De postpunk-posterboys van Yard Act blijven swingen op het introspectievere ‘Where’s My Utopia?’

4 / 5
4 / 5

Titel - Where's My Utopia?

Artiest - Yard Act

Streamtips - The Undertow

Genre - Artpop/postpunk

Label - Island

Jonas Boel
Jonas Boel Jonas Boel is medewerker van Knack Focus

Twee jaar na de pijlsnelle doorbraak: de introspectie. Yard Act maakt er alsnog een feestje van.

Het nadeel aan in een succes­volle band zitten? De vaststelling dat het ­leven een hindernissenparcours blijft nadat je dromen zijn uitgekomen. Ook privilege heeft een prijskaartje, besefte Yard Act-frontman James Smith. De interne worsteling die daarop volgde, vormde de basis voor tweede album Where’s My Utopia?

Lap, nog een band die na de doorbraak komt janken dat het geen makkie is, al dat applaus. Twee dingen, echter. Eén: Smith is een man die de zelfspot en schalkse knipogen niet schuwt – de buisjes in zijn pen zijn gevuld met sarcasme. Twee: Yard Act maakt er een feestje van. ‘It’s ace, class, sweet/ Welcome to the future, paranoia suits ya’, klinkt het uit­gelaten in Dream Job, klaterende punkfunk in het vaar­water van Ian Dury and the Blockheads.


Ook in We Make Hits regent het introspectieve schimpscheuten. ‘The culture would’ve died/ and post punks’ latest poster boys wouldn’t have got to ride/ on the coattails of the dead’, zo legt Smith hun eigen imago over de knie, tegen de achtergrond van een glossy gitaarriff en stotterende drummachine, alsof Duran Duran ten prooi is gevallen aan The Avalanches.


Het postpunkjasje zat Yard Act van bij het begin niet echt lekker. De meeste ritmes op debuutplaat The Overload (2022) waren het resultaat van knip-en-plakwerk. Het parlando van Smith is ­beïnvloed door rap. En, o ja, ze her­werkten een van hun songs (100% Endurance) met Elton John. De posterboys tegen wil en dank blijven weliswaar swingen met ­rubberen baspatronen en schuurpapiergitaren (zie Petroleum), maar ze trekken hun geluid in alle richtingen verder open. Met western­akkoorden in The Undertow, of door scratches en blèrende sax in een blender te gooien in het naar Public Enemy lonkende Down by the Stream. In Grifter’s Grief gebeurt iets vreemds met kristallijne synth­motiefjes, een kinderkoor en thrashmetal. Blackpool ­Illuminations kabbelt zeven minuten lang over een milde afrobeatgroove, geflankeerd door aanzwellende en weer ­afnemende orkestratie.


‘If I can give you the scope to grow beyond the ­moment of each new low/ Then I know I don’t need ­utopia’, spreekt Smith zijn nageslacht zachtjes toe, de ­sardonische filter even uit geknipt. Hoewel: ‘I attained perfection with you/ So why the fuck was I still wondering what wankers would think of album two?’

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content