Regisseur Frank Van Laecke over ’40-45′: ‘De Vlaamse musical in de lift? Dat is een foute analyse’

Frank Van Laecke © Belgaimage

‘Toen we begonnen met de musical Daens, had ik de droom een Vlaamse trilogie te maken: een voorstelling over de negentiende eeuw, de Eerste en de Tweede Wereldoorlog.’ Met de spektakel-musical 40-45 heeft scriptschrijver en regisseur Frank Van Laecke het hoogtepunt van zijn droomtrilogie bereikt.

Slechts weinig regisseurs hebben het zo druk als Frank Van Laecke: zijn agenda zit al vol tot 2022. Hij heeft nog een aantal plannen in België, maar werkt ook internationaal: van Amsterdam tot New York, van Tokio tot Ljubljana, van Parijs tot Sydney. Het grote publiek kent hem vooral van zijn grootschalige musicalproducties, waaronder 40-45, dat nu alle records verbreekt. Naast musicals regisseert hij ook toneelstukken, televisieseries en opera, zijn grote passie. ‘Ik zit niet met een soort werkverslaving. Het is gewoon al meer dan dertig jaar mijn manier van leven, en ik denk dat ik nu te oud ben om die drastisch te wijzigen.’

Met producties als 14-18 en 40-45 lijkt de oorlogsmusical een genre apart geworden. Toch verklaart die setting volgens Van Laecke het succes van 40-45 niet. ‘De essentie is dat we een verhaal brengen dat de mensen aanspreekt en ontroert. Het gaat over keuzes maken, over liefde en vriendschap die op de proef gesteld worden. We vertellen het verhaal vanuit een huiskamer, wat zorgt voor heel tastbare emoties. Het geeft de voorstelling een kracht die een geschiedenisboek vaak mist. Daarom vinden leerkrachten onze voorstelling ook zo belangrijk voor hun leerlingen.’

40-45 is ontstaan in een commerciële context, maar ik heb geen seconde het idee gehad dat ik daardoor gecensureerd werd. Anders was ik in een soort compromis terechtgekomen, waarbij ik een evenwicht moest zoeken tussen wat ik wou en mocht maken. Laat dat nu net de meest saaie, onaantrekkelijke plek zijn waar je terecht kunt komen. Ik heb een politieke voorstelling gemaakt. Als dat in een commercieel kader kan, is dat een succes, vind ik.’ Van Laecke toont ons vol trots een mailtje dat hij kreeg van Tom Lanoye, waarin die de maatschappelijke en inhoudelijke impact van de voorstelling looft.

Flauwekul

Toch is er ook een kamp dat vindt dat oorlog geen thema mag zijn voor een commercieel product als een musical. ‘Maar waarom? Dat is echt de grootste flauwekul ter wereld. Dat zou willen zeggen dat je ook geen opera mag maken over een oorlog. Dan hadden opera’s als Aïda en Nabucco ook niet mogen bestaan. Dan had Hamlet niet mogen bestaan.

‘Schindler’s List moest ook geld opbrengen. Maar is het daarom verwerpelijk dat die film is gemaakt?’

Hetzelfde geldt voor films. Schindler’s List moest ook geld opbrengen. Maar is het daarom verwerpelijk dat die film is gemaakt? Ik denk het niet, omdat die zijn publiek echt geraakt heeft. Trouwens, met het dagboek van Anne Frank wordt toch ook nog geld verdiend? Door de Anne Frank Stichting zelf in de eerste plaats.’

Van Laecke ging in het verleden al meermaals met dat dagboek aan de slag. Toen hij er in 1994 een versie van regisseerde, kreeg hij drie kogels door zijn voorruit. ‘Ik had eerst zelfs niet door dat ik beschoten werd. Het heeft mij absoluut niet gecensureerd. Ik ben gewoon verder gegaan. Ik blijf vertellen wat ik wil vertellen.’ Enkele jaren later ging hij al opnieuw met het verhaal van Anne Frank aan de slag. ‘En nu, met 40-45, ga ik misschien zelfs nog een stapje verder, mét een duidelijke link naar vandaag.’

Rattenvangers van Hamelen

Met die link naar vandaag doelt Van Laecke op het gevaar van populisme. ‘Er zullen altijd rattenvangers van Hamelen zijn die op een fluitje blazen, waardoor iedereen volgt. De achillespees van de democratie is dat diegenen die alleen oog hebben voor de oppervlakte, gevangen worden door de rattenvanger. De diepere lagen worden enkel gezien door degenen die echt met politiek bezig zijn, die bereid zijn om tussen de lijntjes te lezen. Propaganda speelde al een gigantisch grote rol in 1940, denk maar aan de films van Leni Riefenstahl. Vandaag wordt dat nog versterkt door sociale media: iedereens megafoon klinkt even luid.’

De musical 40-45 bevat bijvoorbeeld een fragment uit Der Ewige Jude, een film die in Duitsland intussen verboden is. ‘Ik gebruik die film om te tonen hoe gemakkelijk een vijandsbeeld gecreëerd wordt. Daar zie je de misleiding uiterst slim uitgevoerd. En wat is eigenlijk het verschil met vandaag? Denk bijvoorbeeld aan de campagnes over vluchtelingen, die al snel weer teruggetrokken werden. Dat is toch net hetzelfde?’

Frank Van Laecke (tweede van links : 'Dit is niet de koevoet die de poort naar het walhalla van de musical openbreekt.'
Frank Van Laecke (tweede van links : ‘Dit is niet de koevoet die de poort naar het walhalla van de musical openbreekt.’© belgaimage

Ondertussen zijn er al 600.000 tickets verkocht voor 40-45, maar dat betekent nog niet dat er een musicalcultuur ontstaan is in Vlaanderen: ‘40-45 is het resultaat van drie edities keihard werken en beloftes inlossen. Alle andere producties in de sector hebben het bijzonder moeilijk om te overleven. En ze zullen ook niet allemaal overleven.’

‘Wie zegt dat musical in Vlaanderen in de lift zit en dat we nu plots een musicalcultuur hebben, maakt een foute analyse. De Vlaming komt niet naar 40-45 kijken omdat het een musical is, maar omdat het een verhaal is dat aanspreekt, en dat op een unieke manier verteld wordt.’

‘Ik heb een politieke voorstelling gemaakt. Als dat in een commercieel kader kan, is dat een succes, vind ik.’

‘Want doe het maar, van een gezinsbudget vier kaartjes kopen. Je kan niet alles gaan bekijken. En als je dan toch moet kiezen, kies je iets wat je nergens anders meemaakt. 40-45 zal niet de koevoet zijn die de poort naar het walhalla van de musical openbreekt.’ Een dag na ons gesprek verscheen het bericht dat zijn andere project, de musical Iedereen beroemd, geannuleerd was omwille van te lage bezoekersaantallen.

Parallel leven

Frank Van Laecke heeft een echte succescarrière uitgebouwd, maar daar staat hij niet vaak bij stil. ‘Ik ben wat mijn succes betreft een heel verlegen mens, en dat is geen valse bescheidenheid. Ik vind dat ik te weinig geniet, maar dat heeft te maken met wie ik ben als persoon. Ik ga niet al fluitend door het leven. De ondraaglijke lichtheid van het bestaan is mij jammer genoeg onbekend.’

Toch maakt hij allesbehalve een sombere indruk. Wanneer hij over zijn projecten spreekt, doet hij dat met vuur. ‘Mijn werk is mijn ontsnapping. Ik noem het graag een parallel leven. Een leven naast het alledaagse in een wereld die vaak te kil of te snel is. Een repetitiezaal moet de veiligste plek op aarde zijn. Een plek waar een acteur of actrice geen fouten kan maken, maar enkel voorstellen kan doen. Dát is dat parallel leven: een veilige ruimte waar iedereen hetzelfde doel heeft: iets moois maken.’

‘Ik heb die parallelle wereld nodig om te overleven. Ik verdien er mijn geld mee, maar ik heb het emotioneel ook nodig. Ik kan er veel in kwijt. Mijn werk is voor mij therapie, kunst, esthetiek, ethiek, escapisme en politiek. Dat zit allemaal verpakt in die tweede wereld. Ik heb geen megafoon die vanuit de Wetstraat klinkt. Ik heb mijn voorstellingen.’ Wanneer we hem vragen hoe hij herinnerd wil worden, schrikt hij. ‘Ik ben daar niet mee bezig. Ik leef in het hier en nu. Wat van mij overblijft, zal ik toch niet meer meemaken. Ik maak niets voor de geschiedenis, maar voor het heden. Zo eenvoudig is het.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content