Artiest - STUFF., Villagers & Alfa Mist
Locatie - Unwind Festival
Met slagzinnen als ‘Slow is more’ en ‘Unwind your mind’ werd in het Antwerpse Rivierenhof het gloednieuwe Unwind-festival boven de doopvont gehouden. Na de openingsavond, met Naima Joris en Gabriel Rios, tekenden Villagers en STUFF. op hemelvaartsdag voor de onbetwiste hoogtepunten.
Onthaasting als tegengif voor een potentiële burn-out? Voor de organisatoren waren ‘traag’ en ‘groen’ alvast geen scheldwoorden. Hun tweedaagse vond plaats in een natuurlijk kader en de optredens werden telkens gescheiden door pauzes van minstens een uur, zodat de bezoekers in een ontspannen sfeer konden genieten van natuurwijnen, artisanale bieren, culinair verantwoorde hapjes en prima muziek. Die gezinsvriendelijke wellness-formule werd blijkbaar gesmaakt, want de eerste editie van Unwind lokte, gespreid over twee festivaldagen, een kleine 3.230 bezoekers naar het openluchttheater in Deurne.
De tweede festivaldag werd omstreeks het middaguur afgetrapt door het Londense duo Kit Sebastian, dat een brug sloeg tussen Turkse psychedelia en Braziliaanse tropicália. Het Franse Neue Grafic Ensemble gooide jazz, house en hiphop in een cocktail shaker, terwijl YIN YIN aangaf dat ook op Zuidoost-Aziatische dansvloeren genres als disco, funk en elektronica vrijelijk mogen botsen.
Zelf pikten we in bij Alfa Mist (***), een Londense pianist die tijdens zijn tienerjaren naam had gemaakt als MC en hiphopproducer, daarna compositie ging studeren en zo in de ban raakte van jazz. Hij maakt deel uit van de Britse scene die de jongste jaren ook al boeiende namen als Nubya Garcia, Moses Boyd, Shabaka Hutchings, Kokoroko en de van oorsprong Belgische Nala Sinephro heeft opgeleverd. Vorig jaar verscheen op het gerenommeerde ANTI-label zijn vierde langspeler Bring Backs, een suite waarmee Alfa Mist zijn liefde voor Londen beleed. In Antwerpen bracht hij zijn naar de seventies verwijzende jazz-funk fusion met een vierkoppige band waarin vooral trompettist Johnny Woodham en drummer Jamie Houghton mochten schitteren. Maar tijdens set-opener Teki liet gitarist Jamie Leeming zich evenmin onbetuigd.
Elegant en prikkelend
Zelf riep Alfa Mist met zijn Fender Rhodes-klavier af en toe de geest van Chick Corea op en toonde hij in Organic Ruin dat hij het rappen nog niet was verleerd. In People bewees ook bassiste Kaya Thomas-Dyke dat ze over fluwelen stembanden beschikte. De muzikanten waren goed op elkaar ingespeeld en wisselden lyrische passages af met stuiterende grooves. Echt spectaculair werd het zelden, maar met zijn Belgische passage bewees Alfa Mist afdoende dat hij zijn plekje tussen de jonge vertegenwoordigers van de UK-jazz zeker verdient.
Liefhebbers van subtiele indie-folk kwamen daarna ruimschoots aan hun trekken tijdens het concert van Villagers (****), een kwintet uit Dublin dat wordt aangevoerd door de beslagen zanger en songwriter Conor O’Brien. De man schrijft niet alleen elegante, met zorg gearrangeerde popmelodieën, maar ook prikkelende teksten, geïnspireerd door literaire helden als Oscar Wilde, Kurt Vonnegut en de Caraïbisch-Amerikaanse dichteres Audre Lorde. O’Brien koppelt een zekere eccentriciteit aan kwetsbaarheid en diepgang en dat leidde in Antwerpen tot een concert dat geen moment verveelde.
De set van Villagers stond voornamelijk in het teken van zijn vorig jaar verschenen zesde langspeler Fever Dreams, wat ons topmomenten liet noteren als Deep in My Heart (die sierlijk uitwaaierende piano!), Momentarily (waarin Conor O’Brien zijn akoestische gitaar even ruilde voor een trompet) en het wiegende Circles in the Firing Line, waarin de zanger even elektrisch ging en een heerlijk krassende solo uit de snaren perste. In de staart van Fever Dreams ging de dynamische band zelfs even de punktoer op, maar na die eenmalige uitbarsting keerde de bedachtzaamheid terug met oudere publieksfavorieten als Set the Tigers Free, A Trick of the Light en Courage. Villagers telde twee toetsenspelers in de rangen en die lieten zich occasioneel ook gelden op klarinet en saxofoon, wat voor een gevarieerd klankenpalet zorgde. O’Brien en de zijnen namen afscheid met het radiohitje So Simpatico, al hadden ze, wat ons betreft, best nog een poosje mogen doorgaan.
Sterretjes zien
Unwind werd met klasse afgesloten door een gezelschap uit eigen land. Met drie uitstekende platen en een lange reeks opwindende concerten liet STUFF. (****) zich de jongste tien jaar ook internationaal opmerken. Jammer dus dat de heren net besloten hadden een rustpauze in te lassen, waardoor hun optreden in het Rivierenhof voorlopig het laatste was voor onbepaalde tijd. Als we drummer Lander Gyselinck echter goed hebben begrepen, is het vooral een kwestie van ‘reculer pour mieux sauter’.
STUFF. had er in ieder geval zin in en deed ons met zijn onwaarschijnlijke mix van avant-jazz, prog, elektronica, future funk, hiphop, spacerock en sci-fi-soundtracks andermaal sterretjes zien. Tussen Cumulus en Galapagos klonk het vijftal nu eens bombastisch, dan weer etherisch maar altijd strak en speels. De EWI (een digitaal blaasinstrument) van Andrew Claes en het toetsenwerk van Joris Caluwaerts stonden in voor de –soms naïeve–melodieën die vooral aan het hoofd appelleerden, terwijl Gyselinck en bassist Dries Laheye zoveel onweerstaanbare grooves uitrolden dat je het er –letterlijk- van op de heupen kreeg. Mixmaster Menno kwam dan weer regelmatig met verrassende vinylsamples op de proppen.
STUFF. wisselde windstille passages af met stormachtige uitbarstingen en overweldigde van de eerste tot de laatste minuut. De vijf muzikanten blijven aan elkaar gewaagd en we kunnen ons voorstellen dat een muzikaal steekspel op dat hoge niveau enorm veel energie en concentratie vergt. Als de aangekondigde winterslaap nodig is om ons in de toekomst met nog méér power omver te blazen, laten we ons geduld met plezier op de proef stellen. Zij het ook weer niet te lang, natuurlijk.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier