Voorstelling - De Neus
Regisseur - Àlex Ollé
Gezelschap - De Munt
Locatie - /
Cast - Scott Hendricks, Nicky Spence, Alexander Roslavets, Giselle Allen, Anton Rositskiy, Alexander Kravets, Natascha Petrinsky, Eir Inderhaug, Lucas Cortoos, Kris Belligh, Yves Saelens, Maxime Melnik, Leander Carlier
Rondvliegende neuzen, passionele seks, een als Familie Flodder uitgedost koor, vliegende graffitikoelkasten… Je kunt het zo gek niet bedenken of het is te zien in De neus.
‘My God, wat is dit allemaal??’, is het eerste wat je denkt wanneer je het scènebeeld vol gestolde ‘krabbels’ van De neus ziet. Deze bizarre en uiterst geestige opera componeerde Dimitri Shostakovitch in 1928. Inspiratie vond hij bij het gelijknamige verhaal van Nikolaj Gogol over een man die zijn neus verliest bij de barbier. De neus vliegt in het rond, wil niet meer op het gezicht van de man blijven zitten en transformeert al stuiterend tot een omhooggevallen ambtenaar. Yep, je leest dit goed.
Koor en solozangers – onder wie een impressionante Scott Hendricks als de man die zijn neus verliest – zetten al zingend hun beste beentje voor in een stormachtige compositie.
Dit surrealistische verhaal – waarin tussen de regels kritiek op de (Russische) bureaucratie kan gelezen worden – snakt naar een minstens even surrealistische vormgeving en regie. Enter de Spaans regisseur Àlex Ollé. Hij is een van de artistieke leiders van het Catalaanse collectief La Fura dels Baus. Hij beschouwt de scène als een canvas – of een kladblaadje – waarop er gedroedeld kan worden. Het openingsbeeld is dan ook een schemerige, donkere scène die volhangt met gestolde ‘droedels’. In de verte zie je de barbier aan het werk. Van zodra de neus sneuvelt, vliegen een deel van de ‘droedels’ de toneeltoren in.
Vanaf dan ontspint zich een zoektocht naar de neus en, bovenal, een estafette van karikaturale scènes waarin Ollè de draak steekt met ‘de mens’. De seksende mens, de mens die zich al selfies makend vermaakt op de luchthaven, de mens in ‘Familie Flodder’-look, de mens die de orde handhaaft als (corrupte) politieagent, de op sensatie beluste journalist,…
Koor en solozangers – onder wie een impressionante Scott Hendricks als de man die zijn neus verliest – zetten al zingend hun beste beentje voor in een stormachtige compositie.
Gelukkig weet dirigent Gergely Madaras die compositie – nergens lieflijk of teder maar anderhalf uur groots, eigenzinnig en overweldigend – te verzoenen met het symfonieorkest van De Munt dat zich moedig en virtuoos doorheen deze queeste worstelt.
Je zit erbij en kijkt er ademloos én geamuseerd naar. Dit is een tour-de-force, op muzikaal én op regieniveau.
Je zit erbij en kijkt er ademloos én geamuseerd naar. Dit is een tour-de-force, op muzikaal én op regieniveau. Ollé toont zich hier een meester in het maken van fantastische beelden. Maar hij kan absoluut nog groeien als spelregisseur. Zijn zangers voeren vol overgave uit en zingen de ziel uit hun lijf. Maar de veelheid aan decor- en kostuumwissels plus regieaanwijzingen zorgt ervoor dat ze soms net iets te gekunsteld op de scène staan. Het hoor- en kijkplezier is groot, net als het zichtbare spelplezier, maar het kan nog grootser als het komische spel een tikkeltje meer spontaniteit in zich droeg.
De Neus van De Munt speelt nog tot 2 juli in De Munt te Brussel. demunt.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier