtig’, dat ook. Ik ben het type dat in één dag, en vier maanden voor ik zou afstuderen, nog gauw even van school verandert. Wat? Ik was het daar beu. (onbestemd gemor uit de keuken)

Momenteel studeer je communicatiewetenschappen. Je had geen trek in een toneelopleiding?

De Caestecker: Op dit moment is acteren vooral een fijne bijzaak. En zowel regisseur Gilles Coulier als acteur Wim Willaert hebben me na Bevergem afgeraden om toneelschool te volgen. Vrij zeker dat ze niet bedoelden dat het er niet in zat, maar eerder dat het slim was om eerst een tastbaar diploma te halen. En ik voel me nu ook nog echt niet gewapend voor die opleiding: het lijkt me niet slecht eerst wat steviger in mijn schoenen te staan voor ik daar eventueel aan begin. Ik ben achttien, ik wil vooral vermijden dat ik me nu al gevangen voel door bepaalde keuzes. Eerst dit diploma halen, daarna zien we wel. Misschien ga ik wel dramatherapie studeren. Misschien nog iets helemaal anders. Het enige wat ik weet, is dat het waarschijnlijk geen klassieke nine-to-five zal worden.

'Voor De dag hadden ze me op dictieles gestuurd. Laat ons zeggen dat dat dat geld in het water gooien was.'
‘Voor De dag hadden ze me op dictieles gestuurd. Laat ons zeggen dat dat dat geld in het water gooien was.’

Coulier vroeg jou na Bevergem ook voor De dag, dat hij samen met Dries Vos regisseerde. Heeft hij ooit benoemd wat hij exact in jou gezien had?

De Caestecker: Ik zou niet weten wat er zo speciaal aan mij is. Behalve dat ik nogal Iraaks lijk als ik mijn haar zwart verf.

Meest specifieke talent ooit. Wel moeilijk te vertalen naar een duurzame carrière.

Mannenstem uit de keuken: Gilles zei dat je op het scherm kleeft.

De Caestecker: Allez dan. Dank u, papa. Je merkt daar ook hoeveel geluk ermee gemoeid is: ik zou de zomer van de Bevergem-opnames op reis gaan, dus had ik gewoon auditie gedaan voor een kleine bijrol, als dochter van Maaike Cafmeyer. Voor de ervaring. Maar Gilles zag blijkbaar een Iowena in mij, waarop hij mijn vader overtuigd heeft om de hele zomer samen met mij op en af te vliegen vanuit Nice. Dat zijn heel veel dingen die plots juist moeten vallen. En zonder Iowena waarschijnlijk ook geen Noor.

Bert Haelvoet, een van de twee gijzelnemers in De dag, voelde zich tijdens de repetities even op zijn plaats gezet door een zestienjarige, vertelde hij onlangs in Knack Focus. Terwijl hij nog wat aarzelde, vloog jij er meteen in. Zonder gêne.

De Caestecker: Op repetities durf ik me wel te smijten. Alleen die lezingen vooraf vind ik verschrikkelijk. Voor De dag moest ik bovendien mijn zwaar West-Vlaams accent oppoetsen – helemaal wegwerken, eigenlijk – en daarvoor hadden Gilles en Dries me op dictieles gestuurd naar Antwerpen. Laat ons zeggen dat ze op de eerste lezing beseft hebben dat dat geld in het water was. (lacht)

Mannenstem uit de keuken: Zes maanden! Elke week op en af naar Antwerpen!

De Caestecker:Jakweetetpapa! (tot ons) Ik heb me daar echt schuldig over gevoeld. Als ik me echt op mijn taal concentreerde, dan lukte dat min of meer, maar het voelde heel fake aan. (hoofdschuddend) Dat West-Vlaamse accent is echt een handicap voor een actrice.

Laat ons ook vooral niet terugkeren naar de tijd dat élke acteur AN of verkavelingsantwerps praatte.

De Caestecker: Gilles had snel door dat mijn spel er te onnatuurlijk door werd. Hij heeft me Noor dan ook af en toe in het West-Vlaams laten spelen, om dat uiteindelijk met nasynchronisatie recht te trekken.

Imani De Caestecker

Geboren in 2000 in Torhout.

Woont in Torhout.

Studeert communicatiewetenschappen aan de UGent.

Speelt Iowena De Vadder in Bevergem (2015) en Noor Hawal in De dag.

Snap je wat Haelvoet zei over jouw gebrek aan gêne?

De Caestecker: Ik zat gewoon meteen heel goed in Noors kop. Misschien ook omdat ze een zeer menselijk personage is, met wie ik makkelijk kon meevoelen? Zeker in vergelijking met Iowena, die eerder een typetje was dat ik gerust wat kon overdrijven. En dat gebrek aan gêne? Ik ben bang dat ik dat nu al aan het verliezen ben. Dat lijkt me een van de eerste dingen die verdwijnen als je ouder wordt.

Manifesteert zich dat ook in jouw gewone leven? Of moet er toch een podium of een camera in de buurt zijn?

De Caestecker: Ik ben waarschijnlijk wel een rare. Zo heb ik dagen dat ik compleet in mezelf gekeerd leef: het is heel goed en rustig in mijn eigen wereldje. En ik denk dat ik de laatste van mijn generatie was die nog postzegels verzamelde, terwijl iedereen al gewoon naar een iPad zat te staren.

De jonge actrice Anne-Laure Vandeputte had het hier vorig jaar over de nachtelijke taarten-met-gekke-kruidenbakkerij die ze tussen haar studies door was begonnen. Met filatelie zit je nog wel safe.

De Caestecker:(lacht) Ik heb vooral een andere levensstijl dan mijn familie, vermoed ik. Ik heb geen ‘normale’ stand: er zit niks tussen ‘heel gelukkig’ en ‘heel slechtgezind’. En ik hou vaak te weinig rekening met de rest van het gezin.

Mannenstem uit de keuken: We moeten soms eens bijsturen.

Vrouwenstem uit de keuken: Maar er is wel ruimte voor haar persoonlijkheid.

Kwam Noor met een uitgebreide handleiding, of mocht je die zelf invullen?

De Caestecker: Gilles liet me zeer vrij, om me dan af en toe wat bij te sturen. Hier wat groter, daar wat kleiner. Maar soms volstond die bijsturing niet, zoals die keer dat ik ‘opgejaagd’ moest spelen en ik gewoon telkens zeer geforceerd ging hijgen. Dus lieten ze me voor elke take suicide drills lopen in de studio tot net voor het moment dat iemand actie riep. Zeer efficiënt wel.

Ik ben achttien, ik wil vooral vermijden dat ik me nu al gevangen voel door bepaalde keuzes.

Voor een andere scene moest ik in het kanaal springen. Halverwege de winter, maar ik had een wetsuit aan en de testsprongen waren ’s ochtends heel goed verlopen, dus ik zag dat helemaal zitten. Alleen, tegen de tijd dat we die scene ’s avonds zouden opnemen was het eb en stond het water eigenlijk veel te laag om te springen. Door de blokken op de bodem was dat blijkbaar te gevaarlijk. Ik heb uiteindelijk zelf aangedrongen – ik wilde het echt proberen – dus hebben ze me een plaatsje gezocht waar ik wel veilig kon springen. In theorie. (gortdroog) Mja, rots in me gat, hè. En een gigantische blauwe plek achteraf. Ze hebben die scene eruitgeknipt. Om evidente redenen.

Nog arbeidsongevallen?

De Caestecker:(grinnikt) Ze gebruikten op de set natuurlijk niet de zwaarste ducttape om over onze mond te kleven, maar dat maakt blijkbaar weinig uit als je een paar scenes na elkaar hebt waarin ze die van je mond moeten trekken. Ik heb daarna een hele dag met een knalrood, geïrriteerd gezicht rondgelopen op school. Vervelend als je eigenlijk probeert stil te houden dat je in een nieuwe reeks speelt.

Waarom wilde je dat stilhouden?

De Caestecker:Bevergem was niet zo goed gevallen in het middelbaar. Er werd nogal geroddeld over mij. Over De dag zal ik dus nooit zelf spontaan beginnen. Ik zit daar eerlijk gezegd ook niet op te wachten: ik acteer heel graag, en ben trots op wat ik heb mogen doen, maar dat is het dan ook. Ik hoef mezelf niet eens te zien op tv.

Je speelt amateurtoneel sinds je negende. En de plaatselijke pers noemt je al een theatertalent sinds je twaalfde.

De Caestecker: Dat zal dan wel door mijn hoofdrol in Wij geweest zijn, een stuk van Simon D’Huyvetter voor Toneelkring Sint-Rembert. Alles wat ik voorlopig weet van acteren, heb ik daar geleerd. Wij ging over een klein meisje met een konijn als vriend, gespeeld door een volwassen man, en dat was meteen ook het enige dat vooraf vastlag. De rest hebben we bijeengeïmproviseerd.

Kun je op je twaalfde al een half theaterstuk bijeenimproviseren?

De Caestecker: Blijkbaar. Eerst alles losdansen op wilde muziek, dan op de grond gaan liggen met je ogen dicht en vrij improviseren. Als men vandaag zegt dat ik geen gêne heb in mijn spel, dan komt dat door die ervaring. Simon is ook diegene die me bij De Wereldvrede (het productiehuis achter Bevergem, nvdr.) heeft getipt. Eigenlijk heb ik alles aan hem te danken.

Ik denk dat ik de laatste van mijn generatie was die nog postzegels verzamelde, terwijl iedereen al gewoon naar een iPad zat te staren.

Hij was ooit nog jouw eerste dictieleraar, las ik. Hij had dus wel wat goed te maken.

De Caestecker:(lacht) Rond die tijd heb ik ook in een paar lokale musicals gespeeld, van Peter Pan tot de Seussical, maar zingen bleek niet echt mijn ding. Ik was meestal de derde Lost Boy van rechts of de tweede papegaai van links.

Tot slot: Zouzou Ben Chikha, Amar uit Bevergem en de vader van Noor in De dag, schrijft momenteel aan een nieuwe fictiereeks, samen met Wannes Cappelle. Daarin willen twee begrafenisondernemers heilige grond importeren om devote moslims hier te kunnen begraven. Klinkt als iets waarvoor jij de haarverf nog eens uit de kast zou kunnen halen, nee?

De Caestecker: Ik ga voorlopig zelf niet actief op zoek naar rollen. Ik heb een manager – wat op zich al vreemd is – en zij had me een tijdje geleden wel een casting geregeld. Het scenario was niet geweldig, maar ik heb toegehapt vanwege de extra auditie-ervaring. Al wist ik op voorhand dat ik daar niet veel te zoeken had. Vergeet niet dat ik geen geschoolde actrice ben: ik kan dus ook niet doen alsof ik iets geen rommel vind. (lachje)

De Dag

In Play van Telenet of elke donderdag op Vier, telkens twee afleveringen na elkaar.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content