Hoe slecht was ‘The Idol’ nu echt?
Echt slecht.
Er zaten meerdere kanshebbers in The Idol, maar de prijs voor de slechtste seksscène van het jaar gaat naar aflevering 2 van deze HBO-reeks. In de laatste tien minuten blinddoekt Tedros Tedros (The Weeknd) een naakte Jocelyn (Lily-Rose Depp) met een rode omslagdoek, legt hij haar op bed en gaat hij zitten in een leunstoel. In de achtergrond knispert een haardvuur. Op de soundtrack glijdt een saxofoon langs een toonladder. Met het enthousiasme van iemand die de vuile was aan het sorteren is, begint Tedros Tedros haar commando’s te geven als ‘Rek je piepkleine vagina voor me uit’ (Hoefde voor ons niet) en ‘Maak je keel nat voor mij’ (Wacht. Wát?) terwijl zij zichzelf aanraakt, overdreven kreunend. Wanneer hij rechtstaat en zijn broeksriem losmaakt, draait de camera plots zedig weg. Het mannelijke naakt wordt aan de verbeelding overgelaten. (Nu ja: we krijgen wel kokhalsgeluiden te horen. Het is niet dat The Idol plots preuts wordt.) Dienen we, qua context, ook nog mee te geven: het tafereel wordt gadegeslagen door een minderjarige vriendin van Tedros Tedros die zichzelf al de hele tijd in de deuropening staat te bevredigen.
The Idol zou een commentaar kunnen zijn op wat er met Britney Spears gebeurd is. Maar The Weeknd en Sam Levinson hadden iets heel anders in hun hoofd: tepels.
Blijkt dat er toch íémand opgewonden wordt van die rattenstaart.
Het ding is: de scène is niet zo choquerend als u zich nu misschien voorstelt. Het is niet sexy, spannend, stout of gewaagd. Het is geen pienter punt over de pornoficatie van de pop. Het is geen zelfbewuste camp. Het is gewoon heel, heel, heel erg ongemakkelijk. De beelden zijn steriele softerotiek, de dialogen lijken uit machoporno geplukt. Een merkwaardige, bijna onkijkbare combinatie van Fifty Shades of Grey en Pornhub die zo weinig met reële seks te maken heeft dat je je afvraagt of het hele ding bedacht is door twee dertienjarigen die net ‘sex’ gegoogeld hebben en nu aan het uitzoeken zijn hoe ze hun zoekgeschiedenis moeten wissen.
Ik dacht dat The Idol me boos zou maken. Mogelijk gechoqueerd zou hebben. Misschien verveeld.
Ik wist niet dat ik vooral zou moeten lachen.
The Idol wil zo graag provoceren dat het bijna aandoenlijk is.
Nog voor de eerste aflevering verscheen, wist je dat het moeilijk zou worden voor The Idol, het geesteskind van The Weeknd en Sam Levinson (de regisseur van Euphoria) over een popster die verstrikt raakt in het web van een sekteleider. In zowat elke voorbeschouwing doken termen als ‘verkrachtingsfantasie’, ‘antifeministisch’ en ‘seksuele martelporno’ op, het soort promotaal waar niemand op hoopt. De oorspronkelijke regisseur was net voor het einde van de opnames buitengegooid, samen met tachtig procent van het gefilmde materiaal, waarna The Weeknd de reeks dan maar in zijn eigen villa had gedraaid. Ook dat is zelden een goed voorteken.
Maar zelfs die desastreuze promoronde kon je niet voorbereiden op de waanzin die The Idol is. Er waren plotlijnen over spermafoto’s. Er waren dialogen over menselijke spermasokken. Er waren grappen over Jeffrey Epstein en verkrachte kinderen. Er waren huishoudsters die opplakdildo’s van de muur moesten verwijderen. Wat je je doet afvragen: hoe precies is de samenwerking tussen de grootste streamingartiest en de meest bejubelde tv-regisseur van het moment uitgedraaid op Male Gaze: The Series?
Nochtans: je voelt dat er ergens in The Idol een reeks verstopt zit die wél interessant is. De eerste aflevering was een goede aanzet voor een cynische, donkere satire over de 21e-eeuwse popindustrie. Een verhaal over Jocelyn, een popster die zich na een mentale crisis heruit probeert te vinden. Voor haar betekent dat: zichzelf kunnen zijn. Voor haar omgeving betekent dat: een bad girl worden, zoals Britney Spears deed in 2001, Christina Aguilera in 2002 en Miley Cyrus in 2013.
‘De modale Amerikaan weet dat een meisje als Jocelyn nooit met hem zal neuken. Tenzíj ze ernstige mentale problemen heeft’, zegt een van haar twee managers. ‘En dát is waarom mentale problemen sexy zijn.’ In de wereld van The Idol zijn popsterren dan ook geen mensen: het zijn multimiljoenenmerken, ontwikkeld door teams van managers, publicisten, artistieke directeurs en coaches, waarvan de investering moet renderen. Jocelyns leven is een bestaan omringd door vampieren. Haar volledige omgeving hangt financieel van haar af. Haar beste vriendin wordt betaald om in haar buurt te zijn. Niemand heeft het beste met haar voor.
Het zou een commentaar kunnen zijn op wat er met Britney Spears gebeurd is of de druk waar artiesten als Taylor Swift en Selena Gomez over klagen. Maar die reeks is The Idol dus niet geworden. The Weeknd en Sam Levinson hadden namelijk iets heel anders in hun hoofd toen ze aan de reeks begonnen: tepels.
Heel veel tepels.
Zelden was een serie zo uit op seks, naakt en controverse als The Idol. Op het absurde af: de reeks wil zo graag provocerend zijn dat niets nog écht provoceert. De intimiteitscoördinator die opgesloten wordt in de toiletten? Dáár gaan de wokies niet van terug hebben. Jocelyn die zichzelf verstikt terwijl ze masturbeert? De mensen zullen niet weten wat ze zien! Tedros Tedros die Jocelyn vingert in de studio voor de ogen van iedereen zodat haar stem geiler klinkt? Twitter gaat maandag in brand staan, jongens. En weet je wat er nóg stout is? Sigaretten.
Het is meteen ook het grootste probleem van The Idol: alles wat de makers denken te vertellen over pop, seks, roem, trauma en de donkerste kant van de mens, wordt ondergraven door hun kinderlijke drang naar choqueren. In de derde aflevering bekent Jocelyn dat ze al sinds haar derde fysiek en mentaal mishandeld werd door haar moeder. Daar lijkt een punt in te zitten over kunstenaarschap, lijden en intergenerationele herhalingsdwang, maar dat is niet wat The Idol laat zien. Wat The Idol laat zien, is een scène waarin Jocelyn de haarborstel moet gaan halen waarmee haar moeder haar mishandelde, voorover moet buigen en Tedros Tedros haar voor de ogen van zijn sekte van Altijd Naakte Mensen spankt tot ze weent. (En dat alles op de tonen van een slow jam van The Weeknd.) Klinkt zo verknipt dat je er boos om zou worden. Blijkt zo kneuzig in beeld gebracht dat je de makers in de wang wil knijpen. Oprecht: het is bijna aandoenlijk hoe stout The Weeknd en Sam Levinson zichzelf vinden.
Het een en ander heeft ook te maken met het acteertalent van The Weeknd, de hele serie lang de olifant in de kamer. Toegegeven, Tedros Tedros is geen makkelijke rol om te spelen. Het is een personage dat tegelijk charmant genoeg moet zijn om slachtoffers in zijn web te strikken, dreigend genoeg om zijn wil op te leggen en zielig genoeg om in zijn hemd gezet te worden. Helaas blijkt The Weeknd maar over één energie te beschikken: die van de enge net iets te oude man die om vier uur ’s nachts in zijn eentje in discotheken opduikt. Blijkt ook dat hij voor een wereldwijde popster over verontrustend weinig natuurlijk charisma beschikt. Op geen enkel moment geloof je dat Jocelyn nog maar in zijn buurt gezien zou willen worden. Laat staan dat ze zich door hem oraal zou laten bevredigen in een décapotable terwijl haar beste vriendin van achter het stuur toekijkt.
Hardop gelachen bij die scène, trouwens.
Rest maar één vraag: is The Idol slecht of bewúst slecht?
De eerste twee afleveringen was The Idol dan ook volhouden, maar vanaf aflevering drie werd de reeks zo slecht dat het verslavend werd. Er was die keer dat Troye Sivan met een elektroshockhalsband gemarteld werd zonder dat iemand goed kon uitleggen waarom. Er was die keer dat we moesten kijken hoe The Weeknd masturbeerde in een pashokje en zijn handen afveegde aan een Valentino-jasje. Er was die keer dat de beloofde zes afleveringen er maar vijf bleken te zijn, vermoedelijk omdat HBO het ondertussen zelf ook beu was. The Idol was één langgerekte treinramp die zich in vijf delen betoverend traag ontvouwde.
Misschien daarom ook dat er na een aflevering of drie een backlash óp de backlash opdook. Na weken van verwoestende recensies verschenen er plots stukken over hoe The Idol stiekem eigenlijk goed was. De redenering: door alle heisa vooraf hebben we met z’n allen met de verkeerde blik naar de reeks gekeken. In werkelijkheid is The Idol de 21e-eeuwse versie van Showgirls, Paul Verhoevens misbegrepen combinatie van thriller, seks en camp. The Idol was niet slecht: het was bewúst slecht.
Daar valt, verrassend genoeg, iets voor te zeggen. Al in de eerste aflevering krijgen we een fragment van Basic Instinct, Verhoevens bekendste film, te zien, een verhaal dat de hele reeks lang in de achtergrond blijft sluimeren. Herhaaldelijk wordt er ook gerefereerd aan Prince, wat een intrigerend detail is. Prince maakte in 1984 Purple Rain – de film dan –, een bizarre mix van zelfparodie en egoproject, waarin hij zijn eigen trauma’s verwerkte en zichzelf speelde als een vrouwonvriendelijk personage met een aparte seksuele uitstraling. Kon overigens ook niet acteren, Prince. Dat lijkt The Weeknd niet te zijn ontgaan.
Het rommelige karakter van The Idol werkt die twijfel ook in de hand. Het is één voordeel van een gebrekkig scenario, weinig acteertalent en een fletse regie (of toch in vergelijking met Euphoria): wat nu exact de intenties van The Weeknd en Sam Levinson zijn, is nooit helemaal duidelijk. Heeft The Weeknd geen charisma of is het de bedoeling dat zijn personage geen charisma heeft? Is Jocelyns traumaverwerking-middels-een-haarborstel pretentieus of camp? Is The Idol een egoproject of een parodie op een egoproject? Was Tedros Tedros’ uitspraak van ‘carte blanche’ een grap of een fout? En als Tedros Tedros zegt dat hij Jocelyn ‘op haar kont wil slaan, terwijl hij haar verstikt met zijn penis’, beseft The Weeknd dan dat dat anatomisch een uitdaging gaat worden?
De belangrijker vraag is evenwel: doet het ertoe? The Weeknd blijft al maanden herhalen dat alles bewust is. Bij elke kritiek die opduikt, is het antwoord hetzelfde. De serie is niet problematisch, maar bewúst problematisch. Tedros Tedros moet geen aantrekkelijk personage voorstellen, maar stelt bewúst een loser voor die er tot over zijn hoofd in zit. De seks is niet sexy bedoeld, maar bewúst onsexy. Alleen verandert dat allemaal niets aan wat de reeks ónbewust geworden is: slecht.
De wirwar van tonen, de inconsistente personages, het klunzige tempo, de zielige seksscènes: The Idol mag dan misschien op Paul Verhoeven gemikt hebben, het is gestrand op Fifty Shades of Grey. Mogelijk is The Idol een zelfparodie of een provocatief kunstproject, maar het is zéker het ontspoorde egoproject van twee mannen die niet beseffen dat ze hun eigen capaciteiten ruimschoots overschat hebben.
Sinds een maand merk ik dat ik nummers van The Weeknd skip als ze voorbijkomen op Spotify. Niet omdat hij gecanceld moet worden. Niet omdat hij problematisch zou zijn. Zelfs niet omdat ik dan aan de rattenstaart moet denken. (Wat nochtans zo is.) Maar gewoon omdat het allemaal even te cringe is.
Ik betwijfel of dát de bedoeling was.
The Idol
Nog steeds te zien op Streamz.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier