Musea leveren financieel gevecht voor meesterwerken
Het Louvre roept de hulp in van zijn bezoekers om ‘De drie gratiën’ van Lucas Cranach te kunnen houden.
Voor musea is het absoluut niet altijd even vanzelfsprekend om de nodige financiën bij elkaar te sprokkelen om hun collectie uit te breiden. Of om hun werken zelfs nog maar te behouden.
Zo wil de eigenaar van het schilderij ‘De drie gratiën’ (1531) van de Duitse schilder Lucas Cranach, van wie momenteel een grote overzichtstentoonstelling in Bozar loopt, het werk verkopen. Vraagprijs: zo’n vier miljoen euro. Het Louvre, dat het schilderij al jaren in bruikleen heeft, heeft intussen drie miljoen euro verzameld.
Maar de tijd dringt. Want als het Parijse museum het laatste miljoen niet voor 31 januari bijeen kan brengen, gaat het 16e-eeuwse werk openbaar onder de hamer. Om het volgens het museum erg uitzonderlijke – en intussen ook bijzonder populaire – werk te kunnen behouden, roept het de Parijse kunsttempel de financiële hulp van zijn bezoekers in. Schenkingen worden beloond met een vermelding op de website van het Louvre.
Intussen kan het Antwerpse Rubenshuis met beter nieuws uitpakken: voortaan is ‘De Doedelzakspeler’ (ca. 1640-45) van Jacob Jordaens er permanent te zien. Dat dit zeldzame genrestuk de collectie komt versterken, dankt het museum aan het Fonds Courtin-Bouché. Met dat Fonds kocht de Koning Boudewijnstichting het schilderij in december 2009 aan op een Londense veiling. Ook de restauratie werd gefinancierd met dat Fonds.
Elien Haentjens
Wie een gift wil doen voor ‘De drie gratiën’ kan dat met een bankkaart op www.louvre.fr/don en met een chèque via het downloadformulier op www.troisgraces.fr.
The World of Lucas Cranach, tot 23 januari in de Brusselse Bozar.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier