Zes leestips voor uw vakantie in Duitsland
Dat Duitsland meer te bieden heeft dan Oktoberfesten en het Zwarte Woud, wist u al lang. Wij bieden u een alternatief literair reisje aan langs de Weimarrepubliek, de DDR en ten slotte het hedendaagse Wirtschafswunder.
J.W. Goethe – Het lijden van de jonge Werther
Nog beter dan een vakantielief – en veiliger; soa’s, kwade partners, weet u wel – is een ouderwets liefdesverhaal, en Het lijden van de jonge Werther (1774) zal u onmiddellijk op uw smachtende wenken bedienen. Sterk in zijn eenvoud ook: de jonge cavalier Werther is hopeloos verliefd op de knappe deerne Lotte, die op haar beurt helaas verloofd is met de elf jaar oudere Albert. Werther ziet maar één eervolle uitweg en pleegt zelfmoord met een pistool dat hij van Albert heeft geleend. De briefroman zorgde bij de verschijning in 1774 voor een echte hype: jonge adellieden aapten Werther na en zorgde voor een ware zelfmoordplaag. Goethe nam nadien afstand van zijn debuut, ook vanwege de autobiografische elementen (hij was zelf verliefd geweest op de negentienjarige Charlotte Buff) maar kon desondanks niet beletten dat Werther een Duitse klassieker werd. Wie Duitsland doorkruist, houdt best even halt in het lieflijke Weimar, waar u het huis van Goethe kunt bezoeken, het literaire heiligdom waar Boudewijn Büch ooit een baksteen uit beitelde, en betrapt werd.
Friedrich Nietzsche – Voorbij goed en kwaad
Nu u toch in Weimar bent, kunt u evengoed Villa Silberblick bezoeken, ontworpen door de Belgische art-nouveau-architect Henry Van de Velde. De filosoof spendeerde er zijn laatste jaren, geplaagd door ziekte en waanzin – vermoedelijk ten gevolge van een syfilisbesmetting – en verpleegd door zijn zuster, die zijn nalatenschap verknoeide door mee te heulen met de nazi’s. Nietzsche lezen is een levenswerk, en een must voor het begrip van de huidige westerse cultuur, maar met Voorbij goed en kwaad (1886) komt u al een heel eind, gesteld dat u overweg kunt met wat chaos en virtuoos taalgebruik. De dood van god en religie, de wil tot macht, de übermensch: Nietzsche behandelt het allemaal in deze complexe verhandeling, die niet gespeend is van enige humor – ondanks zijn zware reputatie tovert Nietzsche dankzij zijn vlijmscherp retorisch talent altijd wel een monkellach op de lippen van de lezer. En mocht het alsnog op uw maag liggen: op de terugweg, bergaf, bevindt zich rechts een brouwerij om de zware filosofie door te spoelen.
Bernhard Schlink – De voorlezer
Net buiten Weimar – u bent er nu toch – ligt het concentratiekamp Buchenwald, waar u de uitdrukking ‘de stilte was om te snijden’ aan den lijve zult ondervinden. Duitsland gaat bijzonder bewust om met zijn naziverleden, een thema dat terecht onderwerp van debat blijft. De gruwel van de Holocaust blijkt een gruwel van individuele mensenhanden te zijn, mensen die niet altijd even gemakkelijk in goed en kwaad onder te verdelen zijn. Dat laat Bernhard Schlink zien in zijn moderne klassieker De voorlezer (1995), waarin de jonge puber Michael Berg een literair-erotische relatie begint met de oudere Hanna, een eenvoudige conductrice. Op een dag verdwijnt ze mysterieus en beiden treffen elkaar opnieuw in de rechtszaal waar de jongvolwassen Michael een proces bijwoont tegen enkele kampbewaaksters, onder wie zijn oude minnares Hanna. Door de slimme constructie wekt Schlink eerst empathie op voor de vereenzaamde Hanna, die Michael met zoveel fysieke liefde overspoelt, en dwingt de lezer nadien in een moeilijke ethische positie: brandmerkt het verleden ons eeuwig als een slecht mens?
Uwe Tellkamp – De toren
Kwaad brengt kwaad voort, en na de bevrijding van Buchenwald besloten de Sovjets om er hun eigen Goelag uit te werken. Buchenwald werd omgeturnd tot Speciaal Kamp nummer 2 – net voorbij de prikkeldraad, u bent er nu toch – en iedereen die moeite had met het stalinisme of vermoedelijk met nazi-Duitsland had samengewerkt, kon er dwangarbeid gaan verrichten. De Sovjetgreep op Duitsland werd gesublimeerd in het DDR-regime en daarover schreef de bekroonde auteur Uwe Tellkamp een lijvige semi-autobiografische roman waarin hij een breed beeld schetst van het soms absurde leven in Oost-Duitsland. Daarbij durft hij wel eens wijdlopig te zijn – Tellkamp draait zijn hand niet om voor een opsomming meer of minder – maar wie alles wil weten over Lada’s, de Nationale Volksarmee, meerjarenplannen en vooral de dagdagelijkse sleur onder een totalitair regime, heeft met de documentaire-roman van Tellkamp een gedegen antivirus tegen de misplaatste verheerlijking van DDR-nostalgie in handen. Net als De voorlezer werd De toren (2008) verfilmd, maar daar haalt u natuurlijk uw neus voor op.
Stefan Kiesbye – Een meisje van hiernaast
Toegegeven, Tellkamp heeft nogal een klepper geschreven die wat wilskracht van de lezer vraagt en wie graag licht reist en toch de DDR-sfeer wil voelen, doet zijn voordeel met Stefan Kiesbyes gruwelboekje Een meisje van hiernaast (2008). De puber Moritz groeit op in het kleine provinciestadje Wedersen, waar hij met zijn Dassen-posse de vijandelijke Vossen het leven zuur probeert te maken. Wat begint als een brave schelmenroman, kruimeldiefstal en het beloeren van naakte dames incluis, ontaardt met de ontdekking van een verwaarloosd meisje in een achterkamertje snel in een horrorsprookje vol incest en geweld. Kiesbye schetst een grimmig beeld van de burgerlijke decadentie en de grauwe sfeer die boven Wedersen hangt, staat symbool voor de constante dreiging die de Oost-Duitse bevolking constant boven het hoofd hing. Vooral de indringende stijl van Kiesbye, die ondertussen al jaren in de Verenigde Staten woont, is indrukwekkend en Een meisje van hiernaast zou wel eens tot een stiekeme klassieker kunnen uitgroeien.
Juli Zeh – Speeldrift
U kunt niet kiezen en uw korte vakantie staat maar één enkel boek toe? Dan opteert u gemakshalve voor Speeldrift (2004) van Juli Zeh. Haar roman, die leest als een ijzige rechtbankthriller, vat bovenstaande boeken in één band samen. De hoogbegaafde Ada sluit op een gymnasium in Bonn een duivels pact met haar impotente klasgenoot en post-nietzscheaan Alev. Gewiekst verleidt Ada haar Poolse leerkracht Smutek, die ze daarna samen met Alev chanteert, niet omwille van het geld maar als intellectuele uitvoering van de speltheorie, waarbij het nog maar de grote vraag is of er uiteindelijk overwinnaars zijn. Terwijl de (anti)moraal en talloze literaire referenties je om de oren vliegen en Zeh in een zinderende stijl iets vertelt over de Duitse maatschappij na de hereniging, raken de protagonisten in een akelige driehoeksverhouding verzeild die onvermijdelijk tot een catharsis moet leiden. Haalt de liefde de bovenhand of eindigt het met geweld? Een vraag die zo oud is als de literatuur zelf.
Roderik Six
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier