Ook zogenaamde ‘vrouwenboeken’ zijn het lezen waard

De best verkochte boeken in Vlaanderen zijn niet altijd de grote literaire werken waarover boekenbijlages schrijven. Maar dat maakt ze niet waardeloos. ‘Liefde, vriendschap, de zin van het bestaan: de thema’s van chicklit zijn ook die van de Grote Literatuur.’

Kent u Lucinda Riley? Colleen Hoover? Mélissa Da Costa, misschien? Lucinda Riley is de – ondertussen overleden – schrijfster die wereldwijd meer dan 30 miljoen boeken verkocht van haar Zeven Zussen-serie. In Vlaanderen was Atlas, het achtste boek de reeks, het bestverkochte fictieboek van het jaar 2023: liefst 77.000 exemplaren gingen over de toonbank, en nog eens bijna 19.000 e-boeken. Dit jaar zou de Franse Mélissa Da Costa met Al het blauw van de hemel op de eerste plaats kunnen eindigen. Maar ook over haar hebt u waarschijnlijk niet veel gelezen in de boekenbijlages van 2024.

Welke goedverkopende auteur kent u dan misschien wel? Nummer zes in de door marktonderzoeker GFK opgestelde lijst van 2023 is Alkibiades van Ilja Leonard Pfeijffer, Paolo Cognetti’s De Acht Bergen staat op 18 en Tommy Wieringa’s Nirwana staat op nummer 65: daar werden 8584 exemplaren van verkocht.

Met een grote L

Als recensenten boekenbijlages en -pagina’s vullen, kiezen ze vooral voor literatuur met een grote L. Literaire non-fictie of thrillers krijgen ook aandacht, maar er zijn veel genres die uit de boot vallen – tenzij ze een fenomeen of trend zijn. Zo las u misschien over new-adultromans, een genre gericht op jongvolwassenen, over romantasy, waarin romantiek en fantasy elkaar vinden, of over healing fiction, een Aziatische trend van verhalen die het hart willen verwarmen en stress willen verlagen.

‘Ik kan vooraf inschatten of een boek recensies zal krijgen of niet’, vertelt Julie Verhaert, uitgeefster bij Pelckmans. ‘Als een boek niet in die literaire niche valt, volgt er meestal geen bespreking. Het krijgt misschien aandacht in vrouwenbladen, maar het moet vooral hopen op mond-tot-mondreclame, vakkundige boekhandelaars of online aandacht. Alleen gaat het in de online wereld dan vaak over wie het hardst roept, en niet over kwaliteit.’

Daarom vindt Verhaert het best jammer dat de journalistiek zo’n groot segment van de lezers negeert. ‘Alsof ontspannende boeken of publicaties in een specifiek genre niet kwaliteitsvol kunnen zijn. Natuurlijk bestaan er echt slechte verhalen waar niet over nagedacht is, maar romantische fictie of fantasy kan ook excellent zijn.’

‘Normale’ boeken lezen

SF en horror, romantiek en historische fictie, spionage en thrillers, young adult en graphic novels – wie ‘literaire genres’ googelt, ontdekt al snel dat literatuur maar een van de vele vormen van fictie is. ‘Er zijn veel verschillende soorten lezers’, stelt Ilse Logie, die Spaanstalige literatuur doceert aan de UGent. ‘En het idee van hoge en lage literatuur staat al lang ter discussie. Ik zie het niet als binair, maar meer als een spectrum. Maar ik maak toch een onderscheid.’

‘Literatuur heeft een bepaalde gelaagdheid en complexiteit, een sterke structuur, een goede compositie en een interessante stijl. Literaire boeken zijn vaak verrassend, bevreemdend en licht ontregelend, en scheppen een eigen wereld. Het zijn ook boeken die winnen bij het herlezen. Mijn studenten vragen weleens waarom we geen “normaal” boek lezen,’ gaat Logie voort, ‘en dan bedoelen ze iets wat aan hun verwachtingspatroon voldoet, met wat melodrama en een happy end. Nu voldoet goede literatuur ook aan hun verwachtingspatroon, maar het doet meer dan dat.’

Toen de Chileense schrijfster Isabel Allende in 2017 een eredoctoraat van de UGent kreeg, protesteerde Logie. ‘Allende schreef een paar goede boeken, maar daarna werd het bandwerk. Ze is voorspelbaar, gebruikt stereotypes en als we dan toch een eredoctoraat aan een auteur geven, zie ik liever iemand die minder herkenbaar werk maakt.’ Heeft een ontspannend boek dan geen kwaliteiten? ‘Zeker wel. Dat vraagt ook talent en vakmanschap, een bestseller schud je niet zo maar uit je mouw. En mensen kunnen beter een ontspannend boek lezen dan helemaal niets lezen. Maar omdat onze leestijd in dit leven beperkt is, lees ik zelf liever boeken die me uitdagen.’ Of zoals de Schotse schrijver Irvine Welsh, gevraagd naar zijn ‘comfortboek’, eerder dit jaar in The Guardian antwoordde: ‘Als je leest voor comfort, doe je het niet goed.’

Na de was en de plas

Daar denkt Julie Verhaert anders over. ‘Lezen mag je uitdagen, maar het is ook een vorm van ontspanning, en iedereen zoekt dat op een andere manier. Sommige mensen lopen marathons, anderen gaan een blokje om  met hun hond. Twee soorten van ontspanning en twee verschillende niveaus van inspanningen. Zo is het met lezen ook: niet iedereen wil dezelfde leeservaring. Misschien hoef je niet altijd uitgedaagd te worden, misschien wil je troost. Of humor, een goed verhaal of doodgewoon leesplezier.’

Er zit ook een genderkantje aan, zo blijkt. De Nederlandse Corina Koolen concludeerde in haar proefschrift Dit is geen vrouwenboek dat vrouwelijke auteurs nog altijd gezien worden als minder literair, en dus minder kwaliteitsvol. ‘Lezers zien eerst het genre, en besluiten dan of iets kwalitatief is. En als een boek “vrouwelijk” aanvoelt, door de auteur, het onderwerp of de schrijfstijl, wordt het gezien als een “vrouwenboek”. Dat is zowat de laagste kwalificatie die je kunt krijgen.’ Heel wat chicklit is eenvoudig geschreven en gebaseerd op vaste formules, maar dat zijn thrillers ook, stelt ze.  

‘Een “vrouwenboek” is zowat de laagste kwalificatie die een titel kan krijgen.’

Dat kan Verhaert bevestigen. ‘Vrouwenboeken – die naam ook. Is dat voorspelbare lectuur die vrouwen aan de haard mogen lezen als ze klaar zijn met koken en poetsen, misschien? De thema’s van die ontspannende boeken zitten ook in Grote Literatuur: liefde, vriendschap, de zin van het bestaan. Het verschil zit voor een deel in de toegankelijkheid. 90 procent van de recensies houdt daar geen rekening mee, terwijl een echt goed boek volgens mij voor iedereen leesbaar moet zijn.’

Een goed boek kun je inderdaad op verschillende niveaus lezen, stelt Logie. ‘Je leest ook nooit zonder context. Onze cultuur, de tijd waarin we leven, opleiding, gender: alles bepaalt mee onze voorkeuren. En soms verandert hoe we naar de kwaliteit van een boek kijken. We kijken nu anders naar een auteur als Jef Geeraerts dan toen Gangreen verscheen, omdat we zijn beeld van de zwarte vrouw niet langer tolereren.’

Cultuurconsumenten zijn omnivoren

Snobisme hoeft niet meer in een smaakdemocratie, zo concludeerden sociologen Koen Van Eyck en Jos De Haas na onderzoek in 2002. Het idee dat de geest scherp gehouden moet worden door literaire romans te lezen, klassieke muziek te luisteren en musea, theater en opera te bezoeken, verminderde aan het einde van de vorige eeuw. We zijn als cultuurconsumenten omnivoren geworden, schrijven ze in hun rapport, die grazen in zowel hoge als lage cultuur.

In de jaren zeventig werd het woord ‘pop’ nog neerbuigend gebruikt, vandaag vult Taylor Swift vele Sportpaleizen – je hoeft niet van haar muziek te houden om te weten dat ze een cultureel fenomeen is. Je kunt Pieter Wispelwey, Dolly Parton, Bart Peeters én Foo Fighters goed vinden, zelfs als die laatste de Bee Gees coveren. Ook in film en tv kijkt niemand raar op als je omnivoorgewijs naar zowel iets van Almodóvar als Friends kijkt.  Maar het lijkt een absurd idee dat je zowel Hilary Mantel en Tommy Wieringa als Jojo Moyes en Liane Moriarty in de boekenkast hebt staan. Nochtans eet niemand elke dag kreeft, soms kan een bruine boterham met kaas en mosterd ook echt smaken.

‘Niemand vindt het raar dat je naar Almodóvar én Friends kijkt.  Maar het lijkt absurd dat in je boekenkast zowel Hilary Mantel als Jojo Moyes staat.’

Ilse Logie, UGent

‘We lezen in verschillende contexten’, stelt Logie. ‘Je leest niet hetzelfde aan je bureau, met een pen in de hand, als op het strand.’ Ook al is het idee van hoge en lage literatuur vandaag niet meer courant in de literatuurwetenschap, toch geeft Logie toe dat het in de praktijk nog twee aparte circuits zijn. ‘Maar literatuur met een grote L is kwetsbaar, omdat ze niet commercieel is en dus afhankelijk van ondersteuning en subsidies. Natuurlijk heeft kwaliteitsvolle ontspanningsliteratuur haar plek, maar laten we vooral niet besparen op de nu al beperkte aandacht voor goede boeken.’

Internationaal ziet Verhaert wel degelijk een verandering. ‘Mensen als Taylor Jenkins Reid, die goede ontspannende boeken schrijft, krijgen steeds meer waardering. Het helpt dat er veel goede schrijvers zijn die boeiende verhalen vertellen, zichzelf met elk boek een beetje heruitvinden en een groot publiek aanspreken met kwaliteit.’ Dus misschien zit er in de boekenindustrie een soortgelijke evolutie aan te komen als bij muziek en film. Zoals Elbow zong: ‘It’s really all disco’, zo kunnen wij misschien concluderen: ‘They’re really all stories’.

Welke fictieboeken koopt de Vlaming?

Grote literatuur of toch de focus op leesplezier? De cijfers bewijzen het: de lezende Vlaming koopt niet altijd wat de boekenbijlage aanraadt.

Lucinda Riley – Atlas (95.369 exemplaren)

Ilja Leonard Pfeijffer – Alkibiades (25.601 exemplaren)

Karin Slaughter – Na Die Nacht (15.737 exemplaren)

Delia Owens – Daar Waar de Rivierkreeften Zingen (12.059 exemplaren)

Santa Montefiore – Wacht op Mij (11.856 exemplaren)

Nicci French – Heeft Iemand Charlotte Salter Gezien? (11.837 exemplaren)

Toni Coppers – Onschuld (11.338 exemplaren)

Colleen Hoover – It Ends With Us (11.255 exemplaren)

Hannah Grace – Icebreaker (10.952 exemplaren)

Bron: GFK, op basis van 80 procent van de geregistreerde boekenverkoop in Vlaanderen. De lijst houdt alleen rekening met verkochte exemplaren van fictieboeken in 2023.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content