Flip Kowlier, huismuzikant van ‘De ideale wereld’: ‘Mijn leven is veel beter zonder nieuws’

© Guy Kokken

Als orkestleider bij De ideale wereld is Flip Kowlier, de meest veelzijdige singer-songwriter van het land, sinds enkele maanden ook een beetje een tv-maker. ‘Eindelijk echt werk. Twee vijfde toch.’

Sinds dit seizoen staat Flip Kowlier met zijn bas pontificaal vooraan in de huisband van De ideale wereld en duikt hij al eens in de kenschetsende onnozele filmpjes van dat programma op. We mogen de singer-songwriter, muzikant, rapper, funkateer en jeugdboekenauteur nu dus ook acteur noemen. Zijn cv, dat al jaren de allure van een kloeke startnota heeft, krijgt er alweer een hoofdstukje bij. Dik twintig jaar na het debuut van ’t Hof van Commerce wordt de naam van de Izegemse man van 43 met eerbied uitgesproken.

In de Gentse Vooruit vertel ik Kowlier dat ik hem nauwelijks tweehonderd meter verderop voor het eerst solo heb zien spelen. Het jaar was 2000, de locatie café Tuf Tuf Club op de Sint-Kwintensberg. Er verschijnt een licht panische blik in zijn ogen: het blijkt zijn allereerste optreden onder eigen naam te zijn geweest. ‘Echt, was jij daar?’

En niet toevallig ook: ik was er elke dag.

Flip Kowlier: Ik was die avond enorm nerveus. Op voorhand dacht ik: ‘Waarom doe ik dat hier nu eigenlijk? Ik bén helemaal geen zanger. Ik speel niet eens gitaar!’ Ik heb overwogen om gewoon weg te gaan. En achteraf ben ik twintig minuten op het toilet gaan zitten, terwijl ik helemaal niet moest. Puur door de stress. Maar de reacties waren goed, dus heb ik maar verder gedaan.

Ik ben gestopt met het nieuws te volgen in de periode van de aanslagen in België.

In je tweede aflevering bij De ideale wereld zei je: ‘Eindelijk echt werk!’ Was dat meer dan een grap?

Kowlier: Ik koester al lang een idiote romantische fantasie over het hebben van een kantoorjob. Wat ik als muzikant doe, is op zich eenzaam werk: ik zit altijd alleen thuis te schrijven of te spelen. Dan is het leuk om elke dinsdag en donderdag naar Woestijnvis te trekken en tussen al die mensen te zitten. Ook daar is iedereen vaak op zichzelf bezig, maar je vergadert, je drinkt samen een koffie en zo… Het is maar twee vijfde, maar het is een begin.

Wat is je rol bij de voorbereiding van een programma?

Kowlier: In de aanloop is mijn rol enkel muzikaal. Ik kies de bumpers die we tussen de items spelen, het nummer dat je hoort wanneer de gast opkomt… Op de dag van de uitzending ben ik wel bij de vergaderingen en brainstormsessies aanwezig.

Je acteert ook in De ideale wereld. Was dat altijd al de bedoeling?

Kowlier: Het was vooral duidelijk dat ze iets meer interactie met de band wilden, en ik denk dat dat op allerlei manieren kan. Ik heb ook de vrijheid om tussen te komen in de gesprekken, maar dat wil niet zeggen dat ik dat altijd ga doen – of dat ik altijd iets te zeggen heb. Als Jean-Marie Dedecker te gast is en het gaat zwaar over politiek, dan ga ik mij daar niet mee bemoeien.

Raak je niet in die mate gefrustreerd door wat zo’n Dedecker zegt dat je wel móét reageren?

Kowlier: Dan zou het al heel erg moeten zijn. Die mens heeft over heel veel dingen duidelijk andere ideeën dan ik, maar ik heb hem ontmoet en dat bleek een supervriendelijke gast te zijn. Ik ben dan niet de persoon die in conflict gaat.

Je hebt je vorig jaar geout als nieuwsmijder, terwijl De ideale wereld toch met de neus op de actualiteit zit. Hoe rijm je dat?

Kowlier: Ik heb daar vooraf wel even over nagedacht. Vóór de testuitzendingen heb ik nog geprobeerd om voet bij stuk te houden, maar dan wordt het heel moeilijk om af en toe iets te zeggen tijdens de show. Dus lees ik nu bij over de onderwerpen die aan bod zullen komen. Zo zie ik een paar dingen passeren, maar ik heb al bij mezelf gemerkt dat het niet verder gaat dan dat. Op dagen dat er geen uitzending is, heb ik geen behoefte om te gaan kijken wat er allemaal gebeurd is.

Elke keer als ik Sociaal Incapabele Michiel zie, lach ik me kapot.

Hoelang leef je al nieuwsvrij?

Kowlier: Ik ben gestopt in de periode van de aanslagen in België, omdat ik een angst voelde opkomen die volgens mij niet reëel was. Het terrorisme was een dankbaar onderwerp voor de media, en er werd zo veel over gezegd en geschreven dat het algauw leek alsof we in een terreurstaat leefden. Sindsdien kijk ik alleen nog naar wat er om me heen gebeurt. En dat is meer dan genoeg.

Ik ben ook geen activist. Het is niet zo dat ik uit het nieuws dingen haalde die me frustreerden en de dag nadien op de barricaden ging staan. Eigenlijk deed ik dus niks met die informatie, ze leidde alleen maar tot angst en frustratie. Mijn leven is veel beter nu.

De ideale wereld betekent niet alleen vast werk, je mag er massa’s verschillende muziekjes spelen.

Kowlier: En dat past zeker bij mij. Maar er is nog een belangrijker reden waarom ik heb toegezegd: ik ben al sinds het prille begin een grote fan van hun humor. Ik was trouwens een van de allereerste gasten. Veel acteurs zeggen weleens over muziek: ‘Ik zou dat graag kunnen, dat lijkt me zo tof.’ Wel, ik van mijn kant wil al jaren iets humoristisch doen, en dit is mijn kans. Elke keer als ik Sociaal Incapabele Michiel zie, lach ik me kapot.

Het is intussen van 2013 geleden dat je nog een soloplaat hebt uitgebracht. Wordt je nieuwe weer een conceptplaat, zoals Cirque?

Kowlier: Waarschijnlijk wel, omdat ik gemerkt heb dat dat mij goed afgaat. Een setting, een beperking of de keuze voor bepaalde instrumenten kan heel inspirerend werken. Ik zou in 2021 iets willen uitbrengen. Ocharme ik, mijn eerste soloplaat, is van 2001 en ik heb al gedacht aan een muzikale reis doorheen die twintig jaar. Alle richtingen die ik heb ingeslagen samen op één plaat, in één verhaal. Maar wel met nieuw werk.

Ambitieus.

Kowlier: (lacht) Door Ertebrekers, ’t Hof van Commerce en nu weer De ideale wereld duurt het allemaal wat langer dan voorzien. Ik heb het solowerk al gemist, en dat werkt alleen maar motiverend.

Ik heb je in De ideale wereld één keer zien opduiken met een pint in je hand. Sta je nog altijd droog?

Kowlier: Ja. Vorige maand was het zeven jaar.

En sindsdien geen druppel meer? Straf.

Kowlier: Ik ben er blij mee. Al kan het ook weleens saai zijn, eerlijk gezegd. Ik mis de roes af en toe. Of het excuus van: ‘Ja, sorry, ik was zat.’ (lacht)

Maar ik had er dus geen probleem mee om een pintje vast te houden in dat filmpje. Er is mij ooit eens gevraagd om reclame te maken voor een nieuw West-Vlaams bier, en daar heb ik wel neen op gezegd. Ik vind bier nog altijd de max, mijn vader heeft heel lang bier gebrouwen. Iedereen mag er zo veel van drinken als hij wil, maar ik zal het niet aanprijzen als ik het zelf niet nuttig.

'Ik wilde al jaren iets humoristisch doen. DE IDEALE WERELD is mijn kans.'
‘Ik wilde al jaren iets humoristisch doen. DE IDEALE WERELD is mijn kans.’© Guy Kokken

In augustus was cartoonist Zaza op Radio 1 te gast in De zomer van 2019. Zijn thema was winners en losers en hij had een van je nummers uitgekozen, omdat hij bij jou een combinatie vindt van mooie muziek en persoonlijke strubbelingen. Volg je hem daarin?

Kowlier: Ik heb inderdaad veel met mezelf geworsteld, maar ik zou het zo niet benoemen.

Want je bent geen loser omdat je worstelt?

Kowlier: Voilà. Net zoals je geen winnaar bent omdat het goed gaat. Maar ik snap wel wat hij wil zeggen, want het is inderdaad een dubbel leven. De mensen denken: ‘Waw, jij mag al die toffe dingen doen en dat gaat je zo goed af, hoe kun je dan ook die andere kant hebben?’ Maar dat heeft niet noodzakelijk iets met elkaar te maken.

Wat is je probleem precies?

Kowlier: Voornamelijk angstaanvallen. Nog altijd, trouwens, maar ik kan er beter mee omgaan dan vroeger. De laatste tijd vraag ik me zelfs af of ze mijn leven niet boeiender maken. Dan denk ik: ‘Zou ik dat nu echt willen, dat ik nooit nog een aanval meemaak?’ En ik twijfel over het antwoord. Een aandoening als de mijne geeft de dingen een plaats, je leert alles in perspectief te zien.

Wat triggert er, behalve de actualiteit, die angstaanvallen?

Kowlier: Echt praktische angsten heb ik nauwelijks. Ik zal me niet voor mijn plezier in een massa gaan mengen, maar dat is zowat het enige. Ik heb altijd het gevoel gehad dat het eerder om een soort chemisch onevenwicht gaat. Mijn hoofd is niet in balans. En natuurlijk zijn er wel dingen die een aanval in de hand kunnen werken. Mijn ongezonde levensstijl had er vroeger zeker mee te maken. Veel uitgaan, drinken, domme dingen doen en je dan schuldig voelen… Maar zelfs nu ik niet meer drink en vaak in de gym zit of ga wandelen, merk ik dat mijn lichaam of geest nieuwe manieren vindt om toch die negatieve signalen door te geven. (lacht) Al gaat het wel beter.

Neem je medicatie?

Kowlier: Ja. Het grootste gedeelte van de afgelopen twintig jaar.

Hoelang ben je al gestopt met weed te roken?

Kowlier: Van mijn eerste crisis, zeg maar. Toen ik 23 was, net voor mijn eerste soloplaat uitkwam, heb ik een depressie gehad.

De laatste jaren gebeurt het ongeveer één keer per jaar dat ik nog eens een joint rook, als ik toevallig eens in Nederland ben of zo. Dat vind ik wel zalig.

Ik verwen mijn zoon graag, ik vind daar niks mis mee.

Lig je dan niet na twee halen plat?

Kowlier: Het is echt belachelijk: een halve joint met tweeën en dan echt volledig weg zijn. (lacht) Ik ben er wel van overtuigd dat het mij geen goed zou doen om weer op regelmatige basis te roken. Ik heb als jonge gast heel veel geblowd, en dat heeft me toen toch wel wat genekt. Ik zou zelfs durven te zweren dat er door de weed dingen zijn misgelopen in mijn hersenen.

Nu we het over de tijd van toen hebben, even een verhaal checken: klopt het dat je moeder op je achttiende nog je boterhammen smeerde?

Kowlier: Ik beken. Na school zette ik me in de zetel om tv te kijken, en dan kwam mijn moeder me wat boterhammen brengen. Ik ging over de middag ook naar huis om warm te eten. Dat was niet ver – in Izegem is alles dichtbij.

En dat is nog niet alles. Nadat ik Jazzstudio in Antwerpen had gedaan, heb ik een halfjaar weer thuis gewoond. Toen kwam mijn moeder elke morgen koffie brengen aan mijn bed. Al denk ik dat het ook de bedoeling was om mij uit mijn nest te krijgen.

Schandalig!

Kowlier: Ik ben de jongste van drie, moet je rekenen. Mijn broer is elf jaar ouder, mijn zus acht. In dat soort dingen heb ik dat wel gevoeld. Ik vond dat zalig ook.

Ik verwen mijn zoon ook graag, ik vind daar niks mis mee. Natuurlijk, je moet je kinderen wel een realistisch beeld geven van wat ze van het leven kunnen verwachten – bijvoorbeeld dat hun boterhammen niet altijd tot bij hen in de zetel zullen worden gebracht. Maar zolang het gaat, waarom niet?

Hou oud is hij?

Kowlier: Elf. Sinds dit schooljaar fietst hij helemaal alleen naar school. Trots dat ik ben.

Wij mogen nog meefietsen, maar op honderd meter van de poort moeten we stoppen.

Kowlier: Dat was bij de mijne al een paar jaar zo. ‘Papa, misschien kun je mij vanaf nu iets verder afzetten?’ Ik dacht: ‘Ah, tiens.’ Daarna was het nog een beetje verder, en nu mag ik helemaal thuisblijven. Tenzij ik met de motor ben. Dan mag ik zelfs de speelplaats op rijden. (lacht)

De ideale wereld

Elke dinsdag en donderdag op Canvas.

Flip Kowlier

Geboren in 1976 als Filip Willy Mariette Cauwelier in Izegem.

Komt in 1996 voor het eerst op tv als bassist bij My Velma, een powertrio van Jan Leyers.

Breekt een jaar later door als een derde van de West-Vlaamse hiphopcrew ’t Hof van Commerce.

Debuteert in 2001 als solomuzikant met Ocharme ik. Daarna volgen In de fik (2004), De man van 31 (2007), Otoradio (2010) en Cirque (2013).

Speelt sinds 2016 ook bij het al even West-Vlaamse soul/funktrio Ertebrekers.

Bewerkt in 2017 het boek Tussentijd van de Britse war poet David Jones in het kader van GoneWest, de culturele herdenking van WO I in West-Vlaanderen.

Brengt eind 2018 het kinderboek De kestdag van Jimmy Bjin uit, met tekeningen van Suzan T’Hooft.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content