Jorja Smith heeft te kleine oren: ‘Ik heb meer dan één gezicht, weet je, en dat wilde ik laten zien’
Het ging een interview zonder beeld worden, maar Jorja Smith zette de webcam aan en toonde dat de stem van een generatie uit Londen ook nog altijd gewoon de girl next door uit Walsall is.
‘Sorry, hoor. Echt sorry. Ik heb net als een gek door het hele huis gerend op zoek naar mijn goede koptelefoon. Nergens te vinden. Maar ik heb grotere oren nodig. Of kleinere pods. Geef me twee seconden.’
Jorja Smith slurpt van haar sapje, duwt grimassend nog één keer haar AirPod dieper in haar linkeroor en zucht nog één keer.
‘Zo, hoe gaat het met jou deze ochtend?’
Geen al te persoonlijke vragen en alleen maar audio, was ons vooraf ingepeperd. Jorja Smith, voor wie het in Londen half negen ’s ochtends is wanneer het interview begint – heeft het tweede deel van die memo niet gekregen of is die uit het oog verloren: haar webcam staat gewoon aan. Zonder make-up, het lange haar nonchalant naar achteren gebonden en in een zwart T-shirt van Primavera Sound (het festival in Barcelona waar ze deze lente voor de tweede keer op de affiche stond): we krijgen de ‘echte’ Jorja Smith te zien, niet Jorja Smith, de sensuele glamourgirl zoals ze op de hoes van haar nieuwe album Falling or Flying in een nauwsluitende glitterjurk poseert. ‘Heel geposeerd, inderdaad’, zegt ze. ‘Maar heb je de achterkant van de hoes en de foto’s aan de binnenkant gezien? Daarvoor hebben we een heel andere reeks beelden gekozen, die de meer realistische kant van mij tonen. Zoals de foto’s die je voor de fun neemt – alleen of met je beste vrienden – in zo’n pasfotohokje. Niet zo serieus, speelser, uitnodigend, open, meer…’ De gewone Jorja? Ze glimlacht. ‘Ik heb meer dan één gezicht, weet je, en dat wilde ik laten zien.’
Ik heb meer dan één gezicht, weet je, en dat wilde ik laten zien.
Jorja Smith, in welke gedaante ook, is in juni 26 geworden. Toen haar debuutsingle Blue Lights zeven jaar geleden via Soundcloud tot een virale hit uitgroeide had het Verenigd Koninkrijk er met de klap een beloftevolle ster aan het soul- en r&b-firmament bij. En het ging meteen hard voor de piepjonge zangeres. Drake was een van de eersten om Smith op sleeptouw te nemen, met twee featurings op zijn mixtape More Life (2017). Er volgden een arenatournee in het voorprogramma van Bruno Mars, samenwerkingen met de Columbiaans-Amerikaanse zangeres Kali Uchis en grime-icoon Stormzy en een plek naast Kendrick Lamar op de door hem gecureerde soundtrack van Black Panther, als enige Britse artiest. En toen moest haar debuutalbum Lost & Found (2018) nog verschijnen, goed voor de Britse top drie, en dienden er nog een Grammy-nominatie en twee Brit Awards gevierd te worden.
De songs op Lost & Found schreef Smith tussen haar zestiende en twintigste. Geïnspireerd door de neosoul van Alicia Keys, Frank Oceans Channel Orange, de grime van onder meer Dizzee Rascal en de klare taal van Amy Winehouse en Lauryn Hill zong ze in nonchalante lettergrepen maar duizelingwekkende octaven over haar leefwereld en die van haar vrienden. Maar die wereld veranderde toen Smith een publiek figuur werd. Tegen wil en dank.
In Try Me, de provocerende openingssong op haar nieuwe album Falling or Flying, richt ze haar pijlen meteen al op haar critici en de (sociale) media: ‘You think you can take me, through the fog, where I’m no challenge.’ ‘Ik vond het best wel moeilijk, ja, toen mensen ineens allerlei meningen over mij begonnen te ventileren’, legt ze uit. ‘Meningen over mijn muziek, dat begrijp ik – daar maak ik me zelfs niet zo druk over – maar commentaar op mij als persoon?! Dát kruipt onder mijn vel. Dat zorgde voor druk en onzekerheden. Zeker wanneer mensen het veilig vanachter hun schermpje doen. Dus mijd ik zoveel mogelijk schermpjes. Sociale media zijn sowieso mijn ding niet. Vraag maar aan mijn team, dat constant naar nieuwe foto’s moet hengelen. (lacht) I’m not really a selfie person. Ik heb er geen problemen mee om me in mijn songs open en kwetsbaar op te stellen, maar ik hoef daarnaast niet nog eens alles bloot te leggen op het internet.’
Smith mag dan een wereldster zijn, ze is ook een onafhankelijke artiest. Ze tekende op haar negentiende een publishingdeal met Sony, maar brengt al haar muziek uit op haar eigen label FAMM. Maar ook zonder de bemoeienissen van een grote platenfirma, ook zonder het spel van de sociale media mee te spelen had Smith moeite om de druk van het publieke leven af te houden. Lost & Found, de titel van haar debuut, is in zekere zin profetisch gebleken. ‘Ik ben mezelf de voorbije jaren een beetje verloren, ja. Alles ging zo snel, er kwam zoveel tegelijk op me af. Behoorlijk overweldigend. Het hielp natuurlijk niet dat ik fulltime in Londen woonde, waar altijd wel iets te doen of te beleven is, maar waar ik de lucht nauwelijks kon zien. Ik ben van nature ook geen fuifnummer of zo, en ik voelde me angstig, opgesloten op de duur. Dus ben ik terug naar huis gekeerd. Ik ben terug naar Walsall gegaan om mezelf opnieuw te vinden.’
Walsall is het stadje in de West Midlands waar ze opgroeide, een dikke 200 kilometer boven de Britse hoofdstad. In het nabijgelegen Birmingham connecteerde ze bij haar terugkeer met DameDame*, het anonieme vrouwelijke producersduo waarmee ze het gros van de zestien songs op Falling or Flying maakte. Of beter gezegd: connecteerde ze opníéuw. Een van de twee Dames kent Smith al sinds haar vijftiende. ‘Na ons eerste weerzien wist ik meteen dat ik met hen wilde samenwerken. Niet alleen omdat hun muziek zo goed is, het was ook dé manier om weer bij mezelf te raken, om echt terug thuis te komen. Net omdat ze geen grote naam zijn, omdat ze een beetje buiten de industrie om opereren. Ze deden me aan mezelf denken toen ik nog maar pas begon. Met hen in plaats van met een resem bekende producers dacht ik minder na over alle verwachtingen die bij een tweede plaat horen, snap je?’
Ze had opnieuw een ‘echt’ leven nodig om een album te kunnen maken dat onder het vergrootglas van haar bekendheid gelegd wordt. ‘In Walsall kennen de mensen mij natuurlijk ook, maar dan eerst en vooral omdat ik er opgegroeid ben. Ik ben een local girl. Niemand die me daar op straat aanklampt. En als ze het doen, is het omdat ze trots op me zijn. Niet omdat ik ‘Jorja Smith’ ben, maar omdat ik zoveel bereikt heb.’ En niemand in Walsall die haar ‘de stem van een generatie’ noemt, zoals her en der te lezen viel in de periode van Lost & Found? Ze moet er smakelijk om lachen: ‘Ab-so-luut niet!’
Ik voelde meteen een band met Nia Archives. Uiteraard stroomt er ook jungle door mijn aderen.
Werken met haar vriendinnen van DameDame*, opnieuw – of nog steeds – het meisje van achter de hoek zijn… Het zorgde niet alleen voor de broodnodige balans in haar leven, het had nog een ander neveneffect: ze begon opnieuw piano te spelen, het instrument waarmee het voor haar op achtjarige leeftijd begon. ‘Nog iets dat ik onderweg verloren was. Vroeger speelde ik bijna elke dag, van ’s ochtends tot ’s avonds. Toen ging ik bij mijn oom en tante in Londen wonen, en vrij snel is dat helemaal gestopt. In de studio werkt DameDame* vooral op gitaar en toetsen. Omdat ze merkten dat ik de noten nog wist staan op het klavier hebben ze me aangemoedigd om er opnieuw mee te beginnen. Het voelt zo goed, zoveel natuurlijker, om opnieuw op die manier muziek te maken en songs te schrijven. Just being at the keys and making stuff up. Ook op de piano heb ik mezelf dus teruggevonden. Kijk, ik heb er zelfs opnieuw eentje hier in mijn appartement staan.’
Dat ze klassiek geschoold is, weten ook weinigen. Ja, het was vooral omdat ze gek was op Alicia Keys dat papa Smith haar naar de muziekschool stuurde maar Smith kent ook haar klassiekers. Twee jaar geleden was ze op BBC Radio 3 twaalf weken lang gastvrouw van Tearjerker, een programma gewijd aan de helende kracht van muziek. Smith selecteerde niet alleen ballads van Donny Hathaway, Adele en Sade, maar ook composities van Bach, Debussy en Purcell. Het was trouwens Purcells lyrische A Prince of Glorious Race Descended dat aan de basis lag van A Prince, een van haar eerste singles. ‘Mijn inspiratie en invloeden kwamen van overal’, glimlacht ze. ‘En dat is eigenlijk niet veranderd.’
Zo liet ze haar nieuwe single Little Things – een broeierige ode aan flirten en de kleine dingetjes die het ’m daarbij doen – voor een stevige jungleremix onder handen nemen door breakbeatsensatie Nia Archives. Voor de half Jamaicaanse Smith voelde dat evengoed een beetje als thuiskomen. ‘O ja, uiteraard stroomt er ook jungle door mijn aderen. (lacht) En ik voelde meteen een band met Nia. Ze is ook half Jamaicaans en maar drie jaar jonger dan ik. She’s amazing. Ik hou van haar vibe, en ik kan niet wachten om meer tijd met haar door te brengen in de studio.’
En dan zit onze tijd er al op. Er staat vandaag nog een fotoshoot op het programma, en dan moet Jorja Smith, de girl next door met te kleine oren, opnieuw Jorja Smith, de wereldwijd aanbeden r&b-ster, worden. En daarna is het terug richting Walsall.
Nog één vraag krijg ik ertussen: toen Smith pas naar Londen verhuisd was, hevelde ze haar job in de lokale Walsall-Starbucks over naar een filiaal in de Britse hoofdstad. Als ze er tegenwoordig een latte of macchiato gaat halen, schrijven ze aan de kassa dan haar naam correct op de meeneembeker? ‘In Starbucks gebruik ik nooit mijn echte of volledige naam. Daar ben ik gewoon J.’, giechelt ze. Af en toe gewoon J. zijn, het weze haar gegund.
Falling or Flying
Uit op 29.09 op FAMM.
Jorja Smith
Geboren op 11 juni 1997 in Walsall, Engeland.
Breekt in 2016 meteen met haar debuutsingle Blue Lights door.
Werkt al snel samen met Drake, Stormzy, Kali Uchis en Kendrick Lamar.
Brengt in 2018 haar debuutalbum Lost & Found uit op haar eigen label FAMM.
Grootste invloeden onder meer Amy Winehouse, Lauryn Hill, Sade, Mos Def en Alicia Keys.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier