Op ‘Glovemaker’ van Loren Kramar weerklinkt een stem die u moet horen

4 / 5
4 / 5

Titel - Glovemaker

Artiest - Loren Kramar

Streamtips - Glovemaker

Genre - Pop/rock

Label - Secretly Canadian

Jonas Boel
Jonas Boel Jonas Boel is medewerker van Knack Focus

Er is een nieuwe troubadour in Tinseltown, gezegend met een soulvolle croon: maak kennis met Loren Kramar.

‘I’m a slut/ So what/ I’m a slut for all my dreams/ I’m a whore for them/ I’ve got more of them.’ Nee, hier is geen provocerende rapdiva of punkfurie aan het woord. Dit zijn de over een vaudevillepiano gezongen openingsregels van I’m a Slut, een single uit het debuut van Loren Kramar, troubadour op de boulevards van klatergouddromen.

Hollywood dus, daar brandt de haard van dit heerschap. En het mekka van de ­Amerikaanse entertainmentindustrie is ook zijn voornaamste muze, het met valkuilen bezaaide toneel waar ondraaglijke lichtheid, wanhopig narcisme en opgebrande ambities de grote en kleine mythes kneden die zuurstof geven aan zijn songs. Waar ‘strangers are gods until you know them’, zoals Kramar vier jaar geleden zong in Cover Girl, een ­single ­geproducet door Chris Taylor van Grizzly ­Bear, met een theatraal arrangement van ­David Campbell, de man die Adele orkestrale vleugels gaf op haar album 30.


Loren Kramar tourde vorig jaar in het voorprogramma van Father John Misty, en hij is uit hetzelfde van existentiële pathos en ­satirische schmaltz doordrongen hout ­gesneden. In ­Hollywood Blvd cast hij zichzelf in de rol van een regisseur die zich verlekkert op zijn ­‘gevallen ster’ die de Walk of Fame zal ­sieren. ­‘Motherfucker is the ­name!’ kraait hij zege­dronken boven een ­batterij soul­blazers uit. Krabben aan het laagje ­vernis dat over ego en ­performance wordt gelegd, doet hij ook in Glove­maker, een ­zwoele torch song waarin hij zichzelf ­portretteert als ‘High as a watch tower/ Lonely as the sun/ Crazy as a star­fucker/ Heady as a love taker/ Empty as a drum’. Wie het handschoentje past, trekke het aan.


Of Kramar zich nu mee laat glijden op met elektrische piano getooide softrock zoals die in het Los Angeles van de seventies hoogtij vierde (Like a Lover) of alle symfonische remmen losgooit (het dramatische Gay Angels), er is altijd dat unieke stemgeluid: een androgyne, soulvolle croon in de hoge registers en daartussen een zachtmoedige bariton, prevelend als een jonge Leonard Cohen. ‘There’s always been a scene/ Where velvet curtains should’ve been/ And trained actors instead of me/ Reframing boyhood dramady.’ En… cut!

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content