
Ada Oda’s tweede en laatste album omvat waarom we van deze band gehouden hebben
Titel - Pelle d'Oca
Artiest - Ada Oda
Genre - Postpunk/pop
Label - 65 Records
Met zijn tweede lp Pelle d’Oca smakt de Brusselse postpunkbelofte Ada Oda een nieuwe troef op tafel. Maar helaas ook een testament.
Eind januari liet Ada Oda via een bericht op de socials weten dat zangeres Victoria Barracato de band heeft verlaten, ‘door aanhoudende conflicten en meningsverschillen die we niet konden uitklaren’. Spijtig, want dan breekt er eens een groep uit het Brusselse-Franstalige landsgedeelte door in de Vlaamse gouw en daarbuiten, bizar genoeg door in het Italiaans te zingen. De reden voor de split – of om correct te citeren: het ‘in de wacht zetten’ van de groep ‘tot nader bericht’ – moet juist in dat klinkende succes worden gezocht. Barracato, als zangeres nu eenmaal in het brandpunt van de aandacht, zou fysiek en mentaal te veel geleden hebben onder de druk.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Toch biedt Pelle d’Oca, net als het debuut Un Amore Debole (2022), energiek vermaak, dankzij Ada Oda’s popgevoelige kijk op postpunk. Twee frenetieke gitaren (waaronder die van de andere spilfiguur, César Laloux) wikkelen zich rond montere baslijnen en kwieke metronoomdrums. Voeg er de even forse als frivole présence van Barracato aan toe – een Belgische met Siciliaans bloed – en Ada Oda schuift The B-52’s en Wet Leg, of The Strokes en Amyl & The Sniffers samen op een cocktailprikkertje. Het is knap hoe het kwintet zoveel variatie etaleert op een plaat die maar een halfuurtje duurt. Qua tempo en intensiteit staan de elf songs in een uitgelezen afwisseling gerangschikt. Met haar timbre slalomt Barracuta tussen (schreeuw)zang en spoken word, en Laloux en Aurélien Gainetdinoff plukken weleens Afrikaanse highlife (In Piazza) of bluegrass (die banjoklank in Sotto la conchiglia) van hun snaren. Volgens Laloux is ‘angst’ de gemene deler van deze songs: angst om een verloren liefde in E questa è la vita, of angst om de puinhoop die de wereld is in Figlia d’Europa.
Muzikaal is daar nochtans weinig tot niks van te merken. Alleen in het afsluitende Ho amato tutto (‘ik hield van alles’), waarin Barracato alle kleine genoegens van een gestrande relatie opsomt, haalt bitterheid het van guitige ironie. Genieten van Ada Oda kunt u vanaf heden alleen nog in de privésfeer, want de aangekondigde concerten zijn afgelast. Een uur muziek: dat is, de speelduur van Un Amore Debole en Pelle d’Oca opgeteld, de fijne nalatenschap van Ada Oda. Tot nader bericht althans.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier