In memoriam: Toni Morrison (1931-2019) gaf met haar woorden een stem aan de zwarte vrouw
Een terugblik op het leven en werk van een van de grootste Amerikaanse auteurs van de twintigste eeuw: ‘Bij andere grote schrijvers als Philip Roth of Don DeLillo kan je altijd wel een minder boek of wat magere jaren aanwijzen, maar bij haar gaat dat eigenlijk niet.’
Toni Morrison werd in 1931 geboren als Chloé Ardella Wofford in Lorain, Ohio, en dat was ze ook graag gebleven. Tot op het einde betreurde ze het pseudoniem dat ze in 1970 op haar debuutroman The Bluest Eye plakte, vertelde ze ooit aan Vulture. ‘Chloé is een Griekse naam. Mensen die me zo noemen, kennen me het best. Chloé schrijft de boeken.’ Waarop Vulture, haar parafraserend, aanvult dat Toni Morrison de tours en de interviews doet, ‘the legacy and all that‘.
En of Chloé en Toni samen een erfenis achterlaten. ‘Een nationale schat’, schreef voormalig president Barack Obama op Twitter. ‘Ze was ons Geweten. Onze Waarheidsverteller’, tweette Oprah Winfrey. Van Moonlight-regisseur Barry Jenkins tot Beyoncé, die met Morrisons woorden haar Coachella-show op gang trok: allemaal bewezen ze de overleden auteur de laatste eer.
Wie Morrisons carrière begint te overlopen bij haar debuut The Bluest Eye (1970), verliest de impact uit het oog die ze in de jaren daarvoor had als redacteur bij uitgeverij Random House. ‘Toen ze daar begon, waren zwarte schrijfsters quasi onzichtbaar in het literaire veld’, vertelt professor Amerikaanse literatuur Pieter Vermeulen (KU Leuven). ‘Zij ging hen zelf opzoeken en gaf hen als een van de eersten een platform.’ Het bekendste voorbeeld is Contemporary African Literature (1972), een bundel waar Morrison aan meewerkte en waar tot dan toe amper bekende schrijvers als Chinua Achebe en Wole Soyinka aan bod kwamen. Daarnaast zetten heel wat andere Afrikaans-Amerikaanse auteurs als Angela Davis en Gayl Jones met de hulp van Morrison hun eerste stappen en ging ook de autobiografie van Muhammad Ali door haar handen.
Mondelinge traditie
Naast die bloeiende carrière voedde ze ook haar twee kinderen op. Alleen, na een echtscheiding. Die ervaring heeft haar ook als schrijfster getekend, vertelde ze in 2015 in Knack: ‘Mijn personages hebben afgezien in hun kindertijd, door het leven en door hun medemens, maar het is pas door daarvan afstand te nemen dat ze volwassen kunnen worden. Zelf ben ik nog niet zover, moet ik eerlijk bekennen. (lacht) Ik was een alleenstaande moeder met twee zonen die verschillende baantjes moest combineren om de rekeningen te laten kloppen. Dat heeft mijn gevoeligheid voor dat soort zaken aangescherpt.’
Het is vanuit dat perspectief van black single mom, zonder navelstaarderig te worden, dat Morrison de grote thema’s aanpakt in haar beperkte, maar consistente en grootse oeuvre, weet Vermeulen: ‘Vrijheid en onvrijheid, identiteit, goed en kwaad, maar ook de geschiedenis van Amerika en hoe het concept ras daar altijd een cruciale rol in heeft gespeeld. Haar schrijfstijl is toegankelijk en is duidelijk geworteld in de mondelinge zwarte verteltraditie, maar gaat tegelijk in dialoog met elementen uit het postmodernisme en het magisch realisme. In Beloved laat ze een spook mee aan tafel schuiven, maar stelt ze daar geen vragen bij: geen science-fiction of hocuspocus, dat spook is er gewoon.’
Lees hier het laatste Knack-interview met Toni Morrison: ‘Amerika heeft vandaag veel weg van het wilde Westen’
Beloved, uit 1988, is haar bekendste roman, over een moeder die achtervolgd wordt door de geest van haar dochter die ze zelf heeft vermoord in plaats van haar te laten kidnappen door een slaveneigenaars. Het boek leverde haar de Pulitzer Prize op. Of het nu effectief haar beste werk is, laat Vermeulen, die niet alles van Morrison gelezen heeft, in het midden. ‘Maar Morrison is wel haar hele schrijvende leven lang unaniem geprezen. Bij andere grote schrijvers als Philip Roth of Don DeLillo kan je altijd wel een minder boek of wat magere jaren aanwijzen, maar bij haar gaat dat eigenlijk niet. Dat ze niet zoveel heeft geschreven, helpt daar natuurlijk bij: elk boek dat ze uitbracht, was er knal op.’ Vermeulen geeft nog een ander voorbeeld: ‘De eerste keer dat Toni Morrison zich aan een kortverhaal waagde, schreef ze Recitatif, tot op vandaag een van de bekendste short stories ooit.’
De ernst van de erfenis
In 1993 won Morrison – wie anders? – als eerste zwarte vrouw in de geschiedenis de Nobelprijs voor Literatuur. Het zette haar status als geweten van Amerika alleen maar meer kracht bij. ‘Een van Morrisons grote verdiensten is dat ze het idee van Black Pride, trots op de zwarte cultuur, artistieke credibiliteit gaf’, zegt Vermeulen. ‘Niemand die twintig bladzijden van haar kan lezen om ze daarna af te doen aan goedbedoeld amateurisme of iets van die strekking. Wie leest wat ze schrijft over hoe zwart Amerika vandaag omgaat met de naweeën van de slavernij, beseft meteen de ernst van die erfenis.’
‘Ze streed met haar literatuur voor de zwarte en vrouwelijke zaak, maar ze was geen tafelspringer die constant in de aandacht wilde komen’, zegt Vermeulen. ‘Een publieke intellectueel van haar soort was er voor haar eigenlijk niet en is er na haar eigenlijk ook niet. De enige nog levende schrijvers die even groot zijn als zij, Don DeLillo en Thomas Pynchon, komen bijna nooit in de pers met hun mening. Volgens sommigen benadert Margaret Atwood stilaan het niveau van Morrison, maar zij is dan weer mediageiler.’
Het geweten van Amerika, besluit Vermeulen, en hij is niet de enige. Een belangrijke stem in het maatschappelijke debat, dat staat vast. Een stem die vier jaar geleden in Knack nog vol optimisme beweerde dat racisme iets voor fossielen is en uiteindelijk zal verdwijnen, maar sinds maandagavond voor altijd zwijgt. Toen is ze overleden in New York, op 88-jarige leeftijd. Het laatste woord laten we aan Toni Morrison zelf en citeren we uit de lezing die ze gaf toen ze de Nobelprijs in ontvangst nam: ‘We die. That may be the meaning of life. But we do language. That may be the measure of our lives.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier