Beatbakker Le Motel kan het ook zonder Roméo Elvis: ‘Ik heb een nichepubliek en daar heb ik vrede mee’

© National
Elmo Lê van Medewerker Knack Focus

Op het immer fijne Horstfestival treedt Le Motel aan zonder Roméo Elvis, maar met een arsenaal beats uit alle windhoeken. Wereldmuziek, of toch de bulderende variant die nachtclubs doet stomen.

Als copiloot van Roméo Elvis snuffelde de Brusselse beats bricolerende nachtraaf Fabien Leclerq, alias Le Motel, aan hiphop. Zijn solowerk strekt zich veel verder uit, geografisch en muzikaal, van Chicagohouse over reggaeton, triphop en grime tot favelafunk. Je zou het wereldmuziek kunnen noemen, maar dan niet de geitenwollensokkenvariant.

En de laatste jaren focust Le Motel, die in het verleden naast Roméo Elvis ook Yellowstraps, Veence Hanao en Témé Tan tot zijn tevreden klanten kon rekenen, meer en meer op dat solowerk. Daarnaast neemt hij vooral nog grafische opdrachten aan en beheert hij zijn eigen label Maloca, waarmee hij al producers uit Litouwen, Zuid-Afrika en China in de vitrine plaatste. Want Le Motel is een globetrotter, een Damon Albarn van de beatbakkers. Hij reisde al naar Japan, Zuid-Korea, Mexico en Colombia om er met lokaal talent ideeën uit te wisselen. En als hij niet op een vliegtuig stapt, zoekt hij wel via Instagram of WhatsApp toenadering tot muzikanten om zijn klankenpalet uit te breiden.

Tijdens de pandemie heb ik geleerd dat ik niet ver hoef te gaan. Brussel is een multiculturele stad waar je evenzeer muzikanten vindt die bailefunk spelen.

De ep Sueños, zijn laatste worp, is wederom een muzikale potpourri, ditmaal façon latino-américaine. Gemaakt in een parelwitte studio in Brussel die in geen enkel opzicht lijkt op de rommelige, zolderachtige ruimte vol exotische instrumenten die we hadden verwacht. ‘Ik bewaar mijn instrumenten thuis’, zegt Le Motel bijna verontschuldigend. ‘Enkel de computer staat hier permanent. Sinds het begin gebruik ik mijn computer thuis voor grafische opdrachten, en deze voor mijn muziek. Ik heb de neiging eindeloos aan producties te sleutelen. Zo verplicht ik mezelf enkel aan mijn muziek te werken wanneer ik hier ben.’

Een Afrikaanse duimpiano is een van de weinige instrumenten die ik hier zie. Waar koop je zoiets?

Le Motel: Die heb ik op de rommelmarkt op het Vossenplein gevonden. (lacht) Tijdens het reizen kom je natuurlijk interessante instrumenten tegen. Die cassettespeler die je ziet, heb ik bijvoorbeeld in Japan gekocht. Als je kwalitatieve tweedehandsspullen zoekt, moet je daar zijn. Japanners dragen doorgaans meer zorg voor hun spullen dan wij, waardoor je de garantie hebt dat wat je koopt in goede staat is. Als je exact dezelfde cassettespeler in België zou vinden, kun je erop aan dat je naast de aankoopprijs ook fors in de herstelling zult moeten investeren.

Wanneer ik een specifiek instrument zoek, roep ik de hulp in van Yuto Takei, een bevriende artiest uit Japan. Hij gaat voor mij op zoek op de Japanse eBay. Yuto tourt minstens één keer per jaar door Europa en brengt dan mijn bestelling mee. Zeer handig. (lacht)

Heb ik het mis als ik denk dat elke track van jou tot stand komt met een obscuur instrumentarium?

Le Motel: Het is er in elk geval niet om gedaan. Het gebeurt dat ik exotische instrumenten gebruik, maar wat mij interesseert is de clash tussen organisch en machinaal. Ik hou ervan om specifieke klanken of omgevingsgeluiden te vermengen met electronica, wat van nature killer aanvoelt. Maar sommige producties zijn gebouwd rond een gewone gitaar, hoor.

Je hebt in het verleden met Roméo Elvis gewerkt en je werd ook gevraagd voor filmsoundtracks, waaronder die van Binti. Koop je daarmee de vrijheid om solo je eigen ding te doen?

Le Motel: Het helpt vooral om on the side ook grafische opdrachten aan te nemen waardoor ik aan het eind van de maand mijn huur kan betalen. Daardoor hoef ik er niet op te hopen dat ik op een dag een radiohit zal scoren om koppig mijn ding te kunnen blijven doen. (lacht) Die zekerheid van een inkomen ontneemt mij een zekere stress.

Hoe belangrijk is erkenning voor jou?

Le Motel: Ik haal voldoening uit het creëren, maar uiteraard doe ik het ook om emoties over te brengen op mensen die in dezelfde muziek geïnteresseerd zijn als ik. Wanneer je muziek uit de studio vertrekt, wil je toch weten hoe erop gereageerd wordt? Maar de grootte van een publiek maakt mij niet uit. Met Roméo heb ik voor 40.000 mensen gespeeld, terwijl er bij sommige solosets maar vijftig aanwezigen zijn. In Japan heb ik shows gespeeld voor anderhalve man en een paardenkop, maar de tien mensen die er waren, kwamen mij na afloop wel vertellen wat mijn muziek voor hen betekent. Ik heb een nichepubliek en daar heb ik vrede mee. Ik ambieer met Le Motel ook geen plek op de grootste festivals.

‘Artiesten vind ik door Bandcamp en YouTube af te schuimen of op internetradio’s. En voor je het weet, ben je demo’s aan het uitwisselen.’
‘Artiesten vind ik door Bandcamp en YouTube af te schuimen of op internetradio’s. En voor je het weet, ben je demo’s aan het uitwisselen.’ © National

Na een slopende tournee met Romeo Elvis trok je in 2019 naar de Colombiaanse jungle. Het was jouw manier om de drukte te ontvluchten. Kwam ook de pandemie gelegen?

Le Motel: (denkt na) In 2019 is de wereld niet gestopt met draaien. Dat was mijn keuze, terwijl we bij de pandemie moesten laten begaan. La situation était quand-même catastrophique, maar ik zag er ook wel de positieve kant van. Mijn generatie heeft de neiging om hard te gaan. Velen van ons hollen in al hun enthousiasme een depressie tegemoet. Plots werd iedereen een halt toegeroepen en dat heeft – mij in elk geval – geholpen om prioriteiten bij te stellen.

Het moet wel slikken geweest zijn voor een artiest die zijn creatieve zuurstof uit reizen haalt.

Le Motel: Het was een serieuze klap, ja, vooral omdat ik op het moment dat corona kwam piepen naar Peru zou vertrekken, waar ik – zoals bij elke reis – lokale artiesten zou ontmoeten. Het contrast tussen 2019 en 2020 kon niet groter zijn. 2019 was een droomjaar. Ik had door Japan en Korea getourd en ik had een maand in Colombia doorgebracht bij de Ticuna, een inheemse stam, wat mij enorm deugd heeft gedaan. Ik put veel inspiratie uit ontmoetingen met andere culturen. Die voeden mijn muziek.

Maar tijdens de pandemie heb ik geleerd dat ik niet ver hoef te gaan. Brussel is een multiculturele stad waar je evenzeer muzikanten vindt die bailefunk spelen. Je hebt hier een Braziliaanse, een Peruviaanse en een Portugese gemeenschap in de buurt. En je kunt natuurlijk ook contacten leggen met buitenlandse artiesten zonder te reizen. Van de artiesten met wie ik op Sueños heb samengewerkt, is Clara! de enige die in Brussel gevestigd is. Verder hoor je op deze ep Bryte, een Ghanese rapper die nu in Londen woont. Ook Logan is een Brit. C’est la magie de l’internet.

Hoe vind je artiesten?

Le Motel: Door Bandcamp en YouTube af te schuimen, maar ook internetradio’s als Kiosk, Worldwide FM en NTS zijn dankbare plekken. Dankzij sociale media ben je vervolgens maar enkele clicks van een potentiële samenwerking verwijderd. Zo gebeurt het soms dat je iemand contacteert met wie het meteen klikt. Na enkele berichten weet je al of iemand dezelfde artistieke waarden en normen deelt, en voor je het weet, ben je demo’s aan het uitwisselen.

Gewoon, met een bericht op Instagram?

Le Motel: Ja, en als ze niet reageren, probeer ik te mailen. Nu, het meest gangbare medium verschilt van land tot land. Met Griffit Vigo, van wie ik een plaat heb uitgebracht op Maloca, onderhield ik contact via WhatsApp. Ken je gqom, een een soort Zuid-Afrikaanse electronica?

Niet echt.

Le Motel: Griffit Vigo behoort tot die scene, waar dus vooral via WhatsApp wordt gecommuniceerd. Gqom wordt in Zuid-Afrika vooral gedraaid door taxichauffeurs. Om jongeren te lokken proberen ze aan cassettes met de nieuwste gqomartiesten te raken. Er is een onderlinge strijd tussen de chauffeurs voor de beste compilaties. Zo is het genre groot geworden. Ik heb het zelf ontdekt tijdens een dj-set – ik weet niet meer van wie. Gqom is een sound die tegelijk herkenbaar en uniek is. De meeste producties zijn zeer repetitief, waardoor je er meteen van in een trance geraakt. Ik draai soms gqom tijdens een technoset en daar kijkt niemand van op, maar het leeft vooral binnen Zuid-Afrika. DJ Lag, de pionier van het genre, geniet best veel naambekendheid in electronicamiddens, maar voor andere producers blijft het moeilijk om door te breken. Met die release van Griffit Vigo hoop ik daar verandering in te brengen.

Is het opwaarderen van onderbelichte artiesten de reden dat je met je label Maloca bent begonnen?

Le Motel: Ja, al probeer ik ook een doorgeefluik te zijn voor Belgische producers. Misschien kunnen zij zo de stap naar het buitenland zetten. Voorlopig heb ik muziek uitgebracht van een Chinees, een Litouwer en een Zuid-Afrikaan. Voor hen is het interessant dat een nieuw publiek kennismaakt met hun werk, maar ik hoop zo natuurlijk ook de smaak van de luisteraar te verrijken. Ik merk ook dat de releases van Maloca over de grenzen heen gaan. Laatst werd ik spontaan gecontacteerd door Colombiaanse producers. Wie weet, zit daar een samenwerking in.

Je zet duidelijk graag anderen voorop.

Le Motel: Het is mijn label, maar ik onderteken de mails die vanuit Maloca vertrekken bijvoorbeeld niet met Le Motel, omdat de aandacht niet naar mij moet gaan, maar naar de muziek waarin ik geloof. Ik bevind mij in een dankbare positie waarin ik mijn ding kan doen en genoeg erkenning krijg voor mijn werk. Ik mag dan wel geen miljoenenpubliek hebben, ik ben confortabel in de schaduw.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Sueños

Uit op Maloca.

Le Motel

Geboren in 1994 als Fabien Leclerq.

Bekend bij het grote publiek van zijn productiewerk voor Roméo Elvis. Werkte daarnaast ook voor Témé Tan, Yellowstraps en Veence Hanao.

Solo draait Le Motel onder meer Chicagohouse, reggaeton, triphop, grime en favelafunk door de gehaktmolen.

Richt met Maloca Records zijn eigen platenfirma op, waarmee hij minder bekende producers uit binnen- en buitenland voorstelt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content