
Voorstelling - Intolleranza 1960
Regisseur - Benedikt van Peter
Gezelschap - Opera Ballet Vlaanderen
Locatie - /
Cast - Peter Tantsits, Lisa Mostin, Jasmin Jorias, Tobias Lusser, Werner Van Mechelen, Chia Fen Wu, Koor Opera Ballet Vlaanderen, Symfonisch Orkest Opera Ballet Vlaanderen
Opera Ballet Vlaanderen haalt niets meer dan wat stoelen, dekens, lakens en ladders uit de kast maar levert met Intolleranza 1960 wél de meest noodzakelijk, indringende, overrompelende opera van het jaar af.
Het valt meteen op wanneer je het operahuis betreedt. Het immer rustige, minzame operapubliek is nerveus. Want de informatiemail die je een dag voor de opvoering ontvangt, is glashelder: er zijn geen zitplaatsen, elke toeschouwer wordt uitgenodigd tot participatie, je kan aan de zijlijn blijven staan als je liever niet wil participeren. De Duitse regisseur Benedikt van Peter wil allesbehalve een zittend publiek in de zaal. ‘Wat gaan we nu meemaken?’, is het vaakst uitgesproken zinnetje in de minuten voor aanvang van Intolleranza 1960.
‘Wat gaan we nu meemaken?’, is het vaakst uitgesproken zinnetje in de minuten voor aanvang van Intolleranza 1960.
Van zodra de deuren openen, reppen de mensen zich naar hun steun en toeverlaat: de rode pluchen zeteltjes. Helaas hangen er witte lakens over de zitjes. Toch gaan enkele toeschouwers zonder verpinken zitten op de stoeltjes. Dat wordt even getolereerd. Terwijl het bloedmooie gedicht Leven is wakker blijven (Vivere è stare svegli) van de Italiaanse dichter Angelo Maria Ripellino geprojecteerd wordt op een scherm dat voor het podium hangt. ‘Leven is het leven liefhebben, met al zijn begrafenissen en zijn feesten. (…) Leven is wachten op de zon tijdens een zware storm.’ Woord na woord ontroert. ‘Leven is het liefhebben nooit moe worden.’ Direct na die laatste zin gaat het projectiedoek omhoog en wordt iedereen op het podium geroepen. Dat podium staat bomvol koorleden, stoelen, ladders en figuranten die met grote spots in de handen de solisten belichten maar evengoed gezichten van toeschouwers doen oplichten…
Je gaat zitten of staan waar er een plekje is tussen wat stoelen en andere lijven. Geen mens kijkt niet verbouwereerd naar het schouwspel. De Italiaanse componist Luigi Nono die Intolleranza 1960 in 1960 componeerde, zou ongetwijfeld gloeien van geluk bij deze uitvoering van zijn werk. Hij reageerde met deze opera op een nieuwe fascistische golf in het Europa van 1960. Hij voert in de opera ‘De Emigrant’ die achtereenvolgens verschillende rampen meemaakt. Zoals de mijnramp in het Belgische Marcinelle. De kernramp in Hiroshima. De folteringen tijdens de oorlog tussen Frankrijk en Algerije van1954 tot 1962. Ook maakt hij de overstromingen mee in de Po-delta tijdens de jaren 1950. Nono laat de Emigrant door de tijd reizen en toont zo hoe gewone, machteloze mensen in oorlogs- en natuurrampen terechtkomen door laksheid of machtswellust van wereldleiders. Helaas is dit nog steeds herkenbaar.
Wat deze voorstelling zo straf maakt, is – eigen aan opera – het onomwonden inzetten op pure emotie. Van het onzekere zoeken naar een zitje op het podium tot meetrillen met het zingende en stampvoetende koor.
Intolleranza 1960 is opera op z’n best, z’n toegankelijkst en z’n meest geëngageerd. Dit is opera op z’n puurst en meest verleidelijk: de zangers staan naast je, kijken je in de ogen en zijn door hun sobere kleren amper te onderscheiden van de toeschouwers.
Eerst wordt je geraakt door het prachtige gedicht waarmee de voorstelling opent. Dan word je overspoeld door onzekerheid terwijl je een plekje zoekt op het podium, tussen de tierende en kreunende zangers. En dan springen de tranen in je ogen van ontroering wanneer een solist – zoals tenor Peter Tantsits die de Emigrant fantastisch vertolkt of sopraan Lisa Mostin als zijn metgezel – op een centimeter van je oor een prachtige, hartverscheurende aria zingt. Even intens is het wanneer je lichaam meetrilt met het stampvoetende koor – de koorleden staan kriskras tussen de toeschouwers – dat wanhoop uitschreeuwt.
Ook emotioneel: toeschouwers die elkaars handen vastnemen wanneer ze op het podium moeten gaan liggen na scène over de kernramp in Hiroshima. Of die ene toeschouwer in een rolwagen die zijn rolwagen zo plaatst dat zijn vrouw tegen zijn benen kan steunen. Je ervaart emoties die je tijdens rampen zou ervaren, en je gedraagt je zoals mensen die trachten te overleven.
Intolleranza 1960 is opera op z’n best, z’n toegankelijkst en z’n meest geëngageerd. Dit is opera op z’n puurst en meest verleidelijk: de zangers staan naast je, kijken je in de ogen en zijn door hun sobere kleren amper te onderscheiden van de toeschouwers. Ze vertolken lijden, pijn, wanhoop en ze ogen als een van ons. Maar Intolleranza 1960 is niet alleen een uiterst belangrijke opera om nu – in de huidige geopolitieke situatie – op te voeren. Het is bovenal ook een opera met wervelende muziek, beklijvende aria’s en indringende, korte ‘toespraakjes’. Na afloop ben je sprakeloos, geraakt en dankbaar dat je zo’n zeldzaam straffe en qua ‘looks’ sobere opera mocht beleven. Intolleranza 1960 is de soberste maar een van de strafste opera’s uit de recente geschiedenis van Opera Ballet Vlaanderen door zowel het verhaal, de muzikale uitvoering als de ongewone enscenering die je een ongezien intense avond bezorgt.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Intolleranza 1960 van Opera Ballet Vlaanderen speelt nog tot 18 mei in Opera Gent. operaballet.be
Dit graag gelezen? Lees dan ook: Dat vaginaschilderij was niet louter decoratief
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier