Thomas Smetryns componeert een teer treurlied voor viool, harp, gitaar en piano. Ans Van den Eede en Jeroen Van der Ven zijn onze gastvrouw en gastheer die gaandeweg ook door die treurnis bevangen raken en dan wordt ‘Paradis’ paradijselijk muziektheater.
The Play = Paradis
Gezelschap = LOD en Hof van Eede
In een zin = Thomas Smetryns componeert een teer treurlied voor viool, harp, gitaar en piano. Ans Van den Eede en Jeroen Van der Ven zijn onze gastvrouw en gastheer die gaandeweg ook door treurnis bevangen raken. Dan wordt ‘Paradis’ paradijselijk muziektheater.
Hoogtepunt = De twee momenten waarop Van den Eede en Van der Ven de ‘leukigheid’ laten varen en elk een solo brengen – Van der Van over een verloren geliefde, Van den Eede over de melancholie die haar zelfs als kind al overviel – die even teer zindert als de muziek. Eindelijk.
Quote =
‘Tijd heelt alle wonden’.
Er is maar één wonde.
De moederwonde.
En bij elk verlies gaat die weer open.
Dus ge hoeft niet te voorzichtig te zijn.
De muziek mag de wonde openleggen
mag de wonde vooral niet toedekken.
Ge moet mij overvallen. Dus is het misschien beter dat jullie niet te veel naar mij luisteren.
Het mag totaal onverwachts openscheuren.
Het mag pijn doen.
Geen beleefdheid,
gewoon laten gapen,
geen lijnen respecteren.
Die leegte keihard doen klinken.
Maar tegelijk, en dat is de moeilijkheid,
moet de muziek ons nog net doen geloven dat er troost te vinden is.
Dat moet wel.
Allez, ge ziet maar..
Speel gewoon.
Speel het zoals ge het voelt.
Probeer maar,
ga maar over uw streep.
Of uw lijn.
Spaar mij niet
Leg het open.
Zet het raam open.
Speel Schubert,
maar onverwachts.
Overval mij.
Ontroer mij.
Spaar mij.
Doe gewoon.’
(Slotaria van Jeroen Van der Ven)
Meer info: www.lod.be en www.hofvaneede.be
Op de zes langwerpige, gekromde projectieschermen die samen een groot scherm vormen – nadat ze tijdens de voorstelling de performers omringden – trilt een zomerkiekje van een gelukkige familie, gehuld in pastelkleurige kleren en romantische bloemenjurken voor de dames. Dat ogenschijnlijk zonovergoten beeld contrasteert pijnlijk met Jeroen Van der Vens woorden over hoe je nooit echt en helemaal afscheid neemt van iemand die je ooit dolgraag zag (of is het ‘ziet’?).
Paradis loopt al naar zijn einde toe wanneer deze ‘hartdoorklievende’ scène passeert. Eindelijk passeert. Deze eerste samenwerking tussen LOD en Hof van Eede bouwt iets te traag op naar de rakende scènes die in het laatste luik van de voorstelling geperst zitten. Ondanks die trage opbouw is dit wél verfrissend en aandoenlijk muziektheater dat al dollend met de conventies op een pakkende apotheose afstevent.
Paradis wortelt in ‘Villa Paradis’, een villa in het zuiden van Frankrijk waren járen geleden een danseres haar kinderjaren doorbracht. Een van die foto’s uit haar jeugd belandde op het internet. Componist Thomas Smetyns besloot de foto te kopen en kreeg meteen het hele fotoalbum, inclusief een stapeltje brieven toegestuurd. Het album bleek een idyllisch verslag van een kindertijd in een paradijselijke omgeving. Tot Smetryns de laatste zeven pagina’s van het album bereikte. De foto’s troffen hem recht in het hart. En dat deden ze ook met de mensen van Hof van Eede aan wie hij het album voorlegde. Daar zat een stuk in, besloten ze. Acteurs Ans Van den Eede en Jeroen Van der Ven schreven samen met Louise Van den Eede en Wannes Gyselinck een tekst bij de beelden. Smetryns legde zijn ziel in een rakende compositie die elegant kringelt rond Gustav Mahlers Kindertotenlieder. Hij componeerde voor viool, harp, piano en gitaar een gloedvolle compositie waarin de klankkleuren evolueren van mijmerend genieten van de prille lente tot melancholisch terugblikken op mooiere, vervlogen tijden. Doordat de compositie geregeld (en aanvankelijk speels en guitig) onderbroken wordt door beide acteurs bouwt Smetryns subtiele stiltes in die reiken naar de volgende noot. Daardoor zijn die onderbrekingen echt waardevol en niet storend.
Van der Ven en Van den Eede stoeien tijdens de eerste scènes wat met die stiltes en met verwijzingen naar een idyllische lente (met een plaat vol ‘zang der vogels’ in de hand) alvorens ze een wolkje aan de staalblauwe lentelucht bemerken. En nog een. En dan volgt een ouderwetse diareeks van de familiefoto’s. Pas heel gaandeweg omboorden ze die foto’s niet met beschrijvingen of kwinkslagen maar met twijfels, gebroken blikken, hangende schouders en innerlijke mijmeringen. Pas dan worden de onderbrekingen in hun woorden ook stiltes die trillend reiken naar het volgende woord. Pas dan barst ook de tekst open tot een tere treurzang.Van der Ven en Van den Eede bouwen heel subtiel op – net zoals Smetryns dat in zijn compositie doet – maar ze blijven iets te lang focussen op de dia’s, terwijl de herinneringen die de beelden bij hen oproepen enkele solo’s – of ‘aria’s zoals ze het zelf zo schoon noemen – opleveren die naar meer smaken.
Hof Van Eede zet dankzij en samen met LOD een heel schone, verrassende stap in hun taal. De tere compositie van Smetryns dwingt hen tot een ontwapenende tederheid die ze nog niet eerder aanraakten. De muziek geeft hun taal een diepere gloed. Van den Eede staat sterker want brozer dan ooit op de scène, geflankeerd door die potige Van der Ven die per woord meer energie in het spel pompt. Energie die Van den Eede vervolgens terugkaatst met een koket komisch antwoord of een blik vol onthutsing. Wat een samenspel. Daarom is het zo zonde dat de tongue in cheek pas zo laat plaatsmaakt voor de confessies van een hart dat even teer trilt als de geslaagde compositie van Smetryns. Smaakt naar zoveel meer!
Els Van Steenberghe
Smaakmaker:
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Els Van Steenberghe
Els Van Steenberghe
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier