Primavera Sound 2013: Het verslag in 22 bevindingen

Geen festivalzomer zonder voorafgaande lente, en die begint voor ons traditiegetrouw in Barcelona, waar op Primavera Sound al enkele artiesten te monsteren zijn die later ook onze contreien aandoen. Onze man (J.B.) was getuige van hoe Blur kwam, zag en overwon, en deelt dit samen met nog 21 andere bevindingen. Vamos!

Geen festivalzomer zonder voorafgaande lente, en die begint voor ons traditiegetrouw in Barcelona, waar op Primavera Sound al enkele artiesten te monsteren zijn die later ook onze contreien aandoen. Onze man (J.B.) was getuige van hoe Blur kwam, zag en overwon, en deelt dit samen met nog 21 andere bevindingen. Vamos!

1. Dat Primavera kreunt onder z’n eigen succes: de verschillende artiesten zijn nog steeds verdeeld over zeven podia, maar die liggen nu verder dan ooit uiteen. Het betekent niet alleen meer kilometers wandelen, maar boet ook in aan gezelligheid.

2. Leuke vondst om het vele wandelen te verlichten: de shuttleservice verzorgd door Mini.

3. Minder leuk: de vorige jaren werd er aan de bars het lokaal gebrouwen Sant Miguel getapt. Deze keer legde Heineken blijkbaar meer sponsorgeld op tafel. Bah.

4. Gelukkig wordt dat sponsorgeld goed besteed: we vinkten op voorhand een dikke dertig groepen op de affiche aan.

5. Daar mochten we er meteen drie van doorstrepen: Foxygen, Rodriguez en Fiona Apple zegden af.

6. Dat door het ontbreken van Apple meteen één van de weinige vrouwelijke artiesten op de affiche verstek liet gaan. Geen nood, de postpunkgrieten van Savages maakten veel goed. Strakke ritmesectie, enigmatische zangeres, bezwerende sound. Mis ze niet op Pukkelpop.

7. Dat we een gezwinde start namen met Savages, maar halverwege toch verhuisden naar Woods. De cultformatie uit New York bracht onder een dreigend, grijs wolkenpak zonnige, naar Neil Young en The Byrds refererende folkrock afgebiesd met psychedelica.

8. Dat de ene psychedelica de andere niet is: Tame Impala is voor vroege Pink Floyd wat Oasis is voor de The Beatles. De singles konden er goed mee door, maar over de hele lengte wist de weinig variatie brengende set van de onbeweeglijke Australiërs ons weinig te boeien.

9. Dat de ene Australiër de andere niet is: Nick Cave & The Bad Seeds staken van wal met twee songs uit hun nieuwste, uitstekende worp Push The Sky Away, en doken vandaar diep in het repertoire van De Vleermuis. Hoogtepunten: een briesend Stagger Lee, een furieus The Mercy Seat en dito Tupelo, en een verrassend The Weeping Song. Kwaliteit. Volgende afspraak op Werchter.

10. Dat je met een sterk album op zak toch door de mand kan vallen: Matthew E. White is een goed songschrijver en producer, maar een minder begeesterd performer en zanger. Teleurstelling.

11. Dat je met een sterk album op zak ook kan bevestigen: genoten hebben we van Phosphorescent, die erg laat geprogrammeerd stond (1u ’s nachts), maar met behulp van twee toetsenisten, een percussionist en vooral ’s mans bijzondere stem ons bij de les hield.

12. Dat Animal Collective daar niet in slaagde, en we daardoor op dag één omstreeks half vier ’s ochtends de handdoek in de ring wierpen. Dat leest u goed: half vier. En toen moest John Talabot nog aan zijn dj-set beginnen.

13. Dat dansen op een dj-set in open lucht leuker is dan in een drukkende tent. We hebben het voor u getest op Daphni (het draaitafelalias van Caribou), en hoorden dat je ook met disco en afrobeat een grote massa in beroering kan brengen.

14. Dat we in die massa een groot aantal Belgen tegen het lijf liepen, meer dan ooit. Al waren we zeker niet met zovelen als de Engelsen. Wordt na Benicassim tegen Valencia Primavera Sound een nieuwe Britse festivalenclave?

15. Dat de Britten het best te pruimen zijn wanneer ze op een podium staan: de set van James Blake vaart wel met zijn nieuwe album, dat dynamischer en afwisselender klinkt. Mooi.

16. Dat de Britten het best te pruimen zijn wanneer ze op een podium staan, deel twee: Blur kwam, zag en overwon. De herenigde Britpoppers deden wat we op voorhand hadden gehoopt: een greatest hits-set spelen. Beginnen deden ze met Girls & Boys, eindigen met Song 2. En daartussen hebben we alles meegebruld. Dat mocht, voor één keer.

17. Dat de tijdstabellen dit jaar erg onpraktisch opgesteld waren. Hebben we moeten missen, enkel en alleen om Blur te kunnen zien: Glass Candy, Goat én How To Dress Well.

18.Pikten we, op goed geluk, gelukkig wél mee: de zotte bende van Titus Andronicus; punkrock met een hoek af (inclusief mondharmonica en saxofoon), en een goed gesjeesde frontman. Ook een ontdekking: Sean Nicholas Savage, half synthpopidool in spé, half poëet.

19. Dat pop goed vertegenwoordigt was op deze editie, en zelfs bijzonder goed uit de verf kwam: Jessie Ware is sinds haar passage op Pukkelpop vorig jaar hoorbaar gegroeid, en Solange (Knowles, het zusje van…) bracht een set waarin zelfs swing zat in de tragere passages. Het broederduo van Disclosure brachten alle huidige en toekomstige hits, maar deden voor de verschillende gastvocalen jammer genoeg beroep op hun laptop.

20. Deden het zonder hits, maar pakten moeiteloos alles en iedereen in: de Toeareg van Tinariwen hypnotiseerden met hun zinderende woestijnblues. Voor even lag Barcelona in de Sahara. Eén van de hoogtepunten.

21. Dat Grizzly Bear stilaan een Grote Groep geworden is. Perfect gebalanceerde set met vooral songs uit hun laatste twee albums, uitmuntend geluid, sobere maar doeltreffende lichtshow, groot muzikaal vernuft zonder egotripperij, drie sterke zangers… Grizzly Bear was áf.

22. Dat het berekoud was dit jaar op Primavera, en de kille temperaturen enigszins een domper op de feestvreugde zette. Nu zijn we hier in België wel één en ander gewoon, maar dit was onze eerste Catalaanse festivaltrip waar een warme pullover niet overbodig was. Gelukkig was er cava en goeie muziek om aan op te warmen. Dat we volgend jaar terug keren.

Jonas Boel


Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content