Blackwave en Coely ontzegelen Jazz Middelheim
Het Antwerpse Jazz Middelheim bekroont de eerste van vier avonden met rapbeloftes uit eigen stad.
De dagen dat gerenommeerde jazzfestivals zoals Jazz Middelheim konden wegkomen met jazz line-ups pur sang lijken voorbij te zijn. Om zichzelf heruit te vinden – iets wat vandaag de dag broodnodig blijkt als je als festivalorganisatie wil zien te overleven – trekt het Antwerpse festival resoluut haar affiche open. Naast grote namen uit de jazzwereld, zoals Fred Hersch en Philip Catherine, pronken daarop dit jaar ook hoogvliegers als Iggy Pop, Thurston Moore Group en TaxiWars. Niet per se jazz dus, maar wel mooie nationale en internationale namen die allicht een breed publiek naar Park Den Brandt in Antwerpen zullen lokken.
Ook gisteren was de avond niet weggelegd voor wie louter jazz wilde horen. Vooral jonge, Antwerpse rapbeloftes vulden het podium tijdens de eerste avond van Jazz Middelheim. En hoewel de muziek van sommigen raakvlakken heeft met het jazzgenre, draaide gisterenavond toch vooral om een meer urban-gerichte sound.
Pijnlijk herkenbaar
Met pijn in het hart moesten we verstek laten gaan voor de warme, experimentele klanken van Trombone Ensemble Nabou Claerhout en de exotische mantra’s van Brussels multi-instrumentalist ESINAM. Meteen over naar Yong Yello (***) dus. De 31-jarige Yello Staelens maakte reeds naam als beatmaker van Tourist LeMC, creatieve kompaan van Glints en producer van Noémie Wolfs, maar neemt sinds hij afstudeerde aan het KASK in Gent liever zelf de frontstage in, en daar zijn we blij om.
“Wie is Marcel? Soms weet ik het zelf niet. Ik heb hem nog nooit gezien maar toch ben ik hem al duizend keer tegengekomen. Overal rondom mij, maar vooral in de spiegel”, horen we Yello vertellen terwijl zijn Fanfare van de Goede Hoop, bestaande uit driekoppige blazersectie, drums, keys en bas, de set groots inzet. Niet alleen is Marcel De Smet het hoofdpersonage van Marcel en het Magnetisme van de Goot, de conceptplaatdie een jaar geleden verscheen bij PIAS Recordings, hij is eveneens het alter ego van Yello zelf, hij is u en ik.
Die boodschap bracht Yello gisteren tijdens een set waarin hij zich niet alleen ontpopte als een lyrische verhalenverteller, maar ook als een ongekunselde entertainer, een vakkundig rapper en een leraar in levenslessen. De pijnlijk herkenbare songteksten, geënt op vrolijke popdeuntjes en gebracht met een gezapig Antwerps accent, waren een aangename kennismaking die ons zeker niet koud liet maar ons ook niet echt ontroerde. We zijn benieuwd naar een volgende ontmoeting met deze veelbelovende artiest van verschillende gedaantes.
Moshpit alstublieft
Wie zal zeggen of het aan de warmte lag of aan het feit dat Jean Atohoun met een arm in de plaaster zat, maar ook de mannen van Blackwave (***) raakten ons gisteren iets minder dan we van hen gewend zijn. Voor haar set op Jazz Middelheim plukte het duo Ardui en Atohoun gretig uit ARE WE STILL DREAMING?, de plaat die ze uitbracht in 2019. Realize Now, GoodEnough, The Antidote: het werd een set waarbij het ene dansnummer na het andere werd ingezet, tot op het punt dat het ging vervelen. De ritmes, nu eens zwoel en dan eens opzwepend, de afwisseling tussen zang en rap, de meezingbare refreinen, de instrumentale solo’s: na een halfuur voelde het allemaal als iets te vertrouwd.
Mede dankzij de fantastische band waardoor het duo zich live steeds laat omringen werd het geheel aanstekelijk gebracht, maar toch voelde het alsof de mannen van Blackwave iets te veel vasthielden aan een recept dat goed werkt. A-okay, het voorsmaakje van de nieuwe plaat die op 9 september uitkomt, was daarbij geen uitzondering. Het is een lekker recept, maar we zijn ook wel benieuwd naar iets anders. Bij de vraag om een moshpit met een Comptons accent konden we alleen maar denken dat moshpits vooral cool zijn wanneer ze spontaan door de muziek ontstaan, en iets minder wanneer ze expliciet door de band verzocht worden.
Badass big smile
Ongetwijfeld kent u Coely Mbueno, kortweg Coely (****), van hits als Ain’t Chasing Pavements, Don’t Care en Celebrate. Als headliner toonde de 28-jarige Antwerpse zangeres gisterenavond dat haar volledige oeuvre doorspekt is van diezelfde wereldklasse die haar in het verleden al verschillende prijzen – waaronder MIA’s voor ‘Urban’ en ‘Solo vrouw’ – en een duchtige live-reputatie opleverde.
Dat Coely een vier jaar durende artistieke pauze inlaste om zich te focussen op haar privéleven, viel absoluut niet af te leiden uit de show waarmee ze gisteren amper een kwartier nodig had om het moeilijk los te weken publiek mee te laten joelen, tieren, zwaaien, springen en dansen. Bijgestaan door haar vierkoppige liveband en door rapper-kompanen Dutch Norris en Yann Gaudeuille bouwde de zangeres een onvergetelijk feest geënt op een combinatie van hiphop, R&B, pop en soul.
De badass zonnebril, baggy jas, zwarte gelnagels, bombastische accessoires en vlechtjes tot aan haar heupen vervaagden bij de gigantische glimlach waarmee Coely gisteren zichtbaar genietend van elke seconde over de frontstage paradeerde. Met een juiste portie attitude en energie rapte Coely zich Cardi B-gewijs door haar nummers heen, met hier en daar ruimte voor vocale uitbarstingen die verbluften en ons vervulden met trots. Trots dat klasserap klaarblijkelijk niet alleen aan de Bronx River maar ook aan de Schelde ontspruit.
Hoempapa en retteketet
Nauwelijks een halfuur later vloog het publiek als motten naar het door blue lights verlichte platform van Lander & Adriaan (****). Voor hun 360° ground floor aftershow namen drummer Lander Gyselinck (STUFF, Beraadgeslagen, LABtrio,…) en toetsenist Adriaan Van de Velde (Pomrad, J. Bernard, Mauro Pawlowski,…) voor de verandering plaats in het midden van de zaal van waaruit ze de menigte rondom hen met elk nummer iets meer bezweerden.
Een toetsenist die met zijn linkerhand beheerst zweverige akkoorden speelt terwijl zijn rechterhand stuiptrekkend over de toetsen vliegt en een drummer die zoveel verschillende ritmes door elkaar kan spelen dat we ons afvragen of er wel beenderen in zijn ledematen zitten: het resultaat kon niet anders dan adembenemend zijn, en dat was het ook. Vooral de moeiteloosheid waarmee het duo songs liet muteren van drum ’n bass naar dance, techno, house, electro, hyperpop, R&B en alles daartussenin, was verbluffend.
Bij elke mutatie kwamen we meer in een trance, en elke slag, noot en sample was zo goed getimed dat we onszelf erop betrapten dat we, de ogen gesloten, vergeten waren dat het om een liveset ging. Aan die set kwam om kwart over twaalf jammer genoeg een einde, al hadden we liever de hele nacht door gedanst op de magnifieke beats van Lander en Adriaan.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier